English
Zoeken
Digitale krant
App
Menu
Voorpagina Achtergrond Wetenschap Studentenleven Nieuws Cultuur Columns & opinie Podcast  

Menu

Categorieën

  • Voorpagina
  • Achtergrond
  • Wetenschap
  • Studentenleven
  • Nieuws
  • Cultuur
  • Columns & opinie
  • Podcast

Algemeen

  • Archief
  • Contact
  • Colofon
  • App
  • Digitale krant
  • English
Achtergrond
De marathon is een mentale strijd
Foto Taco van der Eb
Susan Wichgers
donderdag 16 mei 2019
Een marathon lopen is vooral een les in volhouden, zeggen de lopers die zondag meerennen in de 29e editie van de Leiden Marathon. ‘Iedereen die een PhD doet, zal het herkennen.’

Na een lange dag werken op de bank ploffen: dat is er voor chemisch analist Nico Meeuwenoord (53) en postdoc Agnieszka Wegrzyn (30) niet bij. Zij trekken liever hun hardloopschoenen aan. Komende zondag rennen ze ruim 42 kilometer tijdens de Leiden Marathon.

Meeuwenoord is een ervaringsdeskundige: het wordt zijn 19e marathon. Elk jaar probeert hij er één te lopen, deze keer is zijn streeftijd drie uur en 40 minuten. ‘Een marathon blijft altijd een uitdaging’, vertelt hij. ‘Het laatste stuk, zo vanaf de 30 kilometer, is elke keer weer spannend hoe dat gaat verlopen.’

Na zo’n drie uur achter elkaar lopen kan je last krijgen van je spieren, zware benen, of kramp. ‘Het wordt dan een mentale strijd’, legt Meeuwenoord uit. ‘Lukt het om dat moment, dat je echt moet stoppen, uit te stellen?’
Want stoppen of wandelen, dat doet Meeuwenoord het liefst helemaal niet. ‘Als het even kan, loop ik achter elkaar door. Alleen bij het drinken houd ik me even in, dan ren ik wat langzamer. Als je gaat wandelen, raak je uit je ritme. Dan is het daarna weer moeilijker om te beginnen.’

Ook Wegrzyn noemt de lange duurlopen vooral mentaal. ‘Maar na even battlen, en als je daar dan niet aan toegeeft, wordt het weer leuk. Achteraf ben je zelfs nog vrolijker omdat je niet hebt opgegeven.’ Je kunt dat ook gebruiken in je normale leven, zegt ze. ‘Iedereen die een PhD doet, zal het wel herkennen. Je bent vier jaar lang met iets bezig en soms zie je het even niet meer zitten. Voor hardlopen geldt dat ook. Je traint dus niet alleen je lichaam, maar ook het volhouden. Dat gaat hand in hand.’

Komende zondag wordt de eerste keer dat ze de hele marathon gaat doen. Wegrzyn traint vier keer per week. ‘Niet ’s ochtends hoor, ik ben totaal geen ochtendmens. Ik ga na mijn werk. Lange duurlopen plan ik in mijn weekenden.’

Zeven uur per week hardlopen, en dan nog een uur krachttraining

Voor zo’n marathon moet je wel wat over hebben: de laatste periode legde ze soms vijftig kilometer per week af. ‘Ik moest wel wat concessies doen in mijn sociale leven. Maar na een hele dag zitten voelt het juist goed om te bewegen en mijn hoofd leeg te maken.’

Geneeskundestudent Jade Baars (23) liep vorige maand haar eerste marathon, in Rotterdam. ‘Ik was meestal wel zeven uur per week bezig met het hardlopen, en dan nog een uur krachttraining’, rekent ze uit. ‘Doordat ik daarnaast mijn coschappen liep, moest ik er soms wel wat voor laten.’

Volop een studentenleven leiden zit er dan in ieder geval niet in. ‘Ik kan niet zeggen dat het de meest wilde periode uit mijn leven was, nee. De langste training plande ik op zaterdagochtend, dus ik kon zaterdagavond wel de stad in. Maar als je al zoveel kilometers in de benen hebt, houd je het ‘s avonds niet lang meer uit.’

Voor een marathon moet je in je trainingen op z’n minst tot dertig kilometer lopen. Dat is dus al snel drie uur lang. Wegrzyn gaat het liefst alleen. ‘Wat ik dan doe? Een hoop nadenken. Ik gebruik de tijd om ideeën uit te werken, mijn werk te organiseren. Soms luister ik muziek of audioboeken om bij te blijven met de literatuur.’

Baars trainde juist graag met anderen. ‘Mijn beste vriendin fietste een paar keer mee met mijn langere lopen. Als je aan het kletsen bent, gaat de tijd een stuk sneller.’

Dat is het geheim, volgens alle drie: rustig lopen, je moet nog kunnen praten. Het tempo moet makkelijk vol te houden zijn. Baars had daarom ook expres geen eindtijd in gedachten. ‘Mijn doel was om het uit te lopen, ik wilde mezelf niet vastleggen. Dat je achteraf denkt: had ik het maar onder de vier uur gedaan.’

‘Hoe meer je je inhoudt, hoe beter’, zegt ook Meeuwenoord. ‘De meeste mensen gaan te hard van start. Dat is bijna een automatisme. Ideaal is dat je de eerste helft langzamer loopt dan de tweede.’

‘Het tempo moet makkelijk aanvoelen, niet op de toppen van je kunnen’, vertelt Baars. Dat wil niet zeggen dat het ook makkelijk is. ‘Je traint tot de 32 kilometer, dat is je lichaam dus gewend. Daarna wordt het echt zwaar. Je energie is laag, je benen worden moe.’

De week erna deed alles zeer. ‘Dat is echt met niks te vergelijken’, lacht Baars. ‘Als ik aan een tafel zat, moest ik mezelf met mijn armen omhoog duwen om op te kunnen staan.’

Volgens de marathonlopers is dat het allemaal waard. Meeuwenoord: ‘Het is een manier om steeds weer je grenzen te verleggen.’ ‘Een hele marathon is de ultieme test voor je lichaam’, denkt ook Wegrzyn. ‘Als je dat kan volhouden, dat heeft iets heel moois. In de toekomst wil ik ook nog eens een triatlon doen.’

Baars doet het de komende tijd ‘rustig aan, met wat halve marathons’, maar de marathons van Berlijn en New York staan nog op het lijstje. ‘Dat is de droom van iedere serieuze hardloper.’

Deel dit artikel:

Lees ook

Achtergrond
Actiegroepen zaten klaar voor college van bestuur, dat niet kwam opdagen
Op een ‘openbare discussie met het college van bestuur’ kwamen vrijdagavond ruim honderd studenten af. Maar het bestuur kwam niet. ‘Wat voor toxische relatie is dit?’
Achtergrond
Hoe animator Hisko Hulsing met de realiteit speelt: ‘Als tiener was ik constant stoned’
Achtergrond
Verkiezingen: waarom je op ons moet stemmen
Achtergrond
‘We staan met de rug tegen de muur’, zegt het bestuur over 30 miljoen bezuinigingen
Achtergrond
Universiteit ‘kan niet anders’ dan 30 miljoen bezuinigen
Download nu de Mare app voor je mobiel!
Downloaden
✕

Draai je telefoon een kwartslag, dan ziet onze site er een stuk beter uit!