Columns & opinie
Hoe voetnoten ons hele huis overeind houden (en wetenschap de samenleving)
Columnist Remco Breuker breekt een lans voor de nederige voetnoot: 'Het is onmogelijk om een goede en dus bruikbare wetenschappelijke verhandeling te schrijven op basis van ondeugdelijke of irrelevante data en feiten en dus voetnoten'
Remco Breuker
donderdag 14 december 2023

Het einde van het jaar nadert. Wellicht naderen er tegelijkertijd allerlei andere eindes, zoals dat van de rechtsstaat. Zodra iets immers onderwerp van discussie is, wordt het feitelijk ter discussie gesteld natuurlijk.

Geen beter moment dan ook om het over de voetnoot te hebben. Dan is de cirkel ook rond als mijn einde nadert, omdat mijn allereerste Mare-column ook over de voetnoot ging.

De voetnoot is een bescheiden ding, vaak weinig meer dan een verwijzing waar de lezer eventueel de informatie kan vinden die noodzakelijk is voor hetgeen in de hoofdtekst wordt beweerd. Als je de voetnoot ergens mee kunt vergelijken is dat met een klein stukje van een fundament waarop de bakstenen voor het te bouwen gebouw worden geplaatst. Een voetnoot is met andere woorden makkelijk over het hoofd te zien en vaak nauwelijks zichtbaar - helemaal als ze als stiefkindjes weggestopt worden als eindnoot of nog erger, als verwijzing tussen haakjes in de tekst (o, gruwel).

In de handen van een maestro kan een voetnoot naast deze fundamentele functie nog veel meer doen: Edward Gibbon stond erom bekend in zijn welsprekende voetnoten tegenstanders op bijna achteloze wijze dodelijk te verwonden. De voetnoot biedt in al zijn bescheidenheid ruimte voor verhaallijnen die de hoofdtekst tegenspreken, die alternatieven aanbieden, wellicht wat minder onderbouwd maar daarom niet minder interessant. Je kunt over het algemeen prima een wetenschappelijke tekst lezen zonder de voetnoten in detail door te nemen (al is dit vanzelfsprekend onoorbaar gedrag).

Maar een wetenschappelijke tekst zonder voetnoten is een affront en een contradictio in terminis. Andersom is het wel weer zo dat als een hoofdtekst zou omvallen of onwaar blijkt, datzelfde niet hoeft te gelden voor de geldigheid van de voetnoten. Ondanks de intieme relatie tussen de twee, werkt de afhankelijkheid maar een kant uit - de hoofdtekst is kwalitatief en causatief afhankelijk van de voetnoot, de voetnoot niet van de hoofdtekst. Althans, er moet een hoofdtekst zijn, maar het maakt niet veel uit wat voor soort hoofdtekst dat is. De tekst leunt op de noot en niet andersom. Dezelfde voetnoot kan onderaan een oneindig aantal hoofdteksten fungeren.

‘Wetenschappelijke waarheden zijn wat ze zijn, daar doet geen ideologie wat aan’

Zo staat de voetnoot op een bepaalde manier ook symbool voor de hele wetenschap, omdat het de empirische (of andersoortige) feitelijke waarheden bevat waarop de samenleving kan bouwen, letterlijk dan wel figuurlijk. Er moet een samenleving zijn, anders heb je ook geen wetenschap, en er moet een hoofdtekst zijn, want waar hang je anders de voetnoot onder?

Maar net zoals de hoofdtekst de voetnoot niet bepaalt (maar er slechts op leunt), zo bepaalt de samenleving de wetenschap ook niet. Wellicht wel de inrichting en financiering ervan, maar wetenschappelijke waarheden zijn waarheden, daar doet geen ideologie wat aan (ondanks geregelde pogingen dit wel te doen overigens).

Idealiter is de voetnoot dan het anker dat de hoofdtekst stevig verbonden houdt met de wetenschappelijke werkelijkheid, welgevallig of niet. Idealiter is de wetenschap dan het anker dat de samenleving stevig verbonden houdt met de wetenschappelijke werkelijkheden die onze levens bepalen, welgevallig of niet. Maar een slecht paper kan uitstekende voetnoten hebben. En een maatschappij rot van alles wat onze lieve heer verboden heeft kan een prijzenwinnende wetenschap bezitten.

Maar maar maar.

Het is onmogelijk om een goede en dus bruikbare wetenschappelijke verhandeling te schrijven op basis van ondeugdelijke of irrelevante data en feiten en dus voetnoten. Het is evenzeer onmogelijk een gezonde maatschappij te bouwen op een rot fundament van ondeugdelijke wetenschap. Een rotte maatschappij mag zich misschien verheugen in het bezit van een bruikbaar en geavanceerd wetenschapsbedrijf (denk aan de V2-raket van de nazi’s, de oervorm van zovele van hedendaagse Noord-Korea’s raketten), de vraag is altijd: hoelang nog?

Denk daarom na voordat je als samenleving of overheid ingrijpt in je wetenschap. Voetnoten zien er misschien ouderwets, nutteloos en overbodig uit, ze ergeren door hun impliciete kritiek op de hoofdtekst en aanreiken van alternatieve uitleg, ze maken het vervaardigen van een snazzy lay-out altijd weer lastig.

Maar denk na voordat je deze olifantenpaadjes naar de waarheid gaat inkorten of zelfs schrappen. Want die bescheiden vermelding onderaan de pagina houdt wel je hele huis overeind.

Remco Breuker is hoogleraar Koreastudies