Wetenschap
Van een basisinkomen word je niet lui, zeggen Leidse onderzoekers
Gaan mensen met een basisinkomen minder werken? Een experiment van Leidse onderzoekers wijst uit van niet. ‘Mensen zijn intrinsiek gemotiveerd om te werken.’
Oscar van Putten
donderdag 17 februari 2022
Frans Kerver was de eerste Nederlander met een basisinkomen (zie kader). Foto ANP/Kees van de Veen

Het basisinkomen is al decennialang onderwerp van heftige discussie onder economen, psychologen, filosofen en beleidsmakers. Het idee: alle volwassen burgers, werkzaam of niet, krijgen een maandelijks bedrag van de overheid. Het zou het ingewikkelde en ondoorzichtige systeem van uitkeringen vervangen dat de overheid nu hanteert. Het zou zorgen voor minder armoede, meer geluk en minder bureaucratie.
Maar er zijn ook twee grote tegenargumenten: het is financieel onhaalbaar, en mensen zouden massaal minder gaan werken.
In opdracht van FNV onderzochten Fenna Poletiek, Erik de Kwaadsteniet, en Bastiaan Vuyk de gedragseffecten van het basisinkomen. Onlangs publiceerden de Universiteit hun eerste resultaten.

Wat bleek: mensen wilden nog steeds werken als ze een onvoorwaardelijk basisinkomen kregen. Daarvoor voerden de onderzoekers gedragsexperimenten uit. Deelnemers moesten een taak op de computer uitvoeren in ruil voor geld. Een deel van hen kreeg daarbovenop een vast bedrag (een ‘basisinkomen’), terwijl anderen alleen dat geld kregen als ze niet werkten (een ‘uitkering’) of helemaal geen extraatje kregen.

'Er zijn meer dan genoeg zinloze banen die kunnen verdwijnen'

Deelnemers met een basisinkomen werkten ongeveer evenveel als degenen zonder. Ze werkten zelfs meer dan wanneer ze een voorwaardelijke uitkering zouden ontvangen. ‘Mensen zijn intrinsiek gemotiveerd om te werken’, concludeert Poletiek daaruit. Maar geld speelt ook een rol. ‘Het basisinkomen is echt een minimum’, benadrukt ze: voor huur en eten is het genoeg, maar voor leuke extra’s blijft er weinig over.

Daarnaast bleek uit het onderzoek dat mensen passender werk vonden met een basisinkomen. Deelnemers die maximale winst zochten, gingen bijvoorbeeld voor de risicovolle taken waar ze veel geld mee konden verdienen. Zonder basisinkomen namen ze dat risico niet.
‘Een uitkering in Nederland krijg je niet zomaar’, vertelt Poletiek. ‘Je wordt gedwongen om te solliciteren en om banen aan te nemen die je misschien niet leuk vindt. Als je een basisinkomen krijgt, is die druk er niet. Je kunt rustig zoeken naar een baan die bij je past.’

De Kwaadsteniet vult haar aan: ‘In ons experiment was die dwang er niet. Als je een uitkering verliest wanneer je gaat werken, werkt dat demotiverend. Deelnemers bleven dan liever bij die uitkering: dat verdiende minder, maar nam ook minder risico’s met zich mee.’

Maar ‘passend werk’ betekent niet dat je gelijk je droombaan krijgt. ‘De arbeidsmarkt blijft een rol spelen’, aldus Poletiek. ‘Als er weinig vraag is naar je ideale baan, dan krijg je die niet per se.’ Voor mensen die nu geen andere opties hebben, zou het wel een verschil maken. Zij kunnen nu moeilijk ontslag nemen en ander werk zoeken, maar met een basisinkomen zou dat wel makkelijker gaan.

En wat als helemaal niemand een bepaalde baan wil hebben? ‘Werkgevers kunnen de lonen flink omhoog gooien, of ze kunnen het werk automatiseren’, verwacht De Kwaadsteniet. ‘Ook zijn er meer dan genoeg zinloze banen die kunnen verdwijnen.’ Hij verwijst daarmee naar zogenoemde ‘bullshit jobs’, bijvoorbeeld overbodige managers, receptionisten of administratiemedewerkers.

Flink meer belasting betalen

Om het basisinkomen betaalbaar te maken, moeten burgers flink meer belasting gaan betalen. Dat zegt Loek Groot, hoogleraar economie aan de Universiteit Utrecht. Hij verwijst naar berekeningen van het Centraal Planbureau (CPB).

De meeste uitkeringen, bijvoorbeeld voor arbeidsongeschiktheid of ouderdom, zouden niet meer nodig zijn. ‘Door het wegvallen daarvan komt er veel geld beschikbaar voor een basisinkomen’, vertelt Groot. ‘Maar dat bedrag moet je aanvullen met een veel hogere belasting, omdat het meer kost dan een systeem van uitkeringen.’ Bovendien blijven sommige uitkeringen bestaan, bijvoorbeeld voor werkloosheid, omdat ze hoger zijn dan het voorgestelde basisinkomen.

Het CPB-rapport Kansrijk armoedebeleid geeft twee scenario’s. In het goedkoopste scenario krijgen alleenstaande volwassenen 1060 euro per maand, tegenover 810 euro voor samenwonende volwassenen. Daarvoor moet de belasting wel omhoog van 37 naar 52 procent van het inkomen. Voor inkomen boven de 70.000 euro gaat het van 49 naar 70 procent.

In het dure scenario ligt het basisinkomen hoger, maar dat geldt ook voor de belastingpercentages. Bovendien worden de kinderopvangtoeslag en zorgtoeslag afgeschaft.

Groot verwacht dat het basisinkomen zorgt voor minder inkomensongelijkheid. ‘Wie veel verdient, zal erop achteruit gaan, omdat ze zoveel belasting moeten betalen. Maar wie nu weinig verdient, gaat netto meer overhouden.’

Ook de positie van vrouwen kwam in het experiment aan bod. Wat bleek: zij waren even gemotiveerd om te werken als mannen. ‘Dat was bijzonder, want uit eerder onderzoek bleek dat vooral vrouwen minder gingen werken’, zegt Poletiek. ‘Dat komt doordat vrouwen met een basisinkomen eerder kiezen om voor het gezin te zorgen. Het is dus niet zo dat ze geen werk willen.’

Dat laatste ziet De Kwaadsteniet in de praktijk in Zweden. ‘Daar is de kinderopvang heel goedkoop dankzij subsidie van de overheid. Je ziet dat vrouwen daar bovengemiddeld vaak werken, omdat ze minder tijd hoeven besteden aan zorgtaken.’

Mensen worden dus niet lui van een basisinkomen. Dan nog het andere tegenargument: is het überhaupt betaalbaar? Thom Bijenhof, projectleider bij vakbond FNV, die – op eigen verzoek – bij het interview is aangeschoven wil daar niets over zeggen. Hij wil ook geen mogelijke scenario’s noemen. ‘Dat is nog onderwerp van discussie binnen de FNV’, geeft hij aan. ‘Er zijn heel veel verschillende scenario’s en die zijn allemaal anders, daar wil ik niet op vooruit lopen. Mensen hebben al snel een mening over het onderwerp’

En nog een kanttekening: het onderzoek zal pas later dit jaar beoordeeld worden door vakgenoten. Het rapport is in handen van FNV en wordt in april openbaar ‘na een interne discussie’, aldus Bijenhof.

Het eerste basiskomen van Nederland

Frans Kerver was de eerste Nederlander die een basisinkomen kreeg. Het maakte zijn leven een ‘stuk relaxter’.

De resultaten van het onderzoek sluiten aan op de ervaring van Frans Kerver (61), de eerste Nederlander met een basisinkomen. Via een crowdfunding van de organisatie Ons Basisinkomen kreeg hij in 2015 een jaar lang duizend euro per maand.

Kerver is zelfstandig tekstschrijver en initiatiefnemer van het Groningse sociaal project Tuin in de Stad. ‘Ik doe beide met veel plezier, maar als ZZP’er verdiende ik veel meer dan als tuinier. Dankzij het basisinkomen kon ik meer tijd in het tuinproject steken.’

Hij is niet minder gaan werken, zegt hij. ‘Het eerste halfjaar was zelfs meer werk door alle media-aandacht die ik kreeg. Maar daarna ben ik wat meer gaan ontspannen. Die eerste duizend euro in de maand had ik al binnen, dat maakte het een stuk relaxter. Het werd toch een stuk stressvoller toen mijn basisinkomen weer verdween.’

Ook hij merkte dat een uitkering demotiverend werkt, zoals de Leidse onderzoekers vonden. ‘In Tuin in de Stad werken veel vrijwilligers met een uitkering, bijvoorbeeld omdat ze arbeidsongeschikt zijn. Ze gaan er echt niet op vooruit als ze een baan vinden. Als ik hoor hoe mensen daarover denken, dan zijn dat zelden positieve verhalen. Maar vrijwilligerswerk is essentieel voor de samenleving, en dat kun je met het basisinkomen belonen.’

Naast Kerver hebben nog een aantal Nederlanders een basisinkomen gekregen. Daarna droogden de donaties op en stopte Ons Basisinkomen in 2018.

Kerver denkt te weten waarom het project zo eindigde. ‘We hebben in Nederland een diepgewortelde calvinistische gedachte dat we móeten werken. Het basisinkomen wekt dan echt argwaan. Dat vind ik onzin: je leeft niet om te werken, je werkt om te leven.’