
‘Nijmegen is echt anders dan de Randstad’
Elise Gombert (18) zat op het Bonaventuracollege Mariënpoelstraat en is geslaagd voor haar athenaeum.
‘Ik was erg opgelucht. De laatste twee examens, Frans en maatschappijwetenschappen, had ik een beetje verprutst. Iedereen was voor me aan het duimen: vrienden en familie, maar ook klasgenoten en docenten.
‘Ik wil er helemaal voor gaan door naar de andere kant van het land te verhuizen. Ik ga sociologie studeren in Nijmegen. Ik vind onderwerpen als integratie en immigratie heel interessant, maar ook waarom bepaalde gendernormen nog zo bij ons zitten ingeprent en wat de effecten daarvan zijn in de samenleving.
‘Van veel mensen hoor ik dat Nijmegen een leuke stad is. Tijdens de meeloopdag was iedereen ontzettend lief, daar stond ik echt van te kijken. Ik zie daarin een sterk verschil met de Randstad. De sfeer was heel relaxed en ik voelde me erg op mijn gemak.
‘Ik heb ook gesproken met mensen uit Groningen, maar die waren niet helemaal mijn type. Ze hadden het alleen maar over zuipen. Ik wil best een beetje drinken, maar niet dat dat het hoogtepunt van mijn studententijd moet worden.’
‘Van mijn ouders heb ik meegekregen dat je studententijd je gouden jaren zijn. Mijn hele familie heeft op dezelfde roeivereniging in Utrecht gezeten. Mijn ouders hebben elkaar er zelfs ontmoet, en mijn broer zit daar nu ook. Ik wil denk ik ook ergens lid worden, maar ik ga niet per se bij een roeivereniging.
‘Een kamer vinden is lastig, ik heb nog niet veel reacties gehad. Voor sommige kamers heb ik wel reistijdvoorrang, maar voor de meeste moet je hospiteren. Onze buren zijn studenten en die hebben ook hospiteeravonden. Dan nodigen ze twintig mensen uit, en na een kwartier wordt de helft op hun schouder getikt: ‘Jij wordt het niet.’ Het lijkt me vreselijk als je daar vier uur voor in de trein hebt gezeten. Maar als je op kamers gaat maak je denk ik veel meer mee, en het samenwonen met andere studenten lijkt me ook erg leuk.
‘Ik heb er over nagedacht om een tussenjaar te nemen, maar in Oceanië en Azië, waar ik dan het liefst heen wilde, zijn nog best wat lockdowngebieden. Ik had ook het plan om te gaan reizen in zo’n hippiebusje, maar ik blijk baggerslecht in rijden te zijn. Bij mijn rijlessen ben ik gedegradeerd tot een automaat. Die hippiebus heb ik dus afgeschreven.
‘Dat de basisbeurs volgend jaar terugkomt, vind ik goed. Zo stimuleer je dat meer mensen gaan studeren. Het was voor mij geen reden om te wachten met studeren, want mijn ouders en opa en oma hebben veel voor me gespaard. Daar heb ik dus geluk mee, maar ik ga wel een baantje zoeken.’

‘Bij Rechten in Leiden voelde ik me niet thuis’
Oumaima Bouhamed (18) zat op het Vlietland College en is geslaagd voor haar athenaeum.
‘Ik was heel zenuwachtig en was vooral bezorgd over bedrijfseconomie, maar daar had ik uiteindelijk een 6,3 voor. Over Frans was ik het meest zeker. Uiteindelijk heb ik alles in één keer gehaald.
‘Ik ga rechten studeren aan de Universiteit van Amsterdam. Ik was van plan naar Leiden te gaan, want dat is vijf minuten fietsen. Maar ik las er in de krant veel negatieve berichten over. Studenten vertelden dat de colleges soms racistische inhoud hebben en dat het vaak gaat over Marokkanen en islamieten. Ik ben zelf Marokkaans en islamitisch, dus Leiden is niet mijn plek, hoewel ik dat aanvankelijk wel dacht. De UvA is multicultureel, daar vond ik de open dag geweldig.
‘Rechten is echt mijn ding. Als een docent bijvoorbeeld vlak voor een toets extra stof opgaf, was het eerste wat ik deed in de schoolregels kijken of dat wel mag. Ik zat ook in de medezeggenschapsraad, daarvoor ging ik ook altijd controleren wat wel en niet mocht.
‘Ik ben het liefst zo snel mogelijk klaar met studeren, want ik vind naar school gaan en uit de boeken leren eigenlijk helemaal niet leuk. Ik wil gewoon een diploma op zak hebben en in de praktijk aan de slag gaan.’
‘Vroeger wilde ik advocaat worden, later officier van justitie, maar voor zulke beroepen is het een belemmering dat ik een hoofddoek draag. Bovendien heb je als advocaat vaak te maken met zaken die negatieve energie geven en die niet zo leuk zijn. Dat wil ik niet. Ik denk er nu aan om bedrijfsjurist te worden.
‘Ik heb met werk al gespaard voor komend jaar en ik krijg wat van mijn ouders, dus ik hoef niet te lenen. Lenen tegen rente is binnen mijn geloof trouwens ook not done, omdat het niet eerlijk is om meer terug te betalen dan je hebt gekregen. Ik vind het wel zwaar terecht dat studenten hebben geprotesteerd tegen het leenstelsel. Bijna al mijn vriendinnen zitten op het mbo en die kregen wel financiering.
‘De basisbeurs zorgt voor meer kansengelijkheid. Mijn ouders hebben niet heel veel geld, veel klasgenoten hebben rijkere ouders. Zij hebben bijvoorbeeld veel vaker examentraining kunnen volgen. Het is goed dat dat op de universiteit een beetje wordt rechtgetrokken, anders zou ik meer moeten werken, waardoor ik minder kan studeren dan anderen.
‘Ik blijf wel thuis wonen, want het is onmogelijk om een kamer te vinden in Amsterdam. Ik ga niet lid worden bij een studentenvereniging. Daar hoor ik veel rare verhalen over, zoals ontgroeningen.’

‘Het is belangrijk dat de basisbeurs terugkomt’
Nienke de Langen (17) zat op het Vlietland College en is geslaagd voor haar athenaeum.
‘Ik was bang om keihard te zakken. Op een gegeven moment zat ik in een enorme neerwaartse spiraal. Economie en wiskunde vond ik echt verschrikkelijke vakken, maar ik heb ze wel gehaald. Voor Nederlands had ik zelfs een 8.
‘Ik had veel moeite met het kiezen van een studie, er zijn erg veel opties. Ik heb gedacht aan psychologie, criminologie en Nederlands. Maar ik heb gekozen voor rechten in Leiden. Mijn tante is advocaat, via haar ben ik in contact gekomen met iemand die onlangs in Leiden is afgestudeerd en me er meer over kon vertellen. Dat verhaal vond ik goed klinken.
‘Eigenlijk wilde ik niet naar Leiden: zowat mijn hele familie heeft er gestudeerd. Mijn tante dus rechten, mijn vader scheikunde, mijn moeder Ruslandkunde, opa’s en oma’s psychologie en geneeskunde. Maar Leiden heeft een goede rechtenfaculteit, dus waarom zou ik weggaan? Ik heb wel de verhalen gehoord over een aantal heel rechtse en conservatieve docenten, maar ik kom er wel achter hoe erg het is.
‘Wat ik wil worden weet ik nog niet, maar in ieder geval geen advocaat. Ik zie bij mijn tante hoeveel uren je dan maakt, dat kun je alleen volhouden als je het echt heel erg leuk vindt. Als ze hier komt eten is ze vaak ook nog met haar werk bezig.’
‘Aan de ene kant wil ik supergraag op kamers, maar ik vind het thuis ook erg gezellig. Ik heb een heel goede band met mijn ouders en twee broers, dus hen zou ik verschrikkelijk missen. Ik ben dus nog niet actief op zoek naar een kamer. Misschien later.
‘Mijn ouders waren lid van SSR, opa en oma zaten bij het corps, in de tijd dat mannen en vrouwen nog gescheiden waren. Minerva past niet bij mij. Ik heb het idee dat ze daar een beetje vol zijn van zichzelf. Bovendien kost een vereniging best veel tijd, terwijl mijn leven al vol zit met dingen waaruit ik veel plezier haal. Ik handbal drie keer in de week en elke zaterdag ga ik zeilen. Dat wil ik niet opgeven. Ik heb me gisteren op aanraden van mijn moeder wel ingeschreven voor de El Cid.
‘De studiebeurs komt pas volgend jaar terug, maar ik weet nog niet of ik ga lenen. Als het moet, dan moet het. Ik heb de verhalen gehoord over de pechgeneratie en vind het bizar dat de studenten voor 2015 wel heel veel geld hebben gekregen en die daarna helemaal niks. Ik vind het heel belangrijk dat de beurs terugkomt: dat áls je wil studeren, je ook kán studeren. Ook voor mensen met minder inkomen, anders blijft het scheef.’
Dat de basisbeurs pas in 2023 terugkomt, lijkt scholieren er niet van te weerhouden om na de zomer met een studie te beginnen. Volgens de meest recente landelijke aanmeldcijfers van Universiteiten van Nederland (UNL) staan er nu ruim 106 duizend eerstejaars studenten ingeschreven. In 2021 waren dat er op hetzelfde meetmoment bijna 101 duizend en in 2020 nog geen 98.000.
Wel wil UNL een kanttekening maken bij deze voorlopige cijfers. ‘De voorspellende waarde is beperkt’, zegt woordvoerder Ruben Puylaert. ‘Studenten melden zich bij meerdere universiteiten en opleidingen aan, halen hun diploma niet, of zien om andere redenen af van het starten van een studie.’ Het aantal aanmeldingen zal de komende tijd dus nog wat dalen.
Ook aan de Universiteit Leiden is een stijging te zien. Op dit moment staan 9.818 eerstejaars ingeschreven. Vorig jaar waren dat er ruim 9600 en in 2019 ruim 8700.
Deze voorlopige getallen zijn de gewogen aanmeldingen, legt universiteitswoordvoerder Caroline van Overbeeke uit. ‘Voor de gewogen aantallen geldt dat wanneer een student meerdere aanmeldingen heeft, elke aanmelding gedeeltelijk meetelt. Dus als een student zich voor vier studies aanmeldt, telt elke aanmelding voor 0,25 mee.’
Overigens lijkt het aantal Nederlandse studenten dat naar Leiden komt iets te dalen ten opzichte van vorig jaar, terwijl het aantal internationals juist behoorlijk stijgt. Op dit moment hebben bijna 6600 Nederlandse eerstejaars zich aangemeld (tegenover ruim 6900 vorig jaar) en ruim 3200 internationale studenten (vorig jaar ruim 2700).
De basisbeurs wordt in collegejaar 2023-2024 heringevoerd. Studenten krijgen dan 255 euro (uitwonend) of 91 euro (thuiswonend) per maand. De studenten die na de zomer al aan hun studie beginnen, krijgen hiervoor een compensatie van 359 euro. Vanaf hun tweede jaar komen ze dan in aanmerking voor de beurs.