Begin januari 2022 reden medewerkers van het Joods Nationaal Fonds (JNF) naar de Negev-woestijn in het zuiden van Israël. Ze begonnen bomen te planten. Een onschuldig aandoende activiteit op het eerste gezicht. De jonge boompjes waren echter brandstof voor protest, rellen en geweld.
In de Negev, Naqab in het Arabisch, leven namelijk islamitische bedoeïenen. Zij zijn Israëlisch burger, een deel van hen woont in kleine nederzettingen in de woestijn. De bedoeïenen zien het gebied waar de bomen worden geplant als hun leefgebied met een specifiek ecosysteem. Ze claimen ook bezit van een deel van de grond, de staat erkent die claim niet.
Protesterende bedoeïenen die zich verzetten tegen de aanplant werden opgepakt. ‘Tieners staken een auto van een journalist in brand en gooiden stenen naar een passerende trein’, schreef The Times of Israel.
De overheid wil eigenlijk dat de bedoeïenen daar helemaal daar niet meer hebben en ze verplaatsen naar steden. ‘De bedoeïenen worden op verschillende manieren bedreigd door de overheid’, zegt antropoloog Erella Grassiani, universitair hoofddocent aan de Universiteit van Amsterdam, maandag tijdens een lezing in het Pieter de la Court-gebouw. ‘De staat Israël erkent veel van hun nederzettingen niet. Veel van de provisorische huisjes worden door het leger verwijderd.’
Alles vernield
Een van de nederzettingen is Al-Araqeeb, op de plek waar het dorpje stond, groeit nu een bos. ‘Het plaatsje is door de Israëliërs meer dan tweehonderd keer met de grond gelijk gemaakt. Elke keer als er wat tenten of geïmproviseerde huisjes worden geplaatst, komt de politie en vernielt alles weer.'
Grassiani is van Israëlisch-Nederlandse afkomst, expert in nationalisme en militairisme in Israël en analyseert hoe de staat en maatschappelijke organisaties bosbouw als nationalistisch wapen gebruiken. ‘Bomen planten of juist ontwortelen is een manier om land in te pikken en gemeenschappen uit elkaar te drijven.’
In de Westelijke Jordaanoever hakken kolonisten met hulp van het leger olijfbomen van Palestijnse boeren om. Ze dempen waterputten om landbouw onmogelijk te maken. ‘In de Negev worden bomen geplant om het leven te verstoren. Het is maar een stuk gereedschap in de gereedschapskist om land af te pakken, van Palestijnen of in dit geval bedoeïenen. Waterpijpen, wegen en elektriciteit in de woestijn worden allemaal aangelegd om de dorpjes van de bedoeïenen heen.’
Het JNF is de grootste speler als het gaat om bomen planten, vertelt Grassiani. ‘Het is een semipublieke organisatie die verantwoordelijk is voor de bossen en parken in Israël. Volgens de organisatie zelf hebben ze meer dan 250 miljoen bomen geplant. JNF heeft 13 procent van het land in Israël in bezit.’
Er zijn allerlei private organisaties en zionistische ngo’s die steeds meer invloed krijgen. ‘Regavim is een voorbeeld van een zeer rechtse en racistische kolonistenorganisatie. In zijn boek Bedouistan schildert Meir Deutsch, de directeur policy and government relations van Regavim, de bedoeïenen af als afschuwelijk en gevaarlijk. Deze lui nemen ons land over, is zijn boodschap. Opvallend is dat Deutsch dezelfde toon en argumenten gebruikt als de activisten die zich verzetten tegen Joodse kolonisten in de bezette gebieden. Hij draait de zaak 180 graden om en claimt dat bedoeïenen bomen planten om Israël dwars te zitten. Fascinerend, als het niet zo deprimerend was.
Goddelijk bos
‘De ngo Im Tirtzu is berucht vanwege hun lastercampagnes tegen academici en ieder ander die ze als bedreiging zien van zionisme en de staat Israël. Ik stond zelf ook op hun lijst, misschien iets om trots op te zijn.
‘Als deze kolonistenorganisaties zich vestigen in de bezette gebieden of actief zijn in de Negev nemen ook beveiligings- en surveillancetaken op zich. De staat heeft daarvoor niet genoeg geld, maar zij wel, bijvoorbeeld door donaties uit de VS. Ze doen zelf surveillance en leveren die data aan de planners van de bossen. Welk deel van het land door de bedoeïenen wordt gebruikt en op welke manier.’
Het JNF plant grotendeels de bomen, maar de financiering kan van de meest uiteenlopende bronnen komen, vertelt Grassiani. ‘De Britse christelijk evangelische organisatie GOD TV betaalde mee aan het planten. Er is zelfs een bos dat GOD TV wordt genoemd.’