‘We hadden allerlei veiligheidsvoorschriften opgesteld’, zegt Liesbeth van der Heide. ‘We wilden dat de gevangenen die we gingen spreken geboeid waren en er een tafel tussen ons in zou staan. Wij zouden aan de kant van de deur zitten, zodat we snel konden vluchten als het zou misgaan. Maar zo werkt dat niet in Mali. Mijn Italiaanse vrouwelijke collega en ik werden in een cel gestopt zonder tafel. Meteen werd de eerste gevangene binnengeleid: een boom van een vent die geen handboeien omhad. De bewakers vertrokken weer, deden de deur dicht…die vervolgens in het slot viel.’
In een gevangenis in Bamako, de hoofdstad van Mali, interviewde Van der Heide dertig van terrorisme beschuldigde en/of veroordeelde gevangenen over hun achtergrond en beweegredenen om zich aan te sluiten bij terroristische groepen. Ook sprak ze bewakers, rechters, hulpverleners, geestelijken, religieuze leiders, inlichtingen- en defensiemensen en VN- en ambassadepersoneel. Deze week promoveerde ze.
Mensensmokkel
In Mali woeden al meer dan tien jaar bloedige conflicten tussen de overheid, etnische bevolkingsgroepen en jihadistische extremisten (zie kader). In 2013 was er een militaire interventie van voormalig kolonisator Frankrijk. Verder is er een VN-missie waarbij ook Nederland is betrokken. ‘De situatie is erg onoverzichtelijk en heel veranderlijk. Uit onze interviews bleek dat mensen vaak verschillende rollen hebben en ook steeds andere allianties aangaan.’ Het is lastig om een duidelijke scheidslijn aan te brengen tussen terroristische groeperingen, milities die hun grondgebied beschermen en criminele organisaties. ‘Een gevangene vertelde dat hij op maandag lid was van Al Qaida, op dinsdag actief was voor een lokale militie om zijn dorp te verdedigen, en op woensdag betrokken was bij mensensmokkel.’
Mali is een voormalige kolonie van Frankrijk in het noordwesten van Afrika. Tot 2012 was het een relatief stabiel land. Dat jaar kwam er een opstand van Toeareg-rebellen die een onafhankelijke staat, Azawad, in het noorden van Mali willen oprichten. Sindsdien zijn er steeds meer extremistische bewegingen actief geworden en zijn er gewelddadige confrontaties tussen de verschillende bevolkingsgroepen, radicale groeperingen en stammen onderling én met de overheid. In mei vorig jaar was er nog een militaire coup. De vorige staatsgreep was in 2020.
De Fransen grepen in 2013 militair in om een einde te maken aan het terrorisme en de opstand. ‘Inmiddels zijn zij echter min of meer het land uitgegooid door het militaire regime dat nu aan de macht is’, zegt Liesbeth van der Heide. ‘Frankrijk zag Mali heel lang als haar achtertuin, voelde zich verantwoordelijk. Veel Malinezen vinden het fijn dat ze los zijn gekomen van Frankrijk, maar het creëert ook weer nieuwe onveilige situaties.’
Het is tot op de dag van vandaag een ingrijpend en bloedig conflict. ‘Dagelijks zijn er aanslagen. In 2017, ik was toen in de hoofdstad Bamako, werd er bijvoorbeeld een aanslag gepleegd op het resort Le Campement, in de buurt van de stad. Dat is een locatie waar veel westerlingen kwamen relaxen in het weekend.’ Dat jaar vielen er in de stad Gao in het noorden vijftig doden bij een zelfmoordaanslag met een vrachtwagen vol explosieven.
Meestal is het haast onmogelijk om terroristen te spreken te krijgen, zegt Van der Heide, die coördinator preventie, polarisering en radicalisering bij de gemeente Den Haag is en doceert bij het Institute of Security and Global Affairs. Sterker nog: ze was het ook helemaal niet van plan. ‘Ik was er om gevangenispersoneel te trainen, toen de minister van Justitie en Veiligheid zei: “We hebben geen idee waarom deze gevangenen terrorist zijn geworden. Kunnen jullie daar niet meteen onderzoek naar doen?” Dat wilden we wel.’
Uiteindelijk verliep alles goed, vertelt Van der Heide, maar het was soms even slikken. ‘Je moet niet de illusie hebben dat het er veilig is. We kwamen een keer op het kantoor van de gevangenisdirecteur, toen er net een sweep was geweest: de cellen waren doorzocht en de gevangenen gefouilleerd. De directeur liet trots zien wat ze allemaal hadden gevonden: drugs, mobieltjes en… messen.’
Drugs, mobieltjes en.....messen
Ook het plan om steekproefsgewijs gevangenen te selecteren, verliep anders. ‘Het eerste interview was met een heel slimme Toeareg (berbervolk dat vooral in het noorden van Mali leeft, red.) die verschillende talen, waaronder Frans en Chinees, sprak. Toen Gao, de stad waar hij woonde, werd ingenomen door de MUJAO, een Al Qaida-achtige groepering, werd hij vanwege zijn talenkennis en zijn status aangesteld als leider van hun shariapolitie. Hij was heel open, en had ook veel vragen aan ons.’
Tijdens het tweede interview bleek waarom. ‘Een enorm grote Arabische kerel kwam binnen. In de cellen zitten veel mannen bij elkaar, daar vormt zich een hiërarchie. Dit was een leider, de sterkste en de slimste van de groep. Ik dacht: als hij wil, is dit zijn kans om een westerse vrouw de nek om te draaien. Het bleek dat hij zijn “nummer twee” op ons had afgestuurd om even polshoogte nemen. Blijkbaar had die gerapporteerd dat we aardige dames waren.’ De man bleek een voormalig lijfwacht van Moammar Gaddafi te zijn. Na de val van de Libische dictator in 2011 trok een deel van zijn aanhangers naar buurland Mali om zich daar aan te sluiten bij militante groepen. Ook veel Libische wapens kwamen zo in het land terecht.
‘Wat er in Mali speelt is deels een identiteitsconflict. Een quote van een van de gevangenen vat de situatie goed samen: “Ik ben geboren in een land dat anderen Mali noemen.” Als je bij een stam hoort en al eeuwen ergens woont en ineens trekken machthebbers een grenslijn en zeggen: “Dit is Mali, en jij hoort daar ook bij”, dan veroorzaakt dat problemen.’
Corrupte bende
Maar motieven van terroristen zijn ook vaak pragmatisch. ‘Ze verwijzen naar de in hun ogen corrupte overheid die niet levert als het gaat om voorzieningen als water en elektriciteit. Extremistische groeperingen betalen goede salarissen en zorgen voor veiligheid. Het is een kwestie van vraag en aanbod. Terroristen kiezen voor een beter alternatief dan wat de overheid te bieden heeft. Zolang de regering wordt gezien als een corrupte bende die niets goeds doet, blijft het legitiem om daar tegen te vechten en zal terrorisme bestrijden niet lukken.’
Dat merkte ze ook in de gevangenis. ‘Bewakers die we spraken vonden dat je je niet moest aansluiten bij een terroristische groepering. Ze hadden er echter wel begrip voor omdat mensen, vooral in het noorden van het land, weinig andere opties hebben.’
Veel gevangenen hadden ook helemaal geen reële keuze. ‘De leider van de sharia-politie vertelde dat MUJAO voor zijn deur stond en hij te horen kreeg: “Sluit je bij ons aan, of we schieten je familie neer.”’
Van der Heide interviewde ook ideologisch gedreven terroristen die een kalifaat willen stichten in het noorden van het land. ‘We spraken gevangenen die vinden dat leden van de regering ongelovige marionetten van de Franse kolonisator zijn. Maar deze ideologische motivaties waren in de minderheid.’
Het proefschrift is een pleidooi om verder te kijken dan de Westerse blik die uitgaat van ideologie. ‘Terroristen worden hier nog vaak gezien als ideologisch gedreven individuen. Maar uit de interviews die we hebben afgenomen blijkt dat er een heel scala aan motivaties is die mensen drijft tot geweld. Dat is ook relevant voor de Nederlandse context.’
Liesbeth van der Heide, A Group Affair, Understanding Involvement in Terrorism in Mali. Promotie was woensdag 11 mei.