Nieuws
Wordt onderzoek naar omstreden optreden van beveiligers wel onafhankelijk?
Het COT Instituut voor Veiligheids- en Crisismanagement gaat het omstreden optreden van de universitaire beveiliging tijdens én na de pro-Palestina-demonstratie in Wijnhaven onderzoeken. Hoe onafhankelijk is het bureau, dat is opgericht door de decaan die aanwezig was bij het protest?
Mark Reid
donderdag 7 december 2023

Na afloop van het protest op 9 november achtervolgden universitaire beveiligers demonstranten die op weg naar huis waren op straat en zelfs tot in een kledingwinkel.

Het optreden leidde tot veel ophef en kritiek. Raadspartijen LVS en DSP stelden er vorige week 19 vragen over aan het college van bestuur. Eerder had de universiteitsraad al aangedrongen op een onderzoek.

Dat onderzoek komt er nu, uitgevoerd door COT, instituut voor veiligheids- en crisismanagement. Dat de universiteit dit bureau heeft gekozen is opmerkelijk. COT werkt al enige tijd samen met de universiteit op veiligheidsgebied. Op de site van de universiteit staat dat ‘de Universiteit Leiden en het COT partners zijn als het gaat om de voorbereiding op crisissituaties.’

Onder de oorspronkelijke naam Crisis Onderzoeksteam is het COT opgericht door de huidige decaan van de faculteit Governance and Global Affairs, Erwin Muller, samen met emeritus-hoogleraar en oud-minister van Buitenlandse Zaken Uri Rosenthal.

‘Het lijkt ons van enorm belang dat deze kwestie zo net mogelijk wordt geëvalueerd’

Muller was zelf aanwezig bij het protest op 9 november, waar hij na afloop een van de betogers die het woord had gevoerd aansprak met de boodschap dat ‘de universiteit nog wel met hem zou praten’. Muller is sinds 2011 niet meer verbonden aan COT.

Toch dient de vraag zich aan of hier geen sprake is van mogelijke belangenverstrengeling gezien de band van het bureau met de universiteit en de decaan. Volgens universiteitswoordvoerder Renée Merkx is er ‘geen enkele belemmering in de onafhankelijkheid’.

‘Er is gekozen voor het COT omdat zij een autoriteit zijn op het gebied van evaluatie van incidenten- en crisismanagement, met als doel om hieruit vooral de leerpunten te halen’, aldus Merkx.

‘Het COT is al lange periode betrokken bij het optimaliseren van het crisismanagement van onze universiteit en zodoende goed geïnformeerd over onze organisatie en de context waarin het incident heeft plaatsgevonden, waardoor zij deze evaluatie efficiënt en snel kunnen uitvoeren.’

Raadslid Ebrar Kaya van LVS, een van de partijen die vragen stelde over het beveiligingsoptreden, heeft wél zorgen.

‘Waar we niet hoeven uit te gaan van slechte intenties, lijkt het ons van enorm belang dat deze kwestie zo net mogelijk wordt geëvalueerd. Het lijkt ons in het belang van alle betrokkenen dat het onderzoek wordt uitgevoerd door een organisatie waarbij de kans op belangenverstrengelingen minimaal is. Uiteraard hebben praktische of logistieke overwegingen vast een rol gespeeld, maar we denken dat in dit geval schoonheid voor snelheid had mogen komen.’