‘De opkomst van AI roept vragen op’, zei personeelsraadslid Robbert Bruggeman (Progressieve Partij) maandag tijdens de faculteitsraadsvergadering. ‘Welk standpunt nemen we in ten aanzien van het gebruik van ChatGPT en vergelijkbare programma’s? Ik neem aan dat daarover op universiteitsniveau maar ook door de faculteit wordt nagedacht?’
Bruggeman vroeg ook hoe AI zich verhoudt tot de leerdoelen van de masterscriptie. ‘Is die in zijn huidige vorm nog zinnig, omdat het met AI heel makkelijk is om dingen op papier te zetten?’
Het rechtenbestuur is bezig met beleid. ‘Dé oplossing is er nog niet, daar moeten we samen uit zien te komen’, reageerde vice-decaan Jan Crijns. ‘Er wordt al hard aan gewerkt. Er is een universitaire richtlijn, die zijn we nu aan het vertalen naar Rechten, want elke faculteit heeft zo zijn eigen context. Verder is er een facultaire AI-werkgroep die openstaat voor iedereen die wil meedenken. Dus als er goede ideeën, misschien zelfs oplossingen zijn, laat hen dat dan vooral weten.’
Aangepaste bachelor
Het onderwijs in de bachelor is al aangepast. ‘We nemen de opkomst van AI mee in het afsluitende vak van de derdejaars bachelors. De aanpak in dat vak wordt anders dan het schrijven van de klassieke bachelorscriptie.’
Wat er in de master gaat gebeuren, is nog onduidelijk. ‘Dat antwoord moeten we met elkaar gaan formuleren. Uiteindelijk zou de discussie ertoe kunnen leiden dat de masterscriptie niet meer het product is waar we de eindtermen mee toetsen. De vraag is: hoe dan wel?’
Het is volgens Crijns nu vooral van belang dat ‘we bij opdrachten en zeker bij scripties veel spreken met studenten over hoe deze stukken tot stand komen. In een keer een scriptie inleveren waarover niet is gesproken kan niet meer. We bouwen her en der checks and balances in, maar dat betekent niet dat er geen gebruik is gemaakt van AI.’
Bruggeman: ‘Het zou wel fijn zijn om op korte termijn een bepaalde mate van sturing te krijgen, wat kaders waar docenten mee kunnen werken. Wellicht in de vorm van meer nadruk op het proces dan op het eindresultaat van de masterscriptie.’
‘Die kaders gaan er heel snel komen, de werkgroep is ermee bezig’, verzekerde Crijns.