Achtergrond
Student-assistent: een erebaan die niet altijd betaalt
Het lijkt een erebaantje, maar sommige student-assistenten klagen dat ze tentamens onbetaald moeten nakijken, of maanden wachten op salaris. ‘Mijn werkgever is mijn scriptiebegeleider.’
Lorenzo Gerritsen
donderdag 15 juni 2023

Je haalt met twee vingers in de neus je studiepunten binnen en ziet een vacature openstaan om een Teaching Assistent (TA) te worden bij je opleiding. Daar help je de professoren door de eerstejaarsstudenten te begeleiden bij werkcolleges, en kijk je huiswerk en tentamens na. Met acht uur is het ideaal om te combineren met je studie.

Dat dacht ook Timo van Essen. Hij is student-assistent bij de opleiding sterrenkunde, maar vindt dat achter de ‘eervolle bijbaan’ (alleen studenten met hoge cijfers komen in aanmerking) veel rommeligheid en willekeur van contracten schuilt.

Volgens Van Essen begon de rommeligheid al in het begin. ‘Op basis van voor welk vak je het hoogste cijfer hebt gehaald, word je ingedeeld’, zegt hij. ‘Je wordt in het diepe gegooid. Ik kreeg alleen een korte training over hoe je een student moet aanspreken, maar niks vak-inhoudelijks. Er wordt verwacht dat je dat allemaal zelf weer tevoorschijn tovert. De docent is vaak niet aanwezig bij de werkcolleges en je wilt natuurlijk niet het sulletje zijn dat de simpelste vragen niet kan beantwoorden.’

‘Het is meer een didactische cursus over hoe je bijvoorbeeld een student intrinsiek kan motiveren’, zegt sterrenkundestudent Stijn Vleugels, die al meer dan drie jaar student-assistent is en in de opleidingscommissie zit. ‘Ik heb alleen belangrijke dingen geleerd tijdens het vragenrondje. Ouderejaarsstudenten vertelden toen waar de meeste studenten tegenaan liepen tijdens het vak en hoe je je moet voorbereiden.’

Urenregistratie

Maar een groter probleem is de uitbetaling en ondoorzichtige urenregistratie, zeggen student-­assistenten. ‘De voorbereiding op de werkcolleges zit opgenomen in het salaris’, legt Vleugels uit. ‘Je werkt acht uur in een week. Hiervan geef je twee uur les tijdens een werkcollege. De overige zes uur besteed je aan het voorbereiden en nakijken. Als je dat serieus doet, haal je makkelijk de acht uur.’

‘Ik moest onbetaald het tentamen én hertentamen nakijken en dat is juist het vervelendste werk’

Die acht uur per week haalde Van Essen ook, toch kreeg hij tot zijn verbazing een korter contract voorgeschoteld. ‘Toen ik begon dacht ik dat ik voor het hele vak uitbetaald zou krijgen. Ik kreeg een mail van JobMotion, het uitzendbureau van de universiteit, dat het contract tot het laatste hoorcollege liep. Maar de laatste deadline van het vak liep tot twee weken daarna’, zegt Van Essen. ‘Daardoor kreeg ik niet eens uitbetaald tot de laatste deadline, laat staan het nakijkwerk daarna.’

Hij ging verhaal halen bij de docent. ‘Toen hebben we afgesproken dat we twee weken extra betaald kregen’, zegt Van Essen. Deze belofte werd echter verbroken: ‘Een week voordat het contract afliep kregen wij te horen dat het contract maar met één week werd verlengd. Volgens de docent was dat “eerlijker”. Andere weken waren volgens hem rustiger en hij wilde ons niet overcompenseren. Terwijl dat onzin is, want ik kwam makkelijk aan die uren.’

Vleugels heeft bij sterrenkunde nooit problemen gehad. ‘Ik werd altijd uitbetaald tot een week na het hertentamen. Maar het is bij elke opleiding anders geregeld. Daardoor kunnen er verschillen zijn bij natuurkunde en sterrenkunde.’

Tekst gaat door onder kader

‘Jobmotion betaalt niet op tijd’

Waar de opleidingscommissie sterrenkunde wel veel klachten over krijgt is JobMotion, het interne uitzendbureau van de universiteit dat de student-­assistenten uitbetaalt. ‘Het kon wel twee tot drie maanden duren voordat je je contract opgestuurd kreeg’, zegt Vleugels. ‘Al die maanden kreeg je dus ook geen loon. Sommige studenten komen zo financieel in de knel. Het was lastig om het probleem bij JobMotion aan te kaarten, want ze zijn vaak slecht bereikbaar. De opleiding heeft maanden geleden contact opgenomen met de directeur van JobMotion, maar we zien nog geen verbetering.’

Ook bij andere faculteiten zijn er veel klachten over JobMotion. Ook bij Rechten werd in de medezeggenschap besproken dat student-assistenten en surveillanten te laat worden betaald. ‘Er zijn al meerdere klachten van verschillende faculteiten geweest’, zei Mirjam Sombroek-van Doorm van het (inmiddels afgetreden) rechtenbestuur. ‘JobMotion is ermee bezig maar niet altijd in een tempo dat wenselijk is. We blijven duwen en trekken.’  

JobMotion-directeur Karoline van Haaften ontkent telefonisch tegen ­Mare dat er problemen zijn. ‘We zijn helemaal bij. Het blijft uiteindelijk mensenwerk.’ Op de vraag hoe het komt dat het bij sommige studenten het maar liefst twee maanden duurt voordat ze een contract krijgen, zegt ze dat ze daarop niet inhoudelijk kan reageren. ‘Bij individuele problemen kunnen ze JobMotion benaderen.’

Een andere student-assistent (die anoniem wil blijven) zegt dat ook hij te weinig betaald kreeg, maar dat de werklast per vak heel erg kan verschillen. ‘Sommige docenten zijn knettergek en willen de regie in eigen handen houden. Zij kijken bijvoorbeeld al het huiswerk zelf na en hierdoor doe je minder per week.’

Hij vertelt dat zijn contract maar liep tot het laatste tentamen. ‘Ik moest onbetaald het tentamen én hertentamen nakijken en dat is juist het vervelendste werk. Je bent er minstens drie volle dagen mee bezig. Mede-TA’s (teaching assistants, red.) vertelden mij dat het vorig jaar ook zo was.’

Scriptiebegeleider

De scheve machtsverhouding maak het extra ingewikkeld, zegt hij. ‘Het probleem is dat je niet de relatie met de docent wil verpesten. Als je gaat klagen verslechtert misschien de toekomstige samenwerking, omdat het ook je eigen docenten zijn.’

Van Essen: ‘Het lullige is dat de vakdocent óók mijn scriptiebegeleider is. Dus dan is het de vraag of ik voor een klein bedrag van 150 euro dat gezeik aanga. De drie andere student-assistenten voor dit vak zagen dat helemaal niet zitten. Zij waren bang dat het voor hen verkeerd zou uitpakken, terwijl het eigenlijk hartstikke terecht is om je geld te krijgen.’

‘Er wordt zo mierenneukerig gedaan om zo’n klein bedrag’

Van Essen wees zijn docent erop dat het ook voor de universiteit nadelige gevolgen kon hebben. ‘Het is zwak geregeld. Als de einddatum van het contract is verstreken, kan ik legaal gezien mijn werk neerleggen. De vakdocent zegt het juist mooi te vinden dat er wederzijdse vertrouwen is tussen de universiteit en de TA’s. Maar ondertussen blijf ik onbetaald doorwerken.’

Om zijn laatste week uitbetaald te krijgen moest hij uiteindelijk een excelbestand met gewerkte uren naar de docent opsturen. ‘Daar is hij mee naar de opleidingsdirecteur gegaan en nu is het afwachten of ik het krijg. Ik vind het vervelend dat er zo mierenneukerig wordt gedaan om zo’n klein bedrag.’

Vleugels zegt dat er bij sterrenkunde geen sprake is van scheve machtsverhoudingen, maar snapt wel dat andere studenten dat als zodanig kunnen ervaren. ‘In principe gaat de docent bij ons niet over het contract. De opleidingsdirecteur bepaalt de contractduur en de docenten geven alleen aan hoeveel TA’s zij nodig hebben.’

‘Misschien volgend jaar ruimer indelen’

Universitair docent sterrenkunde Sjoert van Velzen laat telefonisch weten dat het onderwijsbureau het contract grotendeels bepaalt. ‘Vooraf proberen we de verwachte werkzaamheden vast te stellen. Het verschilt ook per jaar hoeveel studenten zich aanmelden en hoeveel hulp zij nodig hebben. Er is natuurlijk wel overleg tussen de docenten en het bureau, maar er zijn geen oneindige middelen. Het blijft maatwerk.’

Van Velzen is het niet helemaal eens met dat de student-assistenten onderbetaald worden. ‘Ik snap dat het voor sommige studenten vervelend kan voelen. Maar dat je onbetaald werkt, vind ik overdreven. De universiteit probeert de studenten niet uit te knijpen. Soms zijn er rustige weken, waarin de TA’s geen huiswerk hoeven na te kijken.’

Over eventuele scheve machtsverhoudingen zegt hij: ‘Je komt elkaar waarschijnlijk altijd wel tegen. We zijn een kleine studie, dus dit soort problemen zullen altijd spelen. Maar wie problemen heeft, kan ook naar het onderwijsbureau stappen.’

‘We moeten uiteindelijk met elkaar praten en dan komen we samen tot een oplossing’, besluit Van Velzen. ‘Misschien moeten we het volgend jaar ruimer indelen.’

Het hoofd onderwijszaken bij sterrenkunde reageerde niet op vragen van Mare.

Update 16-6: In een eerdere versie van dit artikel stond dat Timo van Essen student-assistent is bij natuurkunde. Hij geeft dat vak echter namens de opleiding sterrenkunde. Verder was het niet de opleidingsdirecteur die niet reageerde op vragen van Mare, maar het hoofd onderwijszaken bij sterrenkunde. Beide fouten zijn hierboven aangepast.