Je werkt al sinds je zeventiende bij de bloedbank in Leiden. Wat doe je het liefst?
‘Ik studeer er ook naast, dus in de weken dat ik tentamens heb, vind ik het minder fijn om donoren te keuren, omdat je dan veel informatie moet verwerken. Bloed prikken is meer werk op de automatische piloot.’
Hoe verloopt het keuren?
‘Bij de receptie worden donoren ingecheckt. Daarna vullen ze een vragenlijst in en als ze op een vraag “ja” antwoorden, ga je dat verder onderzoeken. Het gaat over bepaalde erfelijke ziektes die in de familie voorkomen, of iemand recentelijk koorts of een open wond heeft gehad, of bij de tandarts is geweest. Dat zijn allemaal dingen die eventueel invloed zouden kunnen hebben op de kwaliteit van het bloed of op de gezondheid van de donor tijdens het prikken.’
Zijn er genoeg mensen die bloed geven?
‘Er is eigenlijk altijd een tekort aan donoren. Je kunt je heel gemakkelijk online aanmelden, via sanquin.nl.’
Moet je vaak mensen afkeuren?
‘Met enige regelmaat, bijvoorbeeld door een te hoge bloeddruk, of een te laag HB, het aantal bloedcellen. Soms zie je dat mensen alleen nog maar een appeltje op hebben over de gehele dag. Die laten we dan niet doneren voordat ze iets hebben gegeten.
‘In de lockdown was ons café het enige dat open was, dus je merkte dat het voor mensen een uitje werd. Het is een donorcafé: het eten en drinken is gewoon gratis. De roze koeken gaan het hardst.’
En het prikken?
‘Je doet een stuwband om waardoor het bloedvat groter wordt. Dat is het hele idee van een vuist maken: de slagader kan het bloed wel naar de arm brengen, maar de ader zelf heeft een lagere druk, dus het kan niet meer terug naar het hart, waardoor het vat gaat uitzetten. Dan moet iemand zijn arm weer strekken en kun je heel netjes aanprikken.’
Wordt er nooit iemand onwel?
‘Je wordt heel goed in detecteren wanneer het niet goed gaat. Tijdens de donatie of net nadat de naald eruit is, vallen mensen wel eens flauw.’
En dan?
‘De benen kruisen, want dan knel je de aderen af waardoor de bloeddruk weer stijgt. En ze moeten hun bil-, been- en buikspieren aanspannen en ontspannen om als een soort pomp bloed weer naar het hoofd krijgen. Je wilt geen paniek zaaien, dus wat ik meestal doe als mensen heel zenuwachtig zijn, is heel veel met ze praten.’
Waarover zoal?
‘Ik ben iemand die altijd wel graag met mensen praat. In de lockdown kom je van alles tegen en gaat het vaak over coronamaatregelen. Je hebt ook gewoon anti-vaxxers. Ik vind wappies een verkeerde term, want uiteindelijk heeft iedereen de goede intenties, maar niet de goede informatiebronnen. Ze vragen vaak veel aan mij. Ik probeer nooit heel aanvallend te zijn, maar vooral uit te leggen hoe ik het zie. Je merkt dat mensen er daardoor juist wel over gaan nadenken. Dat vind ik ook leuk aan de bloedbank, dat je van alles tegenkomt.’