Achtergrond
Hoe cum laude steeds simpeler werd
Bij sommige opleidingen haalt meer dan de helft van de studenten een cum laude. Is er sprake van inflatie? Mare dook in de cijfers.
Anoushka Kloosterman
donderdag 14 april 2022
Illustratie Michiel Walrave

‘Het was ooit een 9, weet ik nog’, blikte decaan Mark Rutgers terug tijdens een faculteitsraadvergadering van Geesteswetenschappen. Aanleiding: het aantal cum laudes bij de masters is te hoog, en het bestuur wil kijken of ze met strengere eisen het percentage kan terugdringen. Misschien met een hoger cijfergemiddelde. Dat is nu een 8, maar lag vroeger hoger.

Het percentage cum laudes dat zorgen baart, ligt op 56 procent voor de researchmaster. Bij de gewone masters is het 22 procent, en bij de bachelors haalt 13 procent cum laude. Dit is een gemiddelde over de hele faculteit, sinds 2018. De cijfers van de researchmaster steken er bovenuit. De andere cijfers verschillen weinig van Sociale Wetenschappen, waar vorig collegejaar 10 procent van de bachelors, en 25 procent van de masterstudenten cum laude kreeg.

Het is niet de enige plek op de universiteit waar de helft cum laude krijgt. Aan Leiden University College studeerden vorig jaar zomer 79 van de 151 studenten cum laude of hoger af – dat is 52 procent. Het jaar ervoor waren het er 90 van de 170. De jaren daarvoor, in ieder geval tot 2017, was het iets minder dan de helft.

Het University College dicht het toe aan de strenge toelatingseisen, plus intensief onderwijs. ‘Als je dat optelt bij de kleine groepsgrootte van vakken bij LUC, en intensieve lesmethoden en begeleiding van studenten, presteren veel LUC-studenten goed en slagen met GPA’s (Grade Point Average, de gemiddelde tentamencijfers, red.) die aan de hoge kant zitten’, schrijft het bestuur bij het versturen van de cijfers.

Omdat LUC bij iedereen met een GPA van boven de 3 (een dikke 7) ‘honours’ krijgt, krijgt maar een klein percentage geen predicaat op het diploma. In de zomer van vorig jaar was het net geen 4 procent.

Bij de meeste studies zijn de extra eisen stukje bij beetje gesneuveld

Dat is precies omgekeerd bij andere Haagse opleidingen. In de bachelor bestuurskunde halen sinds 2016 jaarlijks rond de 3 procent cum laude, en niemand summa. Security studies bestaat nog niet zo lang, maar in 2020 en 2021 kreeg ongeveer 4 procent cum laude. Bij de masters ligt het percentage gemiddeld iets hoger, rond de 14 procent.

Was het vroeger moeilijker om cum laude te halen? Mare dook in de reglementen. Daaruit blijkt dat de eisen om cum laude te halen bij de meeste faculteiten stukje bij beetje zijn afgeschaald. Vanaf 2010 vroegen alle faculteiten om een 8,5. En in 2014 werd die 8,5 opeens overal een 8.

Dat is nu ook nog de centrale regeling van de universiteit. Daar komen wel aanvullende eisen bij: studenten mogen niet te lang over hun studie doen (nominaal, plus een jaar), en ook voor hun scriptie moeten ze een 8 halen.

Extra eisen verdwijnen

Die cumlaude-regels mogen faculteiten zelf nog aankleden met aanvullende voorwaarden. Op de meeste faculteiten zijn ook die eisen de afgelopen jaren stukje bij beetje gestript. In 2014 vroegen alle faculteiten naast de gemiddelde 8 ook dat alle andere vakken met minstens een 7 waren gehaald. Een jaar erna werd dit een 6. De eis is inmiddels bij de meeste faculteiten helemaal verdwenen. De bèta’s hebben hem nog, wel, en ook security studies vraagt nog een 6+. Archeologie hield lang vast aan ‘maximaal twee vakken onder de zeven’, maar schafte dat dit collegejaar af.

Heel soms ging het andersom. Psychologie had in 2016 geen aanvullende eisen meer, maar kwam daar een jaar later op terug. Studenten moeten daar nu zonder herkansingen de eindstreep halen om voor cum laude in aanmerking te komen. Ook rechten heeft geen minimumcijfer meer, maar vindt dat cum laude-studenten niet meer dan 60 punten vrijstelling mogen hebben.

De strengste faculteit is Wiskunde en Natuurwetenschappen. Bachelorstudenten mogen maximaal één 7- op hun lijst, en die mag alleen uit het eerste jaar komen. Ook mogen ze maar drie herkansingen hebben gedaan. De eisen zijn daarmee ietsje strenger dan in 2014, toen mochten studenten in de propedeuse twee zeven-minnen halen.

De master bij Geneeskunde heeft ook een hele lijst extra eisen, wat deels te maken heeft met hoe de opleiding is opgezet. Studenten worden namelijk ook beoordeeld op hun co-schappen, waar ze minstens een ‘goed’ voor moeten halen en minstens twee keer een ‘uitmuntend’ bij bepaalde onderdelen. In 2019-2020 studeerde rond de 16 procent van de masterstudenten cum laude (of hoger) af.

Was het vroeger echt een negen?

Over cum laude voor 2010 zijn weinig documenten te vinden, maar een studiegids van Japanstudies uit 2007 ondersteunt het geheugen van decaan Mark Rutgers dat het gemiddelde eerst een negen was: ‘9/10: Cum Laude’.

Dat was niet op de hele universiteit zo. Psychologie hanteerde in die tijd juist een 8,1 of hoger, al moesten studenten aan een lijst aanvullende voorwaarden voldoen (maximaal twee herkansingen, en maximaal twee vakken boven de 7). Over andere faculteiten zijn van die tijd weinig documenten te vinden.

Rechten gebruikte nog een paar andere titels, maar door de introductie van uSis werden die afgeschaft, waardoor studenten niet meer ‘met genoegen’ (7,5+), ‘zonder enig bezwaar’ (6,5+), en ‘zonder meer’ (6+) konden slagen. In een voetnoot van de regels uit 2012 staat: ‘Deze bepalingen zijn o.a. opgeschort i.v.m. uSis en de administratieve onmogelijkheid in die periode om dergelijke judicia op de diplomasupplementen vermeld te krijgen.’

Leiden University College is de afgelopen jaren juist strenger geworden, maar heeft nog steeds de laagste eisen van de universiteit. In 2013 kreeg de opleiding op de Haagse Campus al kritiek omdat studenten met een 6,5 al cum laude kregen. Vanaf een 7,5 kregen ze magna cum laude, en een 8,5 plus was summa cum laude. Alles tussen de 6 en de 6,4 kreeg ‘ordinary honours’, blijkt uit de student study guide van 2012.

Dat week zo af van het gemiddelde op andere faculteiten – toen meestal een 8,5 – dat er een storm van protest opstak in de universiteitsraad. Daarna stapte de opleiding over op een Amerikaans puntensysteem, en sindsdien krijgt iedereen met een GPA van 3.50 of hoger cum laude (of magna, of summa), op een schaal van 4. Omgerekend met de tabellen van LUC zelf is dat tussen de 7,6 en 7,9.

In principe mogen opleidingen niet afwijken van de universitaire richtlijn, die een 8 gemiddeld voorschrijft, meldt woordvoerder Caroline van Overbeeke. ‘Dat betekent dat deze eisen voor alle opleidingen gelden en dat er niet van kan worden afgeweken zonder toestemming van het college van bestuur. Voor het LUC is een uitzondering gemaakt vanwege de internationale vergelijkbaarheid van opleidingen die hier van belang is.’