Cultuur
Schrijver Judith Visser is clichés over autisme zat: ‘Mijn pennen liggen kriskras door elkaar’
Auteur Judith Visser schrijft romans over autisme en vecht tegen stereotypering binnen én buiten de literatuur. Donderdag gaat ze in gesprek met studenten. ‘Het beeld is vaak stigmatiserend.’
Marciëlle van der Kraan
donderdag 12 oktober 2023

‘Ik geef al langer lezingen over mijn autisme’, vertelt schrijver Judith Visser, die het syndroom van Asperger heeft. ‘Mensen vroegen aan mij of ik alsjeblieft een boek over autisme wilde schrijven.’

Om gehoor te geven aan die vraag schreef ze de romans Zondagskind (2018) en Zondagsleven (2020). ‘Er zijn wel boeken over autisme, maar weinig boeken vanuit iemand die zelf autisme heeft, in ieder geval niet in Nederland. Veel mensen hebben het, maar er zijn weinig schrijvers met autisme. Ik denk dat mensen met autisme het moeilijker vinden zich in woorden uit te drukken.’

Door middel van haar boek probeert ze een beeld te geven van hoe haar leven eruitziet. Want er bestaat nog altijd onbegrip, zegt Visser. ‘Mensen in mijn omgeving snappen niet dat ik niet naar hun feestjes kom, of als ik na een half uur weer naar huis ga als ik op bezoek ben. Ze klagen altijd: “Ga je nú al weg?” Maar als ik nog langer blijf, lig ik de dag erna op bed met migraine en moet ik overgeven van de pijn als ik te veel beweeg. Autisme uit zich anders bij iedereen, maar een belangrijk raakvlak dat we hebben is dat we snel overprikkeld raken. Daar wilde ik over schrijven.’

Wolfhonden

Voorbeeld: wat voor ‘gewone’ mensen een lamp is, is voor haar een zaklamp in haar ogen. Elk geluid klinkt alsof er tegen haar wordt geschreeuwd. ‘Die overprikkeling leidt bij mij tot heel erge migraine, maar uit zich bij iedereen anders. Zo gaan sommige kinderen met autisme schreeuwen als ze last hebben van overprikkeling. Alle externe prikkels worden weggefilterd bij gezonde mensen. Dat filter wordt al in de baarmoeder aangemaakt, maar bij mensen met autisme niet.’

Visser merkt in die gevallen dat ze licht wordt in haar hoofd. ‘Daarna komt een soort duizeligheid en een crash. Ik moet dan zo snel mogelijk weg uit de situatie en medicijnen tegen migraine slikken. Het beperkt mij in de dingen die ik wil doen. Eigenlijk kan ik maar één afspraak per week hebben, dus ik maak me er nu al zorgen over dat ik donderdag die lezing in Leiden heb en vrijdag de presentatie van mijn nieuwe boek. Veel mensen denken dat ik me dan aanstel.’

Ze heeft drie wolfhonden die haar helpen niet overprikkeld te raken. Om de beurt mag een hond mee naar een lezing.

Geschreven door buitenstaanders

Het clichébeeld van autisten is de schrijver inmiddels zat. ‘Veel mensen zeggen lacherig dat ze altijd willen dat hun pennen netjes op orde liggen, en dus wel autisme moeten hebben. Maar dan ben je gewoon een controlfreak. Bij mij liggen alle pennen kriskras door elkaar, mijn jurkjes overhoop en mijn sokken door de war. Het beeld van de man die goed is in wiskunde en bij wie alle overhemden recht moeten hangen omdat hij anders gek wordt, is stigmatiserend.’

Die vooroordelen ziet ze ook in de literatuur. ‘Ik lees veel en daardoor weet ik wel dat er veel stereotypering voorkomt, meestal geschreven door buitenstaanders. Door mijn twee boeken word ik nu gezien als iemand die over autisme schrijft, terwijl ik veel meer boeken heb geschreven. Ik zou graag meer schrijvers met autisme zien.’

Donderdag praat ze erover met psychologiestudenten tijdens een lezing in de Leidse bibliotheek. ‘Ze gaan iets over mijn boek zeggen, maar de lezing is ook bedoeld voor mensen uit de regio. Kun je bijvoorbeeld gelukkig zijn met autisme? Ja dat kan, en ik ga vertellen hoe.’

Lezing Judith Visser
BplusC Bibliotheek, Nieuwstraat 4, donderdag 12 oktober, 18:30 tot 20:30