‘Er werden zo’n negenduizend Nederlandse VN-militairen naar Libanon gezonden, onder het mom van een vakantiemissie’, klinkt de voice-over in de documentaire Vergeten missie (2022) van RTV Oost. Het idee was de vrede bewaren en ondertussen genieten van het zonnetje en lekker surfen. ‘We kregen filmpjes te zien van hoe mooi de hoofdstad Beiroet was’, zegt veteraan Siem Kersten in de documentaire.
In werkelijkheid kwamen de blauwhelmen, van wie een groot deel dienstplichtigen, terecht in een gewelddadige chaos. ‘We lagen elke dag onder vuur’, vertelt Kersten. ‘Ik heb daar wel schade door opgelopen. Na een maand ging ik geestelijk op slot en doorliep ik de missie als een zombie.’
De Nederlandse militairen waren in een wespennest terechtgekomen. In 1978 pleegden Palestijnen een bloedige aanslag in Israël. Elf terroristen waren met een boot geland op het strand in de buurt van Tel Aviv en kaapten vervolgens een bus op de kustweg. Er vielen 48 doden, onder wie 13 kinderen.
Israël begon vervolgens een invasie van Zuid-Libanon waar de PLO en andere Palestijnse organisaties zaten. In Libanon waren ook nog allerlei andere bewapende groeperingen actief. Uiteindelijk trok Israël zich onder druk van de Verenigde Naties weer terug. In deze haast onmogelijke situatie moesten de militairen van de VN-missie UNIFIL de vrede zien te bewaren.
‘Ze kwamen in de hel’, zegt Diego Salama, die de VN-missies in het Israëlisch-Arabische conflict van 1967 tot 1982 onderzocht en volgende week hoopt te promoveren. ‘De VN-Veiligheidsraad stuurde UNIFIL onder stevige druk van de VS naar Libanon. De operatie had geen duidelijke strategie en het mandaat was zwak. De structuur die door de VN al in de regio was opgezet, maakte het mogelijk om heel snel een operatie op touw te zetten. De missie was desondanks een worsteling. Ze hadden niet de middelen en bescherming om hun werk goed te kunnen doen.’
Het hielp niet dat geen een van de strijdende partijen de VN-militairen daar wilde hebben. ‘Het gevaar kwam van alle kanten: uit alle hoeken werd er op hen geschoten. Toch waren er de nodige successen.’
Dat blijkt ook in de documentaire Vergeten missie: als de Nederlandse veteranen terugkeren naar Libanon worden ze enthousiast ontvangen door inwoners die goede herinneringen aan de hulp van de voormalige blauwhelmen hebben. Ook een deel van de jongeren in het gebied zijn blij met de VN. ‘Jongens van achttien hebben UNIFIL-foto’s op hun telefoon staan’, vertelt een veteraan. ‘Ik begrijp er helemaal niets van.’
‘Maar al met al werden de militairen gestuurd om een onmogelijke job te doen’, stelt Salama. ‘Toen Israël in 1982 opnieuw Libanon bezette, werd de missie zelfs haast zinloos.’
Toch is UNIFIL tot de dag van vandaag actief. Het is een missie met veel slachtoffers. Er vielen sinds het begin van de operatie 324 doden, onder wie negen Nederlanders. ‘Er zitten nu nog steeds bijna elfduizend VN-militairen, het is de grootste operatie in de regio. De VN vormt een soort buffer tussen Israël en Libanon, maar het is geen kogelvrij scherm uiteraard.’
De spanningen nemen ook weer toe, onder andere door de Israëlische aanvallen op de militante sjiitische moslimbeweging Hezbollah in Libanon. Mogelijk zal Israël opnieuw de grens oversteken om de strijd met Hezbollah aan te gaan. ‘Er zitten heel veel vluchtelingen uit Syrië in Libanon. De economische situatie is verschrikkelijk slecht. Zeker sinds de enorme explosie in de haven van Beiroet in 2020.’
De VN is al sinds het ontstaan van de staat Israël actief in de regio. ‘De eerste missie was in 1948, en ondertussen heeft de operatie kantoren in de gebieden van vrijwel alle partijen in het conflict. Dat is uniek, een schatkamer aan kennis.’
Salama deed veel van zijn onderzoek in de archieven van de VN in New York, maar hij bezocht ook onder andere Israël en Libanon. ‘Wat me vooral opviel is dat veel van de conflictgebieden zo dicht bij elkaar liggen. Ik was bij een uitkijkpost van UNIFIL en kon met mijn standaard verrekijker beide partijen goed observeren. Je ziet hun militaire vlaggen.’
Hij bezocht ook de Hermonberg, gebied dat na de Zesdaagse oorlog in 1967 onder controle van Israël staat. ‘Die berg ligt maar veertig kilometer van Damascus, de hoofdstad van Syrië. Ongelooflijk dichtbij. Van collega’s hoorde ik hoeveel communicatie en stille diplomatie er via hen plaatsvindt tussen Israëlische en Syrische militairen.’
Want de aanwezigheid van de VN-militairen is van groot belang en de ‘vredesarchitectuur’, zoals Salama het omschrijft, is in al die decennia aanwezigheid zeer sterk ontwikkeld. Een van de bepalende figuren hierin was de Finse UNEF II-commandant Ensio Siilasvuo. ‘In 1973 woedde de Jom Kipoer-oorlog. Israël werd toen in eerste instantie in de verdediging gedrukt, want ze werden volledig verrast door Syrische en Egyptisch troepen.’ Israël herstelde zich echter en duwde de tegenstand terug tot over de Egyptische grens en bezette een deel van het Sinaï-schiereiland.
Tekst gaat door onder kader
Diego Salama werkt bij de United Nations University, het opleidings- en onderzoekscentrum van de VN. ‘Er zijn dertien vestigingen in de wereld, waaronder een in Maastricht waar ik aan ben verbonden.’
Zijn onderzoek verschijnt op een moment dat de regio weer in de brand staat. ‘Ik leverde mijn proefschrift op 10 oktober in, dat is nogal treffend qua timing.’
Salama is voorzichtig met uitspraken over Gaza. ‘Alles wat ik nu vertel, zijn mijn meningen en niet die van de VN. Er zijn ook regels over wat je als werknemer mag zeggen over actuele zaken. Dat gezegd hebbende, vind ik dat er zo snel mogelijk een staakt-het-vuren moet komen.’
Op de dodelijke Israëlische aanval op medewerkers van World Central Kitchen wil hij niet specifiek ingaan. ‘In het algemeen kan ik wel zeggen dat hulporganisaties beschermd moeten worden. Het conflict kan niet opgelost worden als zij hun werk niet kunnen doen. Mensen hebben geen onderdak en hebben honger, dat is het eerste wat we moeten aanpakken. Zonder kortetermijnactie, geen langetermijnresultaat.’
Er volgde een wapenstilstand en de VN organiseerde onder leiding van Siilasvuo vredesbesprekingen in een tent bij kilometerpaal 101 op de weg van Caïro naar Suez. ‘Het overleg leverde een groot succes op. Het pad naar vrede tussen Israël en Egypte is daar begonnen, dat geldt ook voor de de-escalatie tussen Israël en Syrië. De Finse commandant slaagde erin om de spanningen af te laten nemen zodat er echt ruimte kwam voor onderhandelingen.’
Een van de zaken die Siilasvuo wist te organiseren was een veel betere coördinatie tussen de drie VN-missies die toen actief waren in het Israëlisch-Arabische conflict. ‘Dat is bepalend geweest voor de structuur die er nu nog steeds ligt.’
Ondertussen is de focus van het conflict verschoven naar Israël en de Palestijnen. ‘Maar de architectuur is er en die moet ook blijven, vind ik. Als er, hopelijk snel, vrede in Gaza is dan hoeven er geen nieuwe structuren te komen. Zet de turbo op wat er al is, en verzin niet een andere aanpak.’
Een oplossing van het conflict is echter ver weg. Het gaat niet alleen om twee groepen die hetzelfde stuk land willen hebben. ‘Er zitten etnische, religieuze, historische en politieke kanten aan. Je moet schaak echt in tien dimensies kunnen spelen om het op te lossen. Als ik op de markt loop in Jeruzalem dan zie ik Joden, Arabieren en mensen met allerlei andere achtergronden. Ze willen alleen maar hun leven kunnen leiden. Het is zo tragisch dat iedereen juist zo lijdt.
‘De gebeurtenissen van 7 oktober en daarna zijn zo traumatisch en ingrijpend dat deze zowel de Israëlische als Palestijnse politiek fundamenteel zullen veranderen. Ik hoop dat dit moment van absolute horror, een dieptepunt, uiteindelijk naar een pad tot vrede voert.’
Diego Salama, An Architecture for Peace: Deciphering the UN’s Multidimensional Approach to the Israel - Arab Conflict (1967 - 1982). Promotie is dinsdag 16 april