‘Het verhaal van student Gerrit van de Meij heeft mij enorm geraakt’, vertelt Corrie van Maris, collectiespecialist van de universiteitsbibliotheek. ‘Hij was blind en de oorlog brak uit tijdens zijn studie. Onder zeer moeilijke omstandigheden wist hij zijn opleiding te voltooien. In 1945 kreeg hij meningitis en werd daarbij ook nog doof, maar slaagde erin om een jaar later te promoveren op meetkunde.
‘Ik voel een enorm ontzag voor hoe gedreven studenten kunnen zijn om hun studie te voltooien. Ik denk dat bijna iedereen wel tegenslag krijgt tijdens zijn studententijd.’
Maris loopt samen met Linda van Putten, initiatiefnemer van de tentoonstelling over 450 jaar Leids studentenleven in de Hortus, over het tuinpad richting de systeemtuin, waar acht van de tien panelen al staan opgesteld.
‘Het is gelukkig heerlijk weer’, zegt Van Maris. Van Putten: ‘Alleen de vogelpoep op de borden is wat minder, maar gelukkig worden ze elke week schoongemaakt.’
Op het eerste bord komt een foto van een vrouwelijke student uit 1955 die op de grond zit voor de ingang van het Academiegebouw met een lijst, waarin ze zichzelf letterlijk ‘inlijst’. ‘De opdracht was onderdeel van een ontgroening van de Vereeniging voor Vrouwelijke Studenten te Leiden, toen mannen en vrouwen nog gescheiden verenigingen hadden’, aldus Van Putten.
Van Maris: ‘Het is een knipoog naar de portretten in de senaatskamer, waar destijds slechts één vrouw hing.'
Van Putten: 'Precies dat is wat we met de tentoonstelling beogen: we willen juist een keer de student in de schijnwerpers zetten.’
Een opdracht die de bezoekers meekrijgen is ‘zoek de overeenkomst’. ‘Hier zie je bijvoorbeeld een foto uit 1948 van de aanmeldbalie, waar studenten zich inschreven. Daarnaast zie je een hedendaagse foto van een open dag. Het was een heel andere tijd, maar als je door die haardracht en de mode heen kijkt, zie je ook gewoon studenten die aan de balie vragen komen stellen of zich aanmelden. Over honderd jaar vinden mensen ons ook weer ouderwets, maar als ze door de mode heen kijken, herkennen ze zichzelf misschien.’
Die herkenning gaat zelfs nog veel verder terug. Van Maris, die gepromoveerd is op vroege prenten van de universiteit, wijst op een prent uit 1610 van de eerste grote universiteitsbibliotheek. ‘Dit was op de bovenverdieping van de oude UB. Die plek bestaat nu niet meer, maar het is leuk om te zien dat studenten ook toen al naar de bibliotheek kwamen om te studeren.’
Onder de prent is een foto uit 1948 te zien, waar studenten nog steeds met hun neus in de boeken zitten in de oude UB aan het Rapenburg. Daaronder is weer een foto uit 2019, met een student die een gedigitaliseerd hanschrift bekijkt op een scherm in de huidige UB. Allemaal hard aan het studeren voor hun tentamens op hun eigentijdse manier.
‘Zijn alle faculteiten gerepresenteerd?’ wil een medewerker van de Hortus weten, terwijl ze met haar handen in de aarde wroet. Van Putten zegt dat alle faculteiten aan bod komen. ‘Iedereen wil natuurlijk z’n eigen faculteit terugzien’, zegt de vrouw.
‘We hebben het over 450 jaar universiteitsgeschiedenis, dus het is onmogelijk om volledig representatief te zijn’, vertelt Van Putten. ‘Maar we hebben zeker gelet op diversiteit: mannen, vrouwen, internationale studenten, noem maar op. We besteden ook aandacht aan de koloniale geschiedenis. Het is niet alleen maar hoera.’
Toch mogen de grote verschillen niet worden vergeten, vindt Van Maris. Ook die opdracht krijgen bezoekers. ‘Het is onmogelijk om je in te leven in hoe het was om te studeren in de zeventiende eeuw. Er zijn zeker veel gelijkenissen met het verleden, maar daar is voor deze tentoonstelling bewust naar gezocht. Dat zegt iets over ons perspectief. De expositie is geen complete afspiegeling van de werkelijkheid, maar een visie.’
‘Neem bijvoorbeeld de prent uit 1609 van de snijles in het anatomisch theater’, vult Van Putten aan. ‘Later volgt een foto uit 1948 waarin studenten het college heelkunde volgen met een zieke patiënt in de collegezaal en uiteindelijk zie je een foto uit 2019 waar studenten met VR-brillen bepaalde delen van het menselijk lichaam leren herkennen. Studeren is van alle tijden, maar hoe we dat doen verandert natuurlijk constant. Dat is het idee van deze tentoonstelling: we maken allemaal deel uit van een lange universiteitsgeschiedenis.’
Buitenexpositie ‘De eeuwige student: een tijdreis door 450 jaar studeren’, Hortus Botanicus, vanaf 23 april t/m 26 oktober 2025. Gratis toegang met een museumjaarkaart of voor studenten op vertoon van hun LU-card. Medewerkers van de universiteit betalen €4.50 op vertoon van hun LU-card.