Columns & opinie
Selectie aan de poort
Een Rotterdams onderzoek naar geneeskundestudenten toonde aan dat selectie aan de poort werkt. Op de kenniswebsite Scienceguide heropent prof.dr Jan Anthonie Bruijn, voorzitter van het Opleidingsbestuur van het LUMC, de discussie.
donderdag 3 december 2009
De Universiteit Leiden is in 2006 gestopt met selectie aan de poort, omdat uit hun experimenten bleek dat het niet werkt.
‘Ik ken die onderzoeken niet in detail, dus daar kan ik niets over zeggen. Ik weet wel dat het vaak moeilijk is om zulke experimenten wetenschappelijk goed op te zetten. Een goede controlegroep opzetten is bijvoorbeeld lastig, en daarom is er in het onderwijs maar weinig evidence based.
‘Een ander probleem zijn de uitleescriteria. Als je bijvoorbeeld selecteert op niet-cognitieve criteria als motivatie of het vermogen om te samen te werken, en vervolgens naar tentamencijfers kijkt, kan je niet verwachten dat je wat vindt als je in die tentamens alleen cognitieve vaardigheden toetst.’
Wat is er nu anders aan dat Rotterdamse onderzoek?
‘Of je de resultaten kunt extrapoleren naar andere studies en landen is nog de vraag, maar het is voor het eerst ter wereld dat een onderzoek naar effecten van selectie echt goed is opgezet. De groepen zijn groot genoeg, de eindexamencijfers zijn hetzelfde, de criteria zijn goed gedefinieerd. En dan zie je significante verschillen. De geselecteerde groep besteedt meer tijd aan extra-curriculaire activiteiten als bestuursfuncties – en dat wil je graag als universiteit, een breed geörienteerde Homo academicus.
‘De uitval in de eerste twee jaar ligt 2,5 keer zo laag, dus de match tussen student en opleiding is kennelijk beter. En tegen het eind van hun opleiding, in de klinische fase, halen ze hogere cijfers, wat in elk geval de hoop biedt dat het ook betere dokters worden.’
‘Hoop’?
‘Dan moet je ze over twintig jaar nog eens onderzoeken, en een definitie zien te vinden van wat iemand een goede dokter maakt. Daarom is het ook zo moeilijk om evidence based onderwijs te krijgen.’
Waarop moet je selecteren?
‘In Rotterdam lette men zowel op kennis als op vaardigheden. Het belangrijkste aan dat onderzoek is dat je nu niet meer kan zeggen dat selectie niet kan werken. Dat opent dus weer de discussie, en het nodigt uit tot verder onderzoek. Dat is met name in het belang van de student die uitvalt, maar ook van Nederland. Voor het totale onderwijs kost uitval zeven miljard euro per jaar, volgens de Nationale Denktank.’
Leiden selecteert haar geneeskundestudenten met behulp van het Pre University College. Is dat een goede methode?
‘Voor zover ik weet zijn daar nog geen harde cijfers over. Het Pre is een hartstikke mooi systeem, omdat middelbare scholieren al twee jaar aan de universiteit kunnen proeven, en studiekeuzebegeleiding onderdeel is van het programma. Ook dat is een vorm van matching.’
En nu?
‘Er is dus meer onderzoek nodig. De vraag is of je überhaupt voor studies waarvan is aangetoond dat je beter kunt matchen, moet blijven loten. Bij de huidige gewogen loting selecteer je deels op geluk. Dat is toch wel een heel bijzonder criterium.’