Ongelijke kansen en discriminatie hebben de laatste tijd veel aandacht gekregen. Zo ook in het hoger onderwijs. Uit het rapport Ervaren discriminatie in Nederland van het Sociaal en Cultureel Planbureau blijkt dat ongeveer een vijfde van de studenten discriminatie in het onderwijs ervaren in het afgelopen jaar.
Dit percentage is bizar hoog. Maar beleid voeren dat (ervaren) discriminatie tegengaat, is helaas vaak niet eenvoudig. Niet in de laatste plaats omdat vaak niet duidelijk is of iets wel echt discriminatie is.
Twee maanden geleden werd er een onderzoek gepubliceerd dat duidelijk bewijs levert voor discriminatie tegen studenten van een minderheidsgroep in Australië. In het onderzoek werden tentamens die al nagekeken waren, nog eens vier keer opnieuw nagekeken. Maar nu door andere docenten en zonder dat de naam van de student zichtbaar was.
Lagere cijfers
Wat bleek? Studenten van Chinese afkomst kregen systematisch lagere cijfers van hun docenten wanneer het tentamen niet anoniem werd nagekeken.
De effecten waren het duidelijkst op het punt waar een cijfer wellicht het belangrijkst is: op het randje tussen een voldoende en een onvoldoende. Chinese studenten kregen hier veel vaker het nadeel van de twijfel.
Verdrietig
Dit onderzoek maakt me verdrietig. Blijkbaar is mijn beroepsgroep (en ben ikzelf?) nog steeds niet in staat om volledig objectief tentamens na te kijken.
Maar ik ben ook hoopvol. Door corona hebben universiteiten wereldwijd een enorme omslag moeten maken van fysiek naar online onderwijs, inclusief het nakijken van tentamens. Online is het veel eenvoudiger om het werk van een student te anonimiseren voordat het door docenten wordt nagekeken.
Discriminatie moeten we tegengaan, en anoniem nakijken lost echt niet ieder probleem op. Maar mede omdat het nu zo eenvoudig is om een aanpassing te maken, stel ik voor dat universiteiten gaan proberen om tentamens anoniem na te kijken. Alle klein beetjes helpen immers.
Max van Lent is universitair docent economie aan de Universiteit Leiden