‘Wij hebben één woord met zeven w’s, en dat is een wwoowowwewwal’, vertelt Peter Labrujère in Tis maar eens per jaar, de documentaire over het Leidens ontzet die nu in de lokale bioscopen draait. ‘En hoe vrouwen naar de wc gingen, dat noemden we dan: je moet effe je kano laten lekken.’ De oer-Leidenaar met een opvallende witte baard die eindigt in twee lange vlechten waar kleine houten klompjes in bungelen, is maar wat trots op zijn taal.
Leidse muziekgroep Barry Badpak: ‘Het hele jaar spreken Leidenaren gewoon Algemeen Beschaafd Nederlands, maar op 3 oktober heeft iedereen opeens een “wrollende erw”’.
In de film duikt regisseur Vince de Jong in het Feest Der Feesten. Hij schoot de documentaire tijdens de vorige editie, toen Leiden vierde dat de stad 450 jaar geleden was bevrijd van de Spanjaarden.
Onder begeleiding van strijdmuziek met dreunende trommels wordt eerst nog eens de heldhaftige historie van het ontzet verteld. ‘Leiden bood weerstand tegen de Spaanse overmacht’, vertelt de bekende Leidse cabaretier Jochem Myjer. De Spaanse koning Filips II heerste over grote delen van Europa. De autoritaire koning liet geen ruimte voor politieke en religieuze vrijheid, zijn aanpak keerde zich tegen hem en Leiden kwam in opstand. Ze sloten zich aan bij het verzet van Willem van Oranje. Wanneer Spaanse soldaten de stad omsingelen, sluiten ze de poorten van de stad. Na maanden honger lijden, bevrijden de watergeuzen de stad. De Spanjaarden vluchten en Leiden is vrij.
Dat vervolgens de universiteit werd gesticht heeft van Leiden een unieke stad gemaakt met een enorme diversiteit aan mensen, aldus Myjer. Programmamaker Menno Bentveld: ‘Het is een combinatie van een oud arbeidersvolk en een hele hoop geleerden.’
Maar de Leidse historie bindt mensen, het geeft gelaagdheid, een soort bodem. Myjer: ‘Ik word erdoor geraakt’, aldus de cabaretier. ‘Heel Nederland zit op 3 oktober gewoon aan de wiskunde, maar de Leidse kinderen zitten op een doordeweekse dag op de halve garenmarkt met z’n allen liedjes uit de zeventiende eeuw te zingen.’
Zijn boezemvriend en Leidse superster-dj Armin van Buuren vult aan dat vrijheid niet vanzelfsprekend is. ‘Het is mooi dat we zo bewust de vrijheid vieren, het is namelijk geen vast gegeven.’
De documentaire volgt vier Leidenaren tijdens drie oktober, hun belevenissen worden ondersteund door bekende stadsgenoten die gepassioneerd vertellen. Mies, een meisje uit groep 7, leert het verhaal van de bevrijding op school. Trots kan ze het thuis navertellen, als haar familie langskomt voor een bordje hutspot.
Olivier, een student sterrenkunde, viert zijn eerste 3 oktober in Leiden en moet als huistraditie trouw het vaandel dragen van de 3 October Vereeniging. Hoewel hij het vaandel aanvankelijk nog oneerbiedig ‘een stok met een vlag’ noemt, heeft zijn taak hem uiteindelijk toch dichter bij de bevolking gebracht, zegt hij de volgende ochtend met een zwaardere stem dan gebruikelijk. ‘Het feest verbindt de student en de Leidenaar.’
Als de stoet van net geklede Leidenaren langs de Hoog-
landsekerk loopt, is Nico, commissaris bij de 3 October Vereeniging daar druk aan het opbouwen. Hij verwacht namelijk 7300 feestgangers die daar ‘s avonds hutspot komen eten. Vrolijk groet hij iedereen en wenst ze een ‘goed ontzet’ in het voorbijgaan. Voordat hij met zijn dochtertje naar de kermis gaat komt ook Barry een bordje hutspot eten. De rood-wit geklede glazenwasser en zijn dochtertje kijken al twee weken uit naar het feest.
Over vrolijke beelden van haring en wittebrood etende mensen en wapperende Leidse vlaggen onder de klanken van de lokale hit ‘La la la Leiden’ echoot de term ‘verbinding’ eindeloos. De Leidse televisiepresentator Menno Bentveld zegt over de taptoe: ‘Iedere Leidenaar heeft die gelopen of heeft aan langs de kant gestaan om te kijken, ik ook.’ ‘We hebben allemaal één ding gemeen, dat we drie oktober vieren’, aldus Myjer. ‘We eten allemaal met elkaar hutspot. Het is echt depolariserend.’
Je zou bijna gaan denken dat de normaal in kampen opgedeelde Leidenaren alleen op 3 oktober elkaar weten te vinden. Alleen: dat zie je nergens terug. De vier gevolgde personages vieren namelijk ieder hun eigen individuele drie oktober. En het is juist de film die de bewoners opdeelt in twee categorieën: een ‘volkse’ en een ‘academische’. Ultiem gemiste kans: uitgerekend op het moment waarop dat wél zou kunnen gebeuren, stopt de camera: als na alle tradities ’s nachts het echte feest losbarst.
Tis maar eens per jaar, regie Vince de Jong is t/m 3 oktober te zien in Leidse bioscopen
De dag wordt om 7.00 uur ingeluid met het trompetgeschal van de reveille op het stadhuisplein. Voor de traditionele haring en wittebrood kan je vanaf 7.30 uur terecht in De Waag. Om 9.00 uur openen de kermis en de markt, daar kan je alvast beginnen met een beetje moed indrinken voor het polsstokverspringen, om 15.00 uur.
Van 13.00 tot 16.00 uur loopt de welbekende optocht door de stad, en vanaf 12.00 gaat het horecaprogramma van start op verschillende locaties, zoals bij Anna et Fred, Barrera en café de Keyzer. De dag wordt om 23.30 uur afgesloten met een grote vuurwerkshow in het Ankerpark aan de Zijlsingel. Kunstliefhebber kunnen van 10.00 tot 13.00 gratis naar museum de Lakenhal.