
Op 12 augustus 1883 konden bezoekers van Artis iets unieks zien: uitsterven in actie. De allerlaatste quagga – een soort zebra – stierf die dag. Het zou meer dan veertig jaar duren voor de Tasmaanse tijger Australische dierentuinbezoekers weer zo’n kans bood.
De quagga werd opgezet, en opgenomen in de collectie van het Amsterdamse Zoölogisch Museum. Pas toen kwam men erachter dat het hier om een inmiddels uitgestorven diersoort ging. Oeps. Quagga’s plantten zich best goed voort in gevangenschap, en een fokprogramma had het uitsterven kunnen voorkomen.
De quagga bleef meer dan honderd jaar in het museum staan, en bezoekers van Artis – dat ooit was voortgekomen uit een collectie van opgezette beesten – konden er oog in glazen oog staan met het verleden. Tot voor kort, tenminste.
De oer-Amsterdamse halfgestreepte zebra staat nu in Leiden, ergens achteraf op de vierde verdieping van Naturalis. Net zoals diersoorten sterven ook biologische verzamelingen uit. Het Zoölogisch museum is, net als diverse universitaire herbaria, opgegaan in het Nederlands Centrum voor Biodiversiteit. De pareltjes uit de Amsterdamse collectie zijn nu te zien in de tentoonstelling Naturalia.
De collectie is het resultaat van een wereldwijde verzamelwoede in de achttiende en negentiende eeuw. Het Westen had zo’n beetje de hele wereld gekoloniseerd, en sleepte in haar zeilboten de mooiste beesten en planten naar huis voor de verzamelingen van rijke mensen. Soms gingen de beesten opgezet aan boord, soms werden ze in menageries of circussen gehouden voor ze werden opgezet. De opgezette leeuw die nu te zien is, was toen hij nog leefde eigendom van koning Lodewijk Napoleon.
In het begin dienden de collecties vooral de grootsheid van de goddelijke schepping weer te geven. Schelpen werden in patronen bij elkaar gelegd, tropische vogels en vlinders belandden bij elkaar in sierlijke kabinetten. Later, toen de evolutietheorie opkwam, ging het verzamelen, bewaren en tonen systematischer.
‘Naturalia’ is een tentoonstelling van opgezette beesten in een museum vol opgezette beesten. Meer dan de rest van Naturalis biedt het echter een blikje in de geschiedenis van de collectie. De mottige giraffe, met scheurtjes en mysterieuze zwarte vlekken die misschien koffie maar waarschijnlijk schimmel zijn, is op zijn manier interessanter dan het keurig opgezette exemplaar in de hoofdzaal.
De bezoeker die de tijd neemt om zich te verdiepen, kan zich verbazen over de behandeling van dieren in de achttiende eeuw, over de discipline en nijverheid van wetenschappers die op expeditie gingen om de collecties op te bouwen. En over de achteloosheid van Amsterdammers, die tot twee keer toe hun laatste Quagga verkwanselden.
Naturalia, van circusdier
tot wetenschappelijk object
Naturalis
tot 19 augustus 2012