
Subsidieverstrekker NWO, die de prijs jaarlijks uitreikt, noemt Pollmann 'een nieuwsgierige wetenschapper die haar collega’s uitdaagt met nieuwe perspectieven en een originele aanpak'.
Pollmanns onderzoek richt zich op vroegmodern Europa, en dan met name de Tachtigjarige Oorlog. Zo bekeek Pollmann hoe de individuele opvattingen van mensen, zoals hun religieuze overtuigingen, worden beïnvloed door sociaal-politieke ontwikkelingen. Ook kijkt ze naar hoe samenlevingen omgingen met veranderingen, in een tijd waarin vernieuwing niet per se als een positieve ontwikkeling werd gezien. Daarvoor digitaliseerde Pollmann samen met een team van vrijwilligers meer dan tweehonderd lokale kronieken uit de vroegmoderne tijd, die nu publiek toegankelijk zijn.
Volgens NWO is Pollmann de invloedrijkste en prominentste Nederlandse historicus van de vroegmoderne tijd en dé leidende expert als het gaat om de Nederlandse Opstand
Naast Pollmann won ook Thijn Brummelkamp (UMC Utrecht) een Spinozapremie voor zijn onderzoek naar genetica dat bijdraagt aan het vinden van nieuwe medicijnen tegen kanker. NWO keert jaarlijks ook twee Stevinpremies uit aan onderzoekers die met hun onderzoek grote maatschappelijke impact hebben. Dit jaar ontvangen Ilse Aben (Vrije Universiteit) en Ingrid Robeyns (Universiteit Utrecht) zo'n Stevinpremie. Aardwetenschapper Aben onderzoekt methaan-emissies die bijdragen aan het broeikaseffect. Politiek filosoof Robeyns ongelijkheid en pleit voor een maximum aan het vermogen dat één iemand kan bezitten.
De uitreiking van de premies vindt plaats op 14 oktober.