Wat zijn jouw taken op de ijsbaan?
‘Als je pa de baas is, ben je overal de lul: ik ben dagcoördinator, heftruckchauffeur, lid van het technisch team, en een van de drie ijsmeesters. Wij zorgen ervoor dat er vanaf niks een mooie ijsbaan komt te liggen, en dat de houten vloer netjes is: er moeten bijvoorbeeld geen spijkers uitsteken.’

Is het veel werk om zo’n ijsbaan aan te leggen?
‘Normaal zijn we twee dagen met het ijs bezig, maar dit jaar waren we in 32 uur klaar. Het weer was heel koud, dus dan bevriest het ijs sneller. We konden elke twee uur weer een nieuwe laag opspuiten. Het begint met nevelen en de baan rechttrekken, zodat de vloer niet bol of hol komt te liggen. Daarna gooien we er laagje voor laagje water overheen, wat dan ijs wordt. Elke keer controleren we waar we nog wat extra moeten spuiten en waar dat niet nodig is.

‘We hadden dit jaar in het midden problemen, want de chalets aan de zijkant van de baan zijn heel zwaar waardoor de bodem bol stond. Dan loopt het water eraf, dus dan stroomt het uit het midden weg.’

Doe je dit al langer?
‘Dit is mijn eerste keer van A tot Z, van pontons tot ijsbaan, maar de vorige keer, in 2019, was ik wel al vrijwilliger. Ik heb wel al heel wat evenementen in mijn broekzak zitten, dus ik kende het fenomeen: het zijn lange dagen en korte nachten.’

Ben je zelf blij dat je het ijs weer op kunt?
‘Ik kan niet schaatsen, dus je zal me alleen met mijn schoenen op het ijs zien. En ik ga het ook zeker niet proberen als er zoveel mensen zijn, want dan kunnen ze allemaal lachen.

‘Ik heb heel veel zin in de activiteiten. Ik mag hier een aantal keer draaien tijdens de silent disco. En de dagen voor Kerst is het hier altijd heel gezellig, lekker druk en met gekke kersttruien. Daar kijk ik erg naar uit.’

Werk je het hele jaar bij een ijsbaan?
‘Dit duurt voor mij een half jaar, misschien zijn we zelfs al wel driekwart jaar bezig. Het evenement kost heel wat geld, dat moet je ergens van betalen. We hebben voor alles sponsoren moeten zoeken en zoveel mogelijk geld overal af moeten lullen. Dat kost heel veel tijd.

‘Ik werk hiernaast nog in de keuken, bij Brasserie De Poort. Dat doe ik nu maar een dag in de week, maar de rest van het jaar meer. Daar is het wel een stuk warmer. Met deze kou gaan alle deuren dicht, dan gaat het fornuis aan en is het snel lekker warm.’