Het afgelopen jaar kreeg het hoger onderwijs al te maken met forse bezuinigingen. Die leidden ertoe dat veel universiteiten personeel moeten ontslaan, dat onderzoek wordt gekort en opleidingen verdwijnen. De bezuinigingen lopen op tot 300 miljoen euro per jaar. Maar universiteitskoepel UNL heeft uitgerekend dat daar nog zo’n 25 miljoen euro bijkomt.

‘Dat cijfer is niet letterlijk terug te vinden’, erkent UNL-woordvoerder Femke van Zijst. ‘Het komt er kortgezegd op neer dat het kabinet geld tekort heeft. Het benodigde geld wordt binnengehaald door de loon- en prijsbijstelling onder meer bij het Onderwijsdepartement in te houden. Het is dus gewoon een bezuiniging.’

Gespannen voet

UNL schat dat het om maximaal 25 miljoen euro gaat voor alle universiteiten samen. ‘De Raad van State is hier ook kritisch over’, aldus Van Zijst. ‘In de Voorjaarsnota zal het exacte bedrag duidelijk worden.’

In haar advies over de Miljoenennota 2026 schrijft de Raad van State ‘kanttekeningen te plaatsen bij een aantal dekkingsvoorstellen’. Zo kan het ‘inhouden van de prijsbijstelling en het niet indexeren van een aantal bedragen voor de inkomstenbelasting, loonbelasting en toeslagen’ volgens het adviesorgaan ‘mogelijk op gespannen voet staan met de transparantie van de implicaties van overheidsbeleid’.

Onbegrijpelijk

Volgens UNL zakt met deze extra bezuiniging de investering in onderzoek en innovatie richting de twee procent van ons nationaal inkomen, terwijl steeds meer landen drie procent of meer investeren. UNL-voorzitter Caspar van den Berg noemt het ‘onbegrijpelijk dat dit kabinet blijft bezuinigen op kennis en innovatie terwijl die juist onmisbaar zijn om ons land veilig, weerbaar en gezond te houden’. Van den Berg stelt dat de overheid juist nu moet investeren in onderwijs. ‘Anders is de schade aan de wetenschap en onderwijs onomkeerbaar.’