Columns & opinie
Lockdowndilemma: moet ik vandaag wel of geen broek aan van mezelf?
Als thuiswerkzombie forceer ik mezelf al maandenlang uit bed richting een laptop die twee meter verderop staat. Hoe blijf je dan nog bij je volle verstand?
Maia de Quay
vrijdag 15 januari 2021

Het is 2021 en de Nederlandse coronababy is al tien maanden oud. Het lijkt al tien maanden alsof de tijd door mijn vingers glipt en de dagen sneller verdwijnen dan ze komen.

Lockdown in, lockdown uit - het voelt steeds alsof ik overdag in een soort bubbeltjesplastic gewikkeld zit. De straten zijn leger, de geluiden zachter en de geuren minder penetrant. Alles is er wel, maar niet zo intens als eerst. Alle andere mensen zijn ook in bubbeltjesplastic gewikkeld en zo schuiven en botsen we zonder elkaar aan te kijken de maanden veilig en zachtjes door.

Pas als ik ’s avonds in mijn in bed lig, lijkt het bubbeltjesplastic van me af te vallen en word ik me bewust van wat er om me heen gebeurt. Vlak voordat ik in slaap val, word ik overspoeld door de hele dag en vervolgens maak ik in mijn dromen de meest indrukwekkende en bizarre dingen mee. Mijn slapende uren beïnvloeden de wakkere nog voordat ik dat zelf door heb en zo is het net alsof ik de dagen waarneem door een beslagen bril terwijl ik droom in HD.

Na bewogen nachten forceer ik mezelf uit bed en richting een laptop die twee meter verderop staat. Ik hou me als een ware thuiswerkzombie bezig met werkgroepen, Zoom-meetings en e-mails en bedenk me in de tussentijd of ik vandaag wel of niet een broek aan moet doen van mezelf.

Mijn deur is dicht, ik demp het geluid van mijn laptop, zet mijn verwarming hoger en zit zo urenlang te fermenteren tot de dag weer voorbij is en het bubbeltjesplastic weer strak om me heen gekneld is.

Hoe moet je tien maanden slapen, eten, lezen, feesten, werken, dansen én studeren in één ruimte?

Dag in dag uit sleep ik mezelf door de mentale conjunctuurschommeling die corona met zich meebrengt, en vraag me steeds vaker af wat ik kan doen om het te doorbreken. Ik voel me nutteloos en saai en wil leuke dingen doen en nieuwe mensen ontmoeten. Tegelijkertijd wil ik ook niet alleen maar zeuren en enkel aan mezelf denken.

Ik ben me ervan bewust dat het een luxe is om me te vervelen tijdens een pandemie, maar vind het ook met de dag moeilijker om in mijn badjas door het huis te schuifelen en alleen maar mensen tegen te komen die hetzelfde doen.

Hoe moet je nou zooi maken, slapen, tv kijken, eten, lezen, feesten, werken, dansen én studeren in één ruimte voor 10 maanden lang? En misschien belangrijker, hoe blijf je bij je volle verstand?

Ik heb het antwoord ook niet, maar heb mezelf voorgenomen om wat vaker contact te zoeken met de badjasgangers in mijn huis. Want paradoxaal genoeg is social distancing in hoge mate gemeenschappelijk. We moeten elkaar ervan beschermen om sociale dieren te zijn. Mijn moeder heeft wel eens gezegd dat of de storm nou snel wegtrekt of niet, de zon boven de wolken altijd schijnt.

Met dat in mijn hoofd hoop ik op fletse dromen en heldere dagen.


Maia de Quay is student rechten