Tijdens de universiteitsraad maandag werd de regeling financiële ondersteuning studenten 2019 besproken, waarin het verstrekken van beurzen aan besturende studenten wordt vastgelegd. De raad moet uiteindelijk instemmen met deze regeling die is voorgesteld door het college van bestuur.
Dorien de Koning van studentenpartij ONS en voorzitter van de raadscommissie personeel, studentzaken en internationalisering: ‘De hoogte van het maximale beursbedrag, 300 euro per maand, is ten aanzien van de regeling uit 2015 hetzelfde gebleven. Dat terwijl de kosten van het levenshoud van studenten wel zijn gestegen. Dus willen we graag met de raad bespreken of dit bedrag omhoog kan.’
Dahran Coban van studentenpartij ONS: ‘Dit is echt een heikel punt. Alles is duurder geworden in de samenleving. De huren zijn gestegen, bijvoorbeeld. Daarnaast is de basisbeurs afgeschaft.’ De vergoeding heeft geen gelijke tred gehouden.
Bas Knapp van studentenpartij LSP vond dat er te weinig informatie was om te kunnen oordelen over het verhogen van het bedrag. ‘We weten een aantal dingen niet’, zei hij. ‘Hoe hoog is het totale budget en hoeveel aanvragen voor een beurs zijn er eigenlijk geweest? En hoeveel daarvan zijn er afgekeurd? Je kunt niet goed een debat voeren over de hoogte van het bedrag als dat allemaal onbekend is.’
Als het totaalbudget voor beurzen niet toeneemt, dan is het verhogen van het maandbedrag juist nadelig. Dan zijn er mogelijk minder bestuursmaanden te verdelen.
De Koning: ‘Uiteraard mag niemand erop achteruitgaan.’
Raadsvoorzitter Charlotte de Roon: ‘We kunnen in de reactie aan het college van bestuur opnemen dat een verhoging van het bedrag ten goede moet komen aan full- en parttime bestuurders.’
Over de hoogte van het nieuwe bedrag werd overigens tijdens de vergadering niet gesproken. De raad sprak wel af dat er meer transparantie moet komen over de verdeling van de beurzen.
Ook kwam er een voorstel aan de orde om de eis voor het ontvangen van een beurs te veranderen. Nu is de voorwaarde dat een student zijn propedeuse behaald moet hebben. Studentenpartijen CSL, ONS en LVS willen dat de eis een positief bindend studieadvies wordt. ‘Het gaat ons dan om de student die net dat ene vakje voor zijn propedeuse niet heeft gehaald. Die wordt echt benadeeld’, aldus De Koning.
Personeelspartij FNV Overheid twijfelde over dit voorstel. ‘Het kan natuurlijk goed gaan als iemand gaat besturen die zijn propedeuse niet heeft, maar het kan ook leiden tot ongewenst veel studievertraging’, zei Bart van der Steen van de FNV. ‘Je bent in eerste instantie op de universiteit om je studie te doen. We aarzelen in ieder geval.
Uiteindelijk werd er twee keer gestemd over de verandering van de propedeuse-eis. De stemverhouding was en bleef zes tegen zes. Vier FNV-leden plus Knapp en Maarten Wille van de Partij voor Biomedische Studenten zorgden ervoor dat er geen meerderheid kwam voor aanpassing, en het voorstel werd dan ook geschrapt.