‘Waarom deden we dit ook alweer op een maandag?’ vraagt een student in opvallende gele hoodie zich hardop af. Het is stil op de Vismarkt. In een bouwwerk van bierkratten staan thermoskannen met koffie naast een zilveren schaal met plakken cake en een stapel flyers.
Er ontbreekt nog maar één ding: voorbijgangers om alles aan uit te delen.
Je moet even goed kijken, maar de kratten moeten een studentenkamer voorstellen. Hij is klein en deprimerend, maar reflecteert daarmee precies de ernstige woningnood onder studenten en starters: er zijn te weinig kamers, en ze zijn klein, duur en slecht onderhouden.
Op slot
Dit is maandagmiddag het tijdelijke hoofdkwartier van Studenten voor Leiden (SVL). In maart doet deze partij voor het eerst mee aan de gemeenteraadsverkiezingen, en met deze actie beginnen ze hun verkiezingscampagne.
‘Er zitten geen studenten in de gemeenteraad, terwijl het een grote bevolkingsgroep is’, zegt lijsttrekker en medeoprichter Mitchell Wiegand Bruss (21, geschiedenis). ‘Nu ben je vaak gebonden aan nationale partijen, maar die handelen niet altijd in ons belang.’
Heet hangijzer is bijvoorbeeld het verkameringsbeleid van de gemeente. Sinds september vorig jaar geldt in de binnenstad een tijdelijke kamerstop, waardoor de stad nog verder op slot zit. ‘Het woningtekort raakt ons het hardst. Studenten kunnen geen nieuwe kamer vinden en vrezen zelfs hun oude kamer te moeten verlaten.’
Elianne Wijnands (23, politicologie), nummer twee op de kandidatenlijst, staat in het krattenhuis, waar ze cake en koffie uitdeelt. Zij heeft de woningproblemen zelf meegemaakt. ‘Ons huis valt praktisch uit elkaar door achterstallig onderhoud. Maar we kunnen moeilijk erover klagen, want we kunnen nergens anders heen.’
Vitaal
Wiegand Bruss vult haar aan: ‘We willen graag studentenhuizen verduurzamen. Dat zijn oude panden met enkelglas en slechte isolatie. Bij monumenten zijn er ook nog allerlei regels aan verbonden, maar daar moet de gemeente minder streng in zijn.’
George (26, rechten) heeft zijn dispuut meegenomen naar het krattenhuis. Hij volgt SVL op sociale media en gaat op ze stemmen in maart. ‘Studenten worden steeds meer naar de rand van de stad geduwd, en dat terwijl ze zoveel toevoegen aan de stad’, vindt hij. ‘Studenten houden het centrum vitaal.’

Studenten zijn tijdens de pandemie verwaarloosd, zegt hij. ‘Wij hebben het mentaal zwaar gehad. Al die sluitingen hebben ons onevenredig benadeeld, en ook de handhaving van de maatregelen vond ik te streng.’ Inmiddels luisteren zijn dispuutsgenoten lachend en knikkend naar het verhaal van Wiegand Bruss. ‘Ik ga wel op jullie stemmen’, belooft een van hen.
‘Zuiperds’
Ook op de Haarlemmerstraat, waar het aanzienlijk drukker is dan de Vismarkt, flyeren SVL-leden in geel tenue. Verreweg de meeste voorbijgangers zijn geen student, maar ook zij laten zich aanspreken. Ine Bloemendaal (54) is geïnteresseerd in de partij. ‘Mijn kinderen hebben gestudeerd, dus ik ken de problemen goed.’
Passerende ouderen vinden de partij helemaal niets. Een bejaarde voorbijganger wijt het woningtekort aan studenten. Leunend op zijn fiets raakt hij in een verhitte discussie. ‘Jullie moeten eens luisteren, ik zoek een klein appartement in de stad, maar die kan ik door jullie nergens vinden. Ze moeten gewoon kamers buiten de stad bouwen. Maar de universiteit bepaalt hier te veel. Deze stad wordt verziekt, de binnenstad wordt verkloot.’
‘Ik woon naast studenten en ik moet altijd over ze klagen’, foetert Ben Janssens (75) tegen een van de flyerende SVL’ers. ‘Jullie zijn allemaal zuiperds, jullie verkrachten elkaar nog erger dan bij The Voice.’
De ogen van de student worden groot en hij trekt wit weg. ‘Die uitspraak kon echt niet’, reageert hij duidelijk geïrriteerd. ‘Ik ben er helemaal klaar mee.’
Wiegand Bruss heeft er ook weinig begrip voor. ‘We willen graag rekening houden met de rest van de stad. Meer studenten leiden niet per se tot meer overlast, dat willen wij laten zien. We zijn niet kut, we zijn gewoon leuk!’