‘COME ON!’
Nadat aan beide kanten van het rugbyveld een yell van zware mannenstemmen klinkt, stelt het eerste herenteam van het Leidsch Studenten Rugby Gezelschap (LSRG) zich op tegenover de Rotterdamse Rugby Club. De spelers gaan in positie staan en wachten op het startsignaal van de referee voor de tweede helft van de wedstrijd op het veld van LSRG.
‘WRAAGH!’
Vlak voor het fluitsignaal galmt nog een strijdkreet uit de keel van een van de Leidse spelers over het veld. Zijn hypactieve teamgenoot bevuilt zijn toch al niet meer witte broek nog extra door zich nog even snel op het zanderige veld te werpen voor twee burpees: een poging om zijn opborrelende adrenaline onder controle te krijgen.
Dan volgt de kick-off en barst een hevige strijd los. Wie de bal heeft, krijgt forse tackles te verwerken. Teamleden en supporters gooien vanaf de zijlijn olie op het vuur. ‘Kom op! Leg die vent op het dek!’
Slechts een enkeling is zijn tegenstander te snel af. Telkens vormen zich kluwens van gevelde studenten om de bal heen. Tegen de tijd dat ze langzaam opkrabbelen, is de bal allang weer ergens anders.
‘Het is de bedoeling dat je een try scoort, dat is vijf punten’, legt Federica Dankelman (archiefwetenschappen UvA) secretary van het LSRG uit. Dat betekent dat je de rugbybal meeneemt over de achterlijn van de tegenstander. Na het scoren van een try te scoren zijn er nog twee punten te verdienen met een zogeheten conversie. Daarvoor moet de bal tussen de twee palen in het midden van de achterlijn worden getrapt.
Lustrum
‘Ons gezelschap is in 1960 opgericht door Minerva’, vertelt Dankelman. ‘We bestaan 65 jaar en vieren ons lustrum. Vroeger konden alleen minervanen lid worden, maar nu is de vereniging voor iedereen toegankelijk. We hebben er enorm veel zin in, want ons vorige lustrum was in 2020, dus dat hebben we toen door de coronapandemie niet echt kunnen vieren.’
Drie weken geleden vierden ze de dies, zegt Dankelman. Volgens traditie wordt er op deze dag een wedstrijd gespeeld tussen de oud-leden en onze “jonge honden”, dus de eerstejaars.’ Alle reguliere evenementen worden in een lustrumjasje gestoken.
Halverwege het jaar wordt er een ook een middenstipdiner georganiseerd. ‘Het is de bedoeling dat we dat diner daadwerkelijk op het veld gaan laten plaatsvinden, maar het is altijd nog maar de vraag hoe het veld eraan toe gaat zijn. Rugby is natuurlijk een ruige sport Maar het leukste is wel onze lustrumreis. Met Hemelvaart gaan we vier dagen weg. Waarheen, dat horen we pas op de dag van vertrek.’
Alle heren en dames zijn welkom op de trip, al hebben ze wel verschillende programma’s. ‘Er is nou eenmaal een verschil in de behoefte aan bepaalde activiteiten, maar ‘s avonds gaan we samen uit.’
Dankelman speelt zelf in het vrouwenteam van LSRG. ‘Het damesteam viert haar tweede lustrum, toen ik er zes jaar geleden bij kwam, bestonden ze nog maar vijf jaar.’
In de tussentijd is er veel veranderd: ‘In het begin moesten we bijvoorbeeld nog clusteren met andere verenigingen om onze teams vol te krijgen, nu telt de vereniging maar liefst veertig meiden.’
De dames hebben inmiddels hun eigen plek geclaimd binnen de vereniging. ‘Tien jaar geleden was het karakter van de spelers anders, omdat veel leden toen nog corporaal waren, en het niet gebruikelijk was dat er dames bij het LSRG speelden. Dat zorgde destijds soms voor wrijving, maar langzamerhand is het normaal geworden. Je leert omgaan met intimiderende praktijken.
Karakter
‘Voordat de dames werden erkend als volwaardig team werden ze bijvoorbeeld niet uitgenodigd voor sociale evenementen. Af en toe konden ze dan mee als date, maar ook dan was het “karakter” van de activiteit niet leuk voor vrouwen. Er werd veel bier gedronken en er was een ruige omgang. Het blijft wel een punt van aandacht, omdat we het heel belangrijk vinden om vrouwen betrokken te houden bij de sport. Daarom zit ik bijvoorbeeld in het bestuur.’
Voor iedereen die nu bij het LSRG komt, is het niet meer dan normaal dat er een vrouwenteam is. ‘Tegenwoordig houden we rekening met het plannen van activiteiten, zodat het voor iedereen leuk blijft. Bovendien doen de dames het ook heel goed, daardoor krijgen we ook wel wat meer respect.’
De meiden begonnen namelijk in de laagste klasse van vrouwenrugby, werkten zich vervolgens op naar een kampioensplek in de tweede klasse en spelen nu al een aantal jaar in de eerste klasse.’
Dat het er bij vrouwenrugby niet minder hard aan toegaat, blijkt een paar weken eerder op een koude oktoberavond met dreigende regen. Gedurende de warming-up klinken er verschillende termen over het veld: ‘Ga neer!’, waarop een speelster met de bal naar de grond stort.
‘Push the enemy!’ schalt er even later over het veld, tijdens het oefenen van een scrum. De spelers vormen een strakke formatie waarbij hun hoofden naar beneden wijzen en ze met de schouders tegen elkaar de tegenstanders naar achter proberen te duwen en zo de bal te veroveren.
Tijd voor dollen is er niet. Als iemand terloops vraagt: ‘Vallen huisdieren onder je inboedelverzekering?’, reageert Isi, die de warming-up leidt geërgerd: ‘Meiden, laten we er iets meer pit in houden!’
Voor de laatste oefening van de warming-up klinken de instructies: ‘Okay ladies, we are going to do the shrimp now! For the shrimp you lay down on your back.’ Wat volgt, is een soort omgekeerd tijgeren. Alle meiden laten zich op de grond vallen en kruipen liggend op hun rug over het zanderige veld.
‘Rugby is een contact- en blessuregevoelige sport’, zegt Dankelman, die zelf een jaar geleden een hersenschudding opliep tijdens een wedstrijd. ‘Ik viel met mijn achterhoofd op iemands knie, waarna ik duizelig en versuft was. Dat is mijn enige grote blessure geweest.’
Hersenschudding
Bij de trainingen van de rugbyers wordt er veel aandacht besteed aan het leren om blessures te voorkomen. ‘Negentig procent van de tijd heb je het zelf in de hand door techniek, zelfvertrouwen en door geen onnodig risico’s te nemen. Dat leer je door ervaring op te doen.’
Het gevaar houdt haar niet weg van de sport. ‘Ik vind rugby zo leuk omdat het een combinatie is van fysiek in beweging zijn, strategische vaardigheden en cardio. Toen ik vanwege de hersenschudding moest stoppen, ging het elke keer weer kriebelen als ik naar de wedstrijden keek. Geen enkele sport geeft hetzelfde gevoel.’
Om het zo veilig mogelijk te houden heeft de rugbybond heeft maatregelen ingevoerd. ‘Bij een hoofdblessure wordt het spel direct stopgezet. We hebben allemaal een geneeskundige in het team die meteen een head-check kan uitvoeren. Dan krijg je vragen over wie en waar je bent bijvoorbeeld. Daarna moet je uit voorzorg het veld af.’
Ook op professioneel niveau zijn er constant vernieuwingen. ‘De topsporters hebben nu een digitaal bitje in tijdens de wedstrijd. Dat geeft licht als er een botsing is geweest boven een bepaalde impact. Dan wordt er meteen een lichamelijke check uitgevoerd, en aan de hand daarvan wordt bepaald of ze op het veld mogen blijven.’
Volgens Dankelman is het opvallend dat rugby veel aandacht krijgt in de media. ‘Ik zie regelmatig rugbyclubs viral gaan, dan tonen ze gespierde mannen die aan het opwarmen zijn. Maar ook de Amerikaanse rugbyster Ilona Maher doet het heel goed online, omdat ze heel vrouwelijk is, maar ook een echte krachtpatster. Dat creëert extra aandacht. We horen van veel studenten dat ze rugby voorbij hebben zien komen op social media. We hebben er dit jaar twintig nieuwe leden bij gekregen.