Nieuws
Tweedejaars bsa is van de baan
Het bindend studieadvies in het tweede jaar verdwijnt, en ook de regeling voor het eerste jaar wordt aangepast. Wat betekent dit voor studenten die van hun opleiding zijn gestuurd?
donderdag 26 mei 2016

Door Vincent Bongers ‘Het college heeft besloten om per direct op te houden met het bindend studieadvies in het tweede jaar’, zei rector magnificus Carel Stolker maandag tijdens de universiteitsraadsvergadering.

Niet de kritiek van de universiteitsraad en de Tweede Kamer zorgde voor het einde van de regeling. Twee Leidse studenten, een van geschiedenis en een van international studies, vochten met succes tegen verwijdering van hun opleiding vanwege een negatief advies. Zij stapten naar het college voor het beroep voor het hoger onderwijs (CBHO).

Dit was de regeling: studenten moeten 45 punten halen in hun eerste jaar. En 90 binnen twee jaar waaronder hun propedeuse. De nieuwe situatie: studenten moeten 45 punten halen in het eerste jaar.

Stolker: ‘De uitspraak was voor ons totaal onverwacht. Het komt erop neer dat er maar één keer een bindend studieadvies mag worden gegeven in de propedeutische fase. Iemand met een positief advies kun je niet alsnog van de opleiding afgooien. Studenten die met de regeling te maken hebben, krijgen een mail en een brief.’’

Hoe nu verder? ‘Betekent dit dat degenen die onterecht zijn weggestuurd weer toegang krijgen tot hun studie?’ vroeg Mark Reid van studentenpartij LVS. Stolker: ‘Daar gaan we naar kijken. Wij roepen studenten op om zich te melden.’

Peter Kwikkers van TriasNet Consultants, expert op het gebied van de Wet op het hoger onderwijs, noemt de uitspraak ‘rechtvaardig en juridisch correct.’ Hij meent dat weggestuurde studenten ‘hun studie weer moeten kunnen hervatten, als ze nog willen. Ik verwacht dat Carel Stolker, een goed jurist, hen met veel compassie en redelijkheid behandelt.’ 

Het is nog niet duidelijk wat de juridische gevolgen zijn van de uitspraken voor landelijk beleid, zegt Kwikkers. ‘Daarover doet het CBHO terecht geen uitspraak. Het draait om Leids beleid. Maar bij gerechtelijke uitspraken blijkt wel hoe dubieus de juridische basis is van al dat geëxperimenteer met rendementsregelingen. Het is een juridische, morele en academische kaassoufflé, die nu begint in te zakken. Ik ben daar blij mee, maar helaas duurt het een tijdje voor een bijzondere regeling die een universiteit treft door de rechter getoetst wordt, want er is een student nodig die naar de rechter stapt.’

Kwikkers haalt een Leidse CBHO-casus aan. ‘Dat gaat om een student met een negatief advies die 95 punten heeft gehaald maar zijn P nog niet binnen heeft. Die wordt dan weggestuurd. Dat zijn de regeltjes waaraan de examencommissie vast zit: onrechtvaardig en onnodig. Zo ben je niet op academisch verantwoorde manier bezig met het inschatten van de mogelijkheden van deze student om de eindstreep te halen.’

Stolker gaf maandag toe dat naast de CBHO-uitspraak ook het oordeel van de universiteitsraad van belang was geweest. ‘De weerzin in deze raad heeft een rol gespeeld. Die is unaniem tegen de regeling. Dan is het een plus een is twee en moet je je knopen tellen.’ Toch liet hij weten er niet blij mee te zijn dat een student ‘slechts 45 punten hoeft te halen’ in het eerste jaar. ‘Daarna zien ze maar. Of dat nou een goede boodschap is? Ik ben benieuwd hoe het volgend jaar zal gaan.’

Hij hoopt de eis om de propedeuse binnen twee jaar te halen te kunnen redden. ‘Dat vinden we een heel normale regeling. Die moeten we juridisch anders vorm gaan geven. We gaan nu overleggen met de raden over wat we nu gaan doen om een ambitieus studieklimaat te behouden. We willen heel graag het tempo erin houden. Om er zo voor te zorgen dat studenten het uiterste uit hun studie halen.’

Minister Bussemaker van Onderwijs reageerde dinsdag in de Tweede Kamer op het besluit van het college. ‘Leiden heeft het goed gedaan. Uit de evaluatie van het experiment blijkt een duidelijk signaal dat het instrument niet werkt op brede schaal’, verklaarde ze.

Daarbij komt nog dat een meerderheid van de Kamer tegen het bsa in het tweede jaar is. De minister gaat dan ook ‘niet veel werk maken van het voorbereiden van een wet die landelijke invoering van de regeling mogelijk maakt’. Opvallend is dat Bussemaker graag wil dat andere instellingen die meedoen aan het experiment, dit afronden.

.