Columns & opinie
Collegegeld terugvragen vanwege online onderwijs is absurd
Natuurlijk zijn digitale colleges verre van ideaal, maar een pandemie is nu eenmaal uitzonderlijk. Dus ga dan ook niet zeuren om een niet-goed-geld-terug-garantie.
Ivo Verseput
maandag 22 juni 2020

Wat opvalt aan de coronacrisis is de groeiende betrokkenheid van studenten bij de kwaliteitswaarborging van hun onderwijs, dat nu grotendeels online plaatsheeft. Ze wordt geuit in tal van traditionele media, zoals onlangs in Het Parool. Twee studenten (UU en UvA) beschrijven de nadelen van online onderwijs: minder werkgroepen en opgenomen hoorcolleges zonder interactie. Docenten zouden zenders zijn, studenten enkel nog de stille ontvangers, die ‘hun mond houden om ruis te voorkomen’.

Natuurlijk zijn digitale bijeenkomsten niet ideaal. Niemand heeft dan ook gevraagd om uitsluitend online onderwijs, en niemand verplicht je bijgevolg slechts een stille ontvanger te zijn. Hef het dempen van die microfoon op en trek je mond open als je wat te zeggen of te vragen hebt, net zoals je in de normale situatie zou doen.

Om het openbaar vervoer te ontzien overweegt de overheid studenten alleen buiten de spits te laten reizen. Collegeroosters zouden dan op de daluren moeten worden aangepast. Volgens de schrijvers van het opiniestuk maakt de overheid fysiek onderwijs daarmee onmogelijk, terwijl studenten wel het volle pond blijven betalen.

‘Universitair onderwijs, verpakt als niet-goed-geld-terug-product - dat is nogal wat’

‘Een grote fout’, volgens hen. ‘Wie minder krijgt,’ concluderen de twee, ‘zou ook minder moeten betalen. Je verwacht toch ook geld terug als je tweedeklas moet reizen, terwijl je eersteklas hebt geboekt?’ Universitair onderwijs, verpakt als niet-goed-geld-terug product. 

Onze universiteiten presteren op mondiale schaal uitstekend, ze verdienen inderdaad de titel eersteklas, aan één ervan mogen studeren is een voorrecht. Toen de onderwijsinstellingen sloten moest pijlsnel worden gehandeld om online verder te gaan en vakken af te kunnen ronden. De insteek was daarbij dat de kwaliteit gewaarborgd werd, al zal dat het her en der met horten en stoten zijn gegaan.

Zolang omwille van de volksgezondheid wordt gevraagd met name digitaal bijeen te komen, zullen de ongemakken daarvan merkbaar blijven. Maar ook die zijn relatief, in een uitzonderlijke situatie die wereldwijd om aangepast onderwijs heeft gevraagd. Het is – studievertraging daargelaten – nogal wat om ze financieel gecompenseerd te willen zien.

Wat doet een eersteklasreiziger wiens handen plakken door het geprop van een bananenschil in het overvolle prullenbakje? Als vanwege een haperende airco zijn zweet vlekt in de dure stof van een krakend nieuw hemd? Als de rust in de coupé ruw wordt verstoord door het blikkerige geluid uit de oortjes van een medepassagier? Die wast zijn handen, trekt zijn jas uit, haalt eenmaal buiten opgelucht adem – en vraagt geen geld terug voor zijn kaartje.


Ivo Verseput studeert geschiedenis