‘Het idee bestaat dat Noord-Korea een perfecte propagandastaat is’, zegt de Britse wetenschapper Christopher Green. ‘Uiteraard is dat niet zo: het lukt geen enkel land om die façade in stand te houden.’
Al sinds 1948 regeren Kim Il-sung, zoon Kim Jong-il en kleinzoon Kim Jong-un het land met ijzeren hand. Green promoveerde vorige week op een onderzoek naar Noord-Koreanen die zijn overgelopen naar Zuid-Korea.
‘Soms zijn er kleine scheurtjes in het regime zichtbaar’, zegt hij. ‘Zo was ik op bezoek bij een voetbalschool in de hoofdstad Pyongyang. In elk instituut moet een kamer zijn waar de connecties met de Kim-dynastie worden getoond, een soort museumpje eigenlijk. Je vindt er medailles, foto’s van loyale medewerkers, dat soort dingen. Maar het middelpunt wordt gevormd door afbeeldingen van de Kim-familie.
‘Kim Jong-un had de school drie jaar eerder bezocht, toen in gezelschap van zijn oom Jang Song-thaek, de nummer twee van het regime. In december van dat jaar werd dit familielid geëxecuteerd. Toen ik er was, hing er nog een gigantisch portret van Kim Jong-un met naast hem zijn doodgeschoten oom. Het propaganda-apparaat was er niet in geslaagd om Jang Song-thaek helemaal uit de geschiedenis te verwijderen. De sfeer bekoelde flink toen mijn begeleiders dat in de gaten kregen en ik werd snel de kamer uitgeleid.’
Green ging 2006 voor het eerst naar Noord-Korea en in 2017 voor het laatst. ‘Ik raakte in de jaren negentig geïnteresseerd in het Koreaanse schiereiland. Het begon met het overlopen van Hwang Jang-yop naar Zuid-Korea in 1997. Hij behoorde tot de top van de Noord-Koreaanse Arbeiderspartij en bedacht Juche, de filosofische ideologie van de staat. Hij raakte echter gedesillusioneerd in het regime. Ik was toen negentien en zijn verhaal fascineerde mij. Uiteindelijk heb ik zijn memoires vertaald.’
Rond die tijd kwam de migratie van Noord-Koreanen naar het Zuiden echt op gang. ‘De grens met China was nogal poreus. In een vrij korte periode kwamen er heel veel nieuwe bronnen ter beschikking. Al snel kreeg ik verhalen te horen van “gewone” Noord-Koreanen. De kennis over Noord-Korea nam ineens enorm toe.’
Het onderzoek dat Green doet is in Noord-Korea onmogelijk. ‘Je hebt uiteraard niet zomaar toegang tot het volk. Noord-Koreanen die zijn overgelopen naar het Zuiden kun je wel enquêteren. Deze groep bestaat inmiddels uit 33.000 personen. Toen wij ons onderzoek deden waren dat er iets minder. In totaal werkten 352 personen mee aan de survey, rond de honderd zijn geïnterviewd.’
Het bleek een gemêleerde groep te zijn. ‘Er zijn behoorlijk wat mensen die vinden dat we niet moeten luisteren naar overlopers, vanwege de bias. Ze zouden allemaal tegen het regime zijn. Maar dat het allemaal anti-Kim hardliners zijn, is onzin. Natuurlijk, ze hebben het besluit genomen om te vertrekken. Het is een enorm diverse groep, ook wat betreft economische achtergrond.’
Tussen de 33.000 zitten ook mensen die het idee waarop het regime van Noord-Korea is gebaseerd ondersteunen en Kim Il-sung als een legitieme anti-imperialistische leider zagen. ‘Ze vinden hem een echte patriot die goede dingen voor het land heeft gedaan. Er zijn zeker twee generaties in Noord-Korea die positief zijn over die periode. Zij hebben de Koreaanse Oorlog (1950-1953) meegemaakt, en die was afschuwelijk. De opbouw van Noord-Korea was voor hen vooruitgang, waardoor zij ook positiever staan tegenover de ideologie.’
De hongersnoden uit de jaren negentig maakten daaraan een einde. ‘Maar het idee dat de staat er was voor de burgers stierf toen. De overheid drukte toen protest keihard de kop in en gaf meer geld uit aan defensie, terwijl er honger werd geleden.’
Noord-Korea is mislukt, gelet op de standaarden waaraan een moderne staat zou moeten voldoen, stelt Green. ‘De economie is zwak en sociaal gezien is het land onderontwikkeld. Maar als je naar de cultuur, sport en technologie kijkt, dan zijn er wel de nodige successen te noteren. De overlopers zijn daar in zekere mate trots op. Het verraste me wel dat ze dat ook kenbaar maakten. In Zuid-Korea was het lang niet mogelijk, en heel onverstandig, om te zeggen dat er ook maar iets is om trots op te zijn in het Noorden. Ze uitten die positieve zaken heel voorzichtig, bedekten deze met loyaliteit aan Zuid-Korea. Maar ze maakten het wel duidelijk.’
Een kleine groep is gedesillusioneerd geraakt in het Zuiden en wil terug. ‘Sinds 2013 zijn er ook wel Noord-Koreanen teruggegaan. De Noord-Koreaanse overheid probeerde ze ook te lokken. Met enig succes dus, en zover wij dat kunnen volgen zijn deze mensen niet doodgeschoten of in een concentratiekamp gezet.’
Hoe zien de Zuid-Koreanen de Noord-Koreanen in hun land? ‘Noord-Koreanen werden lang gedehumaniseerd. Lang was anticommunisme bepalend in het beleid van de staat. Toen in de jaren negentig Noord-Koreanen in grotere aantallen naar het Zuiden kwamen, begon dat heel langzaam te veranderen.
‘Ik ben met een collega een artikel aan het schrijven over een Zuid-Koreaans tv-drama met de titel Crash Landing On You. Dat gaat over een rijke Zuid-Koreaanse zakenvrouw die gaat paragliden en door een tornado Noord-Korea wordt ingeblazen. Ze landt in een boom en een Noord-Koreaanse legerofficier vindt haar. De soldaat herbergt heel veel Koreaanse deugden. Hij is mannelijk, sterk, maar ook zorgzaam. Ze worden verliefd op elkaar. Het is een romcom maar wel eentje die toont dat Zuid-Koreanen willen opgaan in Noord-Koreaanse personages die niet boosaardig zijn.’
Christopher K. Green
Pride, Prejudice and Manchurian Heritage: North Korean Migrants and
Memories of a Land Left Behind.
Promotie was 26 februari