Achtergrond
Zorg voor armen schiet tekort. ‘Schulden en slechte gezondheid leiden tot een sneeuwbaleffect’
Waarom zijn arme mensen vaak ongezonder dan rijke? Promovendus Janna Goijaerts onderzocht waarom het zo moeilijk is om deze groep goed te helpen. ‘Je vraagt je af waarom problemen zo moeten escaleren voordat iemand wordt geholpen.’
Else van der Steeg
donderdag 30 oktober 2025
Werkloze mannen staan tijdens de Depressie in de rij bij een soepkeuken in 1931. Fotograaf is onbekend

Ik sprak een vrouw van 35 die in haar jeugd met haar gezin in hun dorp werd weggezet als asociaal: “Daar zijn nou eenmaal problemen”’, zegt Janna Goijaerts. ‘Er was onder andere sprake van fysieke en mentale mishandeling, maar er kwam geen hulp, ook omdat de ouders dat niet wilden. Ze heeft zich daardoor lange tijd gestigmatiseerd gevoeld door hulpverleners, waardoor de barrière om hulp te vragen groeide.

‘Ze had ook last van veel gezondheidsproblemen, waardoor ze overgewicht kreeg. Maar als ze naar de dokter ging, hoorde ze altijd: “Maar je hebt overgewicht, je moet gewoon minder eten.” Terwijl er wel degelijk meer aan de hand was.’

De vrouw leeft nu van een uitkering, terwijl ze eigenlijk graag wil werken. Door de opstapeling van gezondheidsproblemen werd het steeds moeilijker voor haar om passend werk te vinden.

Gezondheidsongelijkheid

Goijaerts is promovendus bij Health Campus Den Haag van de Universiteit Leiden en werkzaam bij de Raad voor Volksgezondheid en Samenleving. Ze onderzocht hoe de Nederlandse verzorgingsstaat functioneert voor mensen die een combinatie van sociaal-economische en gezondheidsproblemen hebben.

Het verschil in gezondheidsongelijkheid tussen rijk en arm is enorm. In Nederland leven mensen in de laagste inkomensgroep gemiddeld 8 jaar korter en brengen 21 jaar in minder goede gezondheid door dan personen uit de hoogste inkomensgroep. Hoe kan dat?

‘Vaak spelen er ook andere problemen, zoals schulden.’ Dat meervoudige problematiek op elkaar inspeelt, is al bekend, maar Goijaerts onderzocht hoe precies. Soms begint het met gezondheidsproblemen, soms met armoede.

‘Ik sprak een man van bijna zeventig, hij had zijn hele leven gewerkt en een goede baan met prima inkomen gehad. Tot hij zijn knie brak. Zijn werkgever probeerde hem te helpen door hem ander werk te laten doen. Maar de man kreeg vervolgens ook een hartinfarct en werken lukte niet meer.

Sneeuwbaleffect

‘Hij belandde in de WW en uiteindelijk bereikte hij de pensioenleeftijd. Maar zijn inkomen ging telkens wat omlaag, waardoor hij schulden opbouwde. Al snel moest hij bij mensen op de bank slapen en tijdens de coronapandemie belandde hij zelfs op straat. Het was een sneeuwbaleffect: gezondheidsproblemen, schulden, en daardoor een nog slechtere gezondheid.

‘Uiteindelijk heeft hij met hulp van een sociaal werker weer een woning kunnen vinden. Maar daar ging een situatie aan vooraf waarvan we hebben afgesproken: zo willen we het niet. Vooral natuurlijk voor die man zelf, maar ook omdat zulke hulp alleen maar extra kosten met zich meebrengt. Je vraagt je af: hadden de gezondheidsproblemen bij die man zo erg moeten worden?’

‘De vraag wordt: welk probleem is het grootst en wie pakt dat het eerst aan?’

Goijaerts sprak vijftien mensen over hun problematiek, en legde dit vervolgens voor aan managers bij hulpverleningsinstanties. ‘Hoewel het voor mij gecompliceerde casussen waren, herkenden zij de verhalen juist heel erg. In veel gevallen kan er veel eerder hulp worden geboden, maar door allerlei factoren gebeurt dat niet. Mensen trekken niet op tijd aan de bel, zijn niet in zicht bij instanties, of vallen tussen wal en schip. Of ze worden verkeerd doorverwezen omdat er maar naar één probleem wordt gekeken in plaats van het totale plaatje.’

Volgens veel managers was maatwerk een oplossing: met alle betrokken instanties om een tafel om complexe casuïstiek te bespreken. ‘Maar dat is niet te doen als je duizend casussen hebt op één professional. Bovendien bestaan er uitsluitende regels: je kan niet in de verslavingszorg als je dakloos bent, maar je mag niet in een huis als je een verslaving hebt. De vraag wordt dan: welk probleem is het grootst en wie pakt dat het eerst aan?’

Blinde vlek

Daar zit een blinde vlek. ‘Sommige onderwerpen zijn taboe, maar je moet wel zelf aan de bel trekken. Moeten we dat niet proactiever aanpakken, bijvoorbeeld als bekend is dat er schulden zijn? Of als je kijkt naar gezondheidszorg: het zou werken om de tandartsenzorg weer in het basispakket op te nemen.’

Het heeft geen zin om al die verantwoordelijkheid bij de hulpverlener neer te leggen. ‘Overheid, gemeenten en uitvoeringsinstanties zoals het UWV hebben een belangrijke rol. Door lastige systemen en een overvloed aan regels is het voor hen vaak onduidelijk, laat staan voor de mensen die er gebruik van maken. Als je bijvoorbeeld kijkt naar de WW en de Wet werk en inkomen: wanneer val je nou precies in welk hokje en hoeveel geld krijg je dan precies?’

Goijaerts is toch positief gestemd: sinds ze begon met haar proefschrift, is er meer aandacht voor het probleem gekomen. ‘Er is meer bewustzijn bij beleidsmakers en gemeenten. Er wordt vooruitgang geboekt.’

Janna Goijaerts, Health, Disadvantage and the Welfare StatePromotie is 4 november