Cultuur
Levenslessen van een tafeltenniskampioen: ‘Je moet contact maken met jezelf’
In haar boek Chinese wijsheid in een balletje verweeft voormalig tafeltenniskampioen Bettine Vriesekoop topsport met het taoïsme. ‘Vraag jezelf af: Waar ben ik mee bezig?’
Elena van der Klok
donderdag 16 mei 2024
Foto ANP

Voormalig professioneel tafeltennisser Bettine Vriesekoop (62) is nog elke dag bezig met sporten. Zo ook nu bij de tafeltennisvereniging in Amsterdam, waar ze les geeft aan toekomstige topsporters. Terwijl er om haar heen fanatiek wordt getraind, zegt de vijfvoudig Europees kampioen dat ze soms haar studententijd in Leiden mist. ‘Soms denk ik wel eens: ik ga terug, en die studie afmaken.’

Vriesekoop besloot op haar 34e aan de studie Chinese taal en cultuur te beginnen. ‘We gingen dan in restaurant Camino aan de Doelensteeg lunchen of even koffiedrinken.’ Maar aan haar studententijd kwam een abrupt einde. ‘Ik kreeg een baby en werd weduwe. Ik was in Leiden gaan studeren omdat ik daar een vriend had. Toen ik op een gegeven moment zwanger raakte, was het idee om de studie af te maken zodra het kind één jaar was. Alleen toen overleed mijn vriend terwijl ik nog zwanger was. Toen ben ik ermee gestopt.’

Door deze traumatische gebeurtenis is ze officieel geen sinoloog. En dat bleef toch aan haar knagen. ‘Ik denk daar nog heel vaak aan. Ik kon het gewoon halen.’

Haten of omarmen

Toch heeft ze van jongs af aan veel van de Chinese cultuur en taal meegekregen, eerst dankzij haar carrière als topsporter, later als China-correspondent voor NRC.

‘Ik werd heel snel goed in tafeltennis. Op mijn vijftiende mocht ik al naar het WK voor senioren. Daar zag ik in de trainingszaal Chinezen. Ik vroeg aan hen of ze met mij wilden trainen. Voor mijn gevoel speelden zij namelijk heel mysterieus. Ook was het moeilijk om van ze te winnen. Ze zijn zó goed dat ik dacht dat het te maken moest hebben met hun cultuur. Het werd mijn droom om naar China te gaan. En op mijn achttiende ging ik.’

De droomreis verliep niet zonder slag of stoot. ‘In het begin was ik een beetje bang. Het was een cultuur waarin ik niets kon herkennen. Er waren ook weinig westerlingen in het land, dus ik was een bezienswaardigheid. Ik kon het gaan haten of omarmen.’

‘Ik vind het zo jammer dat studenten zo veel roken, drinken en blowen’

In haar nieuwste, zevende boek Chinese wijsheid in een balletje kijkt ze terug op die tijd met een opmerkelijke blik. ‘In het boek verbind ik de wijsheid van het taoïsme met tafeltennis. Ik heb eigenlijk mijn ideeën over hoe je topsport het beste kan bedrijven gedeeld, en dus ook hoe je het beste in het leven kan staan. Want topsport is ook het leven. Dat vindt dan zijn weerslag in taoïstische teksten.’

‘Het taoïsme gaat over de natuur volgen’, legt ze uit. ‘En de natuur volgen betekent ook je eigen natuur volgen. Het gaat over totale vrijheid ervaren door jezelf te zijn, met respect voor alles en iedereen, inclusief de natuur.’

Taoïsme

Dat idee is overal binnen de Chinese cultuur terug te vinden, ook in de traditionele feestdagen. ‘Het Chinees nieuwjaar, het maanfeest, het drakenbootfestival: ze hebben allemaal met het respect voor de natuur te maken. Je moet dan de natuurgoden eren. Het taoïsme is hét bindweefsel van de Chinese samenleving. Want als je met elkaar de feesten viert en de rituelen respecteert, creëer je een soort cement. Dat is voor een land waarin zoveel mensen wonen heel belangrijk.’

Maar ook op persoonlijk vlak is het taoïsme van groot belang, vindt ze. ‘Je moet bij de natuur blijven en contact maken met jezelf. Ook moet je je bewust zijn van je gezondheid en van de processen in je lichaam. Je hebt maar één lichaam. Dus vraag jezelf af: Waar ben ik mee bezig?’
Streng: ‘Ik vind het zo jammer dat studenten zo veel roken, drinken en blowen. Ik dacht dat we toch wel allemaal weten hoe ongezond dat is. Ik zeg het hier op de tafeltennisvereniging vaak genoeg: jongens, denk aan je gezondheid!’

Bettine Vriesekoop, Chinese wijsheid in een balletje. Het spel van Tao. Uitgeverij Brandt, pgs, €20