Columns & opinie
Defensie snapt het succesgeile ik-ideaal van mijn generatie
Henrik Laban
donderdag 5 juni 2025

Van de week herlas ik het satirische toneeldrama De pantserkrant van Menno ter Braak uit 1935. Niet omdat het een bijzonder komisch niveau bereikt, maar vooral omdat de thematiek sinds onze recente defensie-uitbreiding weer springlevend is.

Het toneeldrama verhaalt over een zelfingenomen en corrupte redactie van een democratisch dagblad dat met een wapenfabrikant als nieuwe geldschieter plotseling een ommezwaai maakt en in de bres springt voor fascistische waarden. Een daadkrachtig volkskarakter, de sterke man en het nationale beginsel zijn volgens de wispelturige hoofdredacteur van de ene op de andere dag nodig om de democratie te redden.

Ter Braak erkent in het slotwoord dat deze plot onmiskenbaar overdreven is, omdat we in Nederland te fatsoenlijk zijn voor een aan de wapenindustrie verkochte pers. Toch geeft het te denken nu wij aan de vooravond staan van een gigantische herbewapening: welke positie gaan de media innemen ten opzichte van de aanstormende militarisering ten behoeve van onze nationale veiligheid? Durven ze de onloochenbare keerzijde van wapengeweld te blijven benoemen? Of scharen ze zich stilletjes achter de monsteropgave van Defensie? Ze zouden bijna wel moeten, want zonder massale maatschappelijke bijstand maakt Defensie geen schijn van kans.

De politiek filosoof Alexis de Tocqueville legt in Over de democratie in Amerika namelijk uit dat democratische naties de grootste moeite zullen hebben om hun krijgsmacht te mobiliseren. De democratische mens is volgens hem dusdanig gehecht aan zijn huiselijke welstand, gaat dusdanig op in zijn kleine ondernemingen en gevoelt een dusdanig groot medelijden met zijn medemens, dat hij nimmer te porren is voor grootse oorlogsroem of opoffering.

‘Geef jij je traineeship op om door de loopgraven van Oekraïne te gaan tijgeren?’

Alle waarden waar het leger zich voorheen op kon beroepen om soldaten te ronselen – vaderlandsliefde, eerzucht en krijgshaftigheid – zijn in democratische tijden zozeer verflauwd dat een democraat liever thuisblijft, of zoals Achterberg dit samenvat in zijn gedicht Democraat: ‘Ik lees het nieuwe boek. De kachel suist. / Geertruida staat een overhemd te strijken. / Ik heb maar van de bladzij op te kijken / om te beseffen welk geluk hier huist.’

Als je de huidige reclamespotjes van Defensie bestudeert, lijkt het wel of ze Tocqueville hebben gelezen. Je ziet gelijk dat ze zich magnifiek hebben aangepast aan het succesgeile ik-ideaal van mijn generatie, wars van alle vaderlandsliefde. Het gaat louter en alleen om mij, ja, ik ja, ík heb de touwtjes in handen, ben een God in ’t vlakst van mijn gedachten en alle banen zijn de onderdanen van mijn heilige plan, hence I’m thrilled to announce my next one year of commitment. Er is ook een pond selfempowerment en uiteraard een onsje impact, maar je kan zo doorstromen naar een volgende uitdaging, mocht je het neerknallen van mensen even zat zijn.

Maar is dat genoeg?

Kun je onze militaire miljardenverrijzenis voltrekken zonder een greintje patriottisme, zonder een ethisch besef van dienstbaar zijn aan Nederland? Me dunkt van niet. Elk land waarin het leger een meer centrale plaats krijgt, beweegt toe naar meer eenheid, een vastere identiteit, omdat het een nationale oproep en afbakening impliceert van een Wij dat verdedigd moet worden tegen een Zij. Maar ja, dé Nederlandse identiteit, ik brand me er niet aan…

Om een wederopleving van nationalisme te voorkomen, is het wellicht een uitweg om deze strijdbare Wij-gemeenschap op te rekken tot Europees niveau, maar daarvoor is het Europese eenheidsgevoel vermoedelijk toch te zwak. Elke redelijke student beschouwt Rusland als de megalomane agressor die onmiddellijk gestraft moet worden, maar om je traineeship bij Deloitte op te geven om door Oekraïense loopgraven te gaan tijgeren? Sorry, ik heb zo een call. Stuur je me een reminder?

Uit nieuwsgierigheid bekeek ik de vacatures van Defensie om te onderzoeken waar ik straks van dienst kan zijn. Mijn categorie ‘Cultureel/taalkundig’ had alleen iets openstaan voor een allround bariton saxofonist bij ceremoniële aangelegenheden.

Ik wacht dan toch even af tot die van allround lijkdichter vrijkomt. Op dat moment zal ik onverveerd mijn bijdrage leveren: ‘Hier vocht Evert-Jan koen tegen Poetin / Tot er een Kalasjnikov schoot, recht z’n snoet in.’

Henrik Laban studeert Neerlandistiek