
‘Ik wil beginnen met benoemen dat we hechten aan de vrijheid om te demonstreren’, aldus vice-collegevoorzitter Timo Kos. Maandag gaf hij tijdens de universiteitsraadvergadering een uitgebreid statement over het Wijnhaven-protest van 6 mei. ‘We willen evalueren hoe we om kunnen gaan met de wens van studenten en medewerkers om te demonsteren, maar hoe we dat op een veilige en ordelijke manier doen. We kunnen niet goedkeuren dat nooddeuren geblokkeerd worden waardoor de veiligheid in het geding komt.’
Volgens Kos zal het misschien nooit helemaal helder worden wat er precies is gebeurd. ‘Maar er zijn gewonden gevallen en dat is wat je niet wil.’ Hij benadrukte wel dat vragen over de proportionaliteit van het politieoptreden voor gemeente en politie zijn.
Raadslid Michel Vermeer (DSP-SC) vond het opvallend dat het college nog steeds niet zegt te weten wat er gebeurd is. ‘Er zijn heel veel beelden van het geweld en jullie veroordelen dat niet in jullie statements, hoezo niet?’
‘Wat wij ingewikkeld vinden is dat we niet weten wat de aanleiding is dat de politie zo optreedt’, antwoordde Kos. ‘We zijn wel geschrokken van het geweld en op het chilling effect dat dit kan hebben op het demonstratierecht.’
Verantwoordelijkheid
‘Ik was EHBO’er bij de demonstratie’, zei student-lid Sami Katkhouda (DSP-SC). ‘Ik heb zelf drie bewustelozen verzorgd, en ook mensen met botbreuken, hersenschuddingen en kneuzingen. Je kan dit geweld toch veroordelen?’
‘Wij vinden het vreselijk’, aldus Kos. ‘Al het geweld raakt ons ook. Maar het is ingewikkeld tot waar wij verantwoordelijk zijn. Het duurde ook even totdat wij een beeld hadden van de situatie. Van de politie hoorden wij aanvankelijk dat het meeviel. Later hoorden we ernstiger verhalen. Daarmee is het niet goedgepraat. Maar het blijft de verantwoordelijkheid van de politie.’
Het evaluatierapport over de gebeurtenissen rond de demonstratie wordt later besproken met de raad.