Nieuws
Omstreden proef met promotie­­studenten wordt beëindigd
Er komt een einde aan het experiment met promotiestudenten. Er was kritiek op de constructie vanwege de onduidelijkheid over hun rechtspositie.
Sebastiaan van Loosbroek
donderdag 9 juni 2022
Foto Taco van der Eb

Dat schrijft onderwijsminister Robbert Dijkgraaf (D66) in een brief aan de Tweede Kamer.

Een promotiestudent is een promovendus die niet via een arbeidscontract aan de universiteit is verbonden, maar als student is geregistreerd en een beurs krijgt van ongeveer 1600 euro per maand. Het experiment begon in 2016 en eindigt in 2024.

De constructie kreeg veel kritiek: veel universiteiten wilden niet deelnemen vanwege de onzekere financiële gevolgen voor de promovendi en onduidelijkheid over hun rechtspositie.

De Universiteit Groningen zag het omstreden traject wel zitten en heeft ruim 1500 promovendi een beurs verstrekt.

‘De evaluatie laat geen overtuigende meerwaarde zien’

Nu er een eindevaluatie is uitgevoerd, concludeert Dijkgraaf dat er een streep door het experiment moet.

De minister ‘acht het verankeren in de wet van het traject promotiestudenten niet opportuun’, schrijft hij aan de Tweede Kamer. ‘De evaluatie laat geen overtuigende meerwaarde zien en het broze draagvlak voor dit experiment weegt zwaar in mijn besluit om het na afloop van 2024 geen vervolg te geven.’

Onduidelijk en onzeker

Verder wijst Dijkgraaf erop dat ‘het toevoegen van het promotieonderwijs als nieuwe categorie promovendi niet past bij mijn streven naar meer rust en ruimte in het wetenschapssysteem en een goede positie voor alle onderzoekers’.

Uit de eindevaluatie blijkt dat er veel ‘opstartproblemen’ en ‘kinderziektes’ zijn geweest.

Promotiestudenten waren onvoldoende voorgelicht, er was veel onduidelijkheid over hun fiscale en sociale zekerheid en ze voelden zich vanwege hun student-status niet vertegenwoordigd in de medezeggenschap.

‘Het experiment heeft hierdoor aan draagvlak verloren’, schrijft de minister.

Daar komt nog bij dat de promotiestudenten vinden dat zij grotendeels hetzelfde werk doen als in dienst zijnde promovendi, terwijl ze veel minder rechten hebben. ‘Hun beurzen groeien niet mee met de ervaringsjaren en promotiestudenten ontvangen geen vakantiegeld of dertiende maand’, aldus Dijkgraaf. ‘Deze aspecten wegen zwaar voor de promotiestudenten.’

Het experiment wordt niet per direct beëindigd, omdat dit alleen mogelijk is ‘als gedurende de looptijd van het experiment ernstige nadelige gevolgen voor het onderzoeksklimaat bij een of meer universiteiten zijn ontstaan’. Uit de eindevaluatie blijkt dat niet, schrijft de minister. ‘Daarom zal het experiment tot eind augustus 2024 worden voortgezet.’