Wetenschap
Vuurarcheoloog Femke Reidsma: ‘Vuur vertelt ons wie we zijn geworden’
Archeoloog Femke Reidsma (33) doet onderzoek naar de rol van vuurgebruik in de evolutie van de mens. ‘Je wordt beter in een kampvuur aan de gang houden als je het chemische proces begrijpt.’
Emiel Beinema
donderdag 23 februari 2023
Foto Taco van der Eb

'Ik gebruik scheikunde om te achterhalen hoe onze voorouders vuur gebruikten, door te kijken naar de effecten van hitte en bodemomstandigheden op botresten. Dat betekent: bepalen hoe het materiaal eruitziet voor het de grond ingaat, en vervolgens uitzoeken wat er aan die verbrande resten verandert als ze lang in de grond zitten.

‘Vuur vond ik altijd al fascinerend. Niet in de zin dat ik van alles in de fik ging steken, maar wel dat ik wilde weten hoe het werkt. Het heeft een soort natuurlijke aantrekkingskracht op mensen: vlammen zijn gevaarlijk, maar ook warm. Uit sociologisch onderzoek blijkt dat we er rustig van worden, en zelfs vriendelijker.

‘Het raakt ook aan veel verschillende aspecten van de evolutie, zoals de ontwikkeling van koken, het gebruik van vuur als werktuig, en taal en cultuur. Als je meer weet over vuur, kan je daarmee dus veel zeggen over hoe wij mensen geworden zijn tot wie we zijn.

Playlist

‘We zijn er niet alleen praktisch heel erg mee verbonden, maar ook cultureel. Ik heb een afspeellijst van liedjes met verwijzingen naar vuur. Dat zit in alle genres en gaat over zoveel thema’s: van liefde en dood tot hoop en trots. Waarover je het ook hebt, er bestaat een metafoor met vuur voor.

'In heel precieze ovens heb ik bot verhit tot verschillende temperaturen'

‘Ik bekijk het op een fundamentele manier en wil snappen wat het chemische proces doet met het materiaal en hoe dat bewaard blijft, om zo van onderaf de data op te bouwen. Een natuurwetenschappelijke aanpak om uiteindelijk bij de geesteswetenschappelijke vragen te komen.

‘Dat betekent niet dat ik een kampvuur anders maak, maar ik denk wel dat ik me meer dan gemiddeld afvraag of het uitmaakt dat we daar een kuil voor graven en er stenen omheen leggen. Je wordt trouwens wel beter in een kampvuur aan de gang houden als je het chemische proces begrijpt.

Sporen

‘Ik deel de vraagstukken dus op in meetbare variabelen en test die afzonderlijk in het lab. In heel precieze ovens heb ik bot verhit tot verschillende temperaturen, met en zonder zuurstof. Vervolgens heb ik daar allerlei chemische technieken op losgelaten om te kijken wat er in het bot veranderde.

Foto Taco van der Eb

‘Vraag twee was: hoe blijven die verbrande resten in de grond bewaard? Ik heb dus getest wat de zuurgraad (pH) van de grond doet. In het lab gaat dat veel sneller: door de botten op 60°C te bewaren in extreme pH-waarden, kon ik in zes weken nabootsen wat er in twee- tot drieduizend jaar onder de grond gebeurt.

‘Uit mijn onderzoek blijkt dat vuursporen als archeologische informatie een stuk ingewikkelder zijn dan gedacht. Er wordt vaak te veel gekeken naar de aan- en afwezigheid van vuur, zonder dat onderzoekers rekening houden met hoe die sporen tot stand komen en bewaard blijven.

‘Het zou dus mooi zijn als mijn technieken een vast onderdeel worden van hoe we vuurgerelateerd archeologisch materiaal bekijken. Dat zal nog wel even duren, maar ik heb in mijn nieuwste artikel geprobeerd om ook een soort stappenplan te geven. Zo kunnen archeologen die niet dezelfde vuurachtergrond als ik hebben er ook mee aan de slag.’