‘Leiden is een heel mooie stad, met al die grachten’, zegt Barbara Zielinska-Rapacz (23). ‘Ik vind het zo leuk dat iedereen fietst. In Krakau, waar ik woon, is dat heel erg ongebruikelijk.’ ‘Ik wilde Barbara achterop mijn fiets meenemen’, zegt Lineke Schrijver (23, master Europees recht). ‘Maar dat vond ze toch een beetje eng. Toen zijn we maar gaan lopen.’
Het Europa Instituut van de Universiteit Leiden organiseerde vrijdag de Geremek-lezing, vernoemd naar de Poolse politicus Bronisław Geremek, die werd gegeven door oud-minister en voormalig vicepresident van de Raad van State, Piet Hein Donner. Voor die gelegenheid nodigde hoogleraar Europees Recht Rick Lawson tien Poolse studenten uit om naar Leiden te komen en koppelde hij ze aan Leidse studiegenoten.
‘Het is grappig als je ineens een duo vormt met iemand die je helemaal niet kent’, zegt Schrijver. ‘We hebben elkaar pas een paar dagen geleden op Facebook toegevoegd. Nu slaapt Barbara in mijn studentenhuis op het Rapenburg.’
Behalve een masterclass van oud-topambtenaar en diplomaat Just de Visser, die ambassadeur in Warschau was, hebben de tweetallen de opdracht gekregen om een essay te schrijven over de toekomst van de EU. Het beste stuk wordt gepubliceerd op het Leiden Law Blog.
Uiteraard is er ook ruimte voor het verkennen van de stad. ‘Alleen de overlevers hebben Café Roebels gered’, zegt de Griekse Theo Tsomidis (25) die in Leiden de master human rights volgt. ‘Een flink deel was toen al ingestort.’ Zo ook zijn teamgenoot Agnieszka Rutkowska (20) van de Uniwersytet Ekonomiczny in Krakau. ‘Ik moest om vier uur ’s ochtends opstaan om mijn vliegtuig te halen. Ik had niet geslapen, dus ik heb de bar maar even overgeslagen.’
Tijdens de lunch discussiëren de studenten over de opkomst van nationalistische anti-EU-partijen. ‘Er zijn veel Poolse politici die zeggen dat de EU slecht is’, zegt Zielinska-Rapacz. ‘Ik was acht toen we lid werden en zag dat er nieuwe wegen en gebouwen kwamen. Alles werd beter. Al mijn vrienden zijn voorstander van de Unie.’
Maar niet iedereen ziet dat zo. ‘Polen is heel erg verdeeld. Er zijn twee groepen: de nationalisten van de regerende Recht- en Rechtvaardigheid-partij (PIS) en de mensen die pro-EU zijn. De meerderheid van de Polen is blij met de Unie. Ik maak me geen zorgen. Er komt echt geen Plexit. Het beeld dat je van Polen krijgt, hangt ook heel erg af van welk medium je leest of kijkt. De staatstelevisie is bijvoorbeeld heel sterk op de hand van PIS. Hun uitzendingen zijn schandelijk: allemaal nepnieuws. We hebben echt de nodige problemen: de rechterlijke macht en de persvrijheid staan onder druk. Op dit moment is er ook protest van leraren.’
Rutkowska: ‘Ze verzetten zich tegen de reconstructie van het onderwijs die PIS doorvoert.’ Zielinska-Rapacz: ‘En ze verdienen heel weinig, zo’n 500 euro per maand.’ Rutkowska: ‘De staatsomroep probeert hun protest weg te moffelen, of schildert de docenten negatief af.’
Volgens Tsomidis is er niet alleen in Polen sprake van een tweedeling. ‘Ik ben het ermee eens dat alle studenten hier veel te danken hebben aan de EU. Maar wij zijn hoogopgeleid, spreken meerdere talen en hebben geld om te reizen. Heel veel generatiegenoten en burgers kunnen niet profiteren van die voordelen. We moeten iedereen meenemen, als we de steun voor de EU willen behouden.
Ik kom uit Griekenland. Wij waren de proefdieren van de EU. Uiteraard heeft mijn land zichzelf in de problemen gebracht, maar veel Grieken vonden de EU te hard en te arrogant. Met die brute aanpak heeft de Unie haar eigen waarden ondergraven. Veel EU-voorstanders keerden zich toen af van Brussel.’
De landen buiten het centrum van de EU, zoals Griekenland en Polen, hebben minder invloed op de koers van de EU, vervolgt hij. ‘We hebben gewoon niet dezelfde toegang tot de instituten in Brussel. Het is voor ons een ander spel dan voor Nederland. Als je niet echt meetelt, is het gevolg mogelijk nationalistisch populisme.’
Zielinska-Rapacz: ‘Dat is een goed punt. Zo had ik er nog niet naar gekeken. Ik denk inderdaad dat beleidsmakers in Brussel sneller bij de buren kijken als er banen te verdelen zijn, dan naar lidstaten in de periferie.’
Schrijver: ‘Vrijwel iedereen vindt dat er dingen anders moeten, maar niemand weet precies hoe. Het probleem is dat wij de mensen die tegen de EU zijn nauwelijks kennen. Zo krijg je ook geen dialoog. Ik ken bijvoorbeeld geen Baudet-stemmers. Veel mensen die op Forum voor Democratie stemmen, zijn volgens mij onvoldoende geïnformeerd over wat de partij eigenlijk wil.
‘Baudet is populair omdat hij de media goed weet te bespelen. Dan plaatst hij een foto van zichzelf naakt aan de rand van een zwembad. Dan zeggen jongeren: "Wow, wat is hij cool, heel anders dan al die saaie oude politici."’
Zielinska-Rapacz: ‘Dat soort populisten hebben wij ook.’
Rutkowska: ‘Die heb je helaas overal.’