In december 2021 kondigde toenmalig demissionair minister Hugo de Jonge aan dat kinderhartchirurgie voortaan alleen nog in Rotterdam en Utrecht zou plaatsvinden. Dat betekende dat het CAHAL, de samenwerking tussen het LUMC en het Amsterdamse AMC, gedwongen zou moeten stoppen.
Dat besluit leidde toen tot veel protest. Hoogleraar en cardiothoracaal chirurg Mark Hazekamp benadrukte destijds in Mare dat het verplaatsen van een gespecialiseerde afdeling niet zomaar kon: ‘Bij zo’n programma lopen tientallen mensen rond. Dat bouw je niet zomaar ergens opnieuw op. Dat kost jaren. Als de sluiting van het CAHAL doorgaat, moeten we door een periode van transitie waarin het niet zeker is dat de kwaliteit van de zorg hetzelfde kan blijven.’
Ook vreesden tegenstanders van het plan voor een domino-effect in het ziekenhuis. Met het verdwijnen van de hartchirurgie zou de kinder-IC moeten sluiten, waardoor ook het stamcelprogramma noodgedwongen zou moeten stoppen. Dat zou vervolgens het voortbestaan van kindergeneeskunde in het ziekenhuis bedreigen, waardoor de opleiding geneeskunde en de academische status van het ziekenhuis op de tocht zouden komen te staan.
Aanvechten
Nadat ook oud-minister Kuipers vasthield aan het besluit om de hartzorg te concentreren in slechts twee ziekenhuizen, besloten drie andere academische ziekenhuizen het plan bij de rechter aan te vechten. Die heeft nu besloten dat het plan van de minister om kinderhartchirurgie te concentreren in slechts twee ziekenhuizen niet voldoende was onderbouwd door het ministerie en heeft het besluit daarom vernietigd.
De ziekenhuizen zijn blij met de uitspraak. In een persbericht noemt het LUMC het besluit ‘goed nieuws voor de kwaliteit en toegankelijkheid van academische hart- en kinderzorg’.
In afwachting van het besluit van de rechter kondigden het LUMC, het UMC in Utrecht en het Amsterdamse AMC afgelopen oktober al aan verder te gaan als een gezamenlijk kindercardiologie-team. Hiermee hopen de ziekenhuizen de ‘gewenste kwaliteit en toegankelijkheid van academische hart- en kinderzorg in Nederland te garanderen’.