Achtergrond
‘Ik krijg veel haatmails en dreigementen’, zegt zionisme-expert Derek Penslar
De Amerikaans-Canadese historicus Derek Penslar is hoogleraar Joodse geschiedenis aan Harvard. Hij schreef een boek over zionisme waarover hij maandag een lezing geeft. ‘Ik ben lasteraar en verrader genoemd.’
Vincent Bongers
donderdag 11 mei 2023
Protest in Tel Aviv tegen de plannen van premier Netanyahu om de macht van het hooggerechtshof in te perken, eind maart. ANP/The New York Times/Amit Elkayam

‘Sommige mensen worden heel erg boos op mij’, vertelt Derek Penslar, hoogleraar Joodse geschiedenis aan Harvard. ‘Ik krijg veel haatmails en dreigementen. In meerdere gevallen heb ik de politie ingeschakeld. Een keer belde een agent die onderzoek had gedaan naar een van de afzenders: “We hebben de bedreiging onder de loep genomen en geconstateerd dat het om een ongevaarlijke gek gaat.” Die boodschap was bedoeld om me gerust te stellen. Een vriendin van mij is rechter en zij had ook al zo’n rustgevende reactie: “Maak je geen zorgen om dreigmails. Je moet je zorgen maken om lui die niet mailen.”’

De aanvallen komen meestal van rechts, vertelt Penslar via Teams vanuit zijn woonplaats Toronto. ‘Ik ben Joods, actief in de Joodse gemeenschap en behoor tot een synagoge. Sommige Joden zien mij echter als verrader omdat ik Israël niet onvoorwaardelijk steun. Evangelische christenen nemen me ook op de korrel. Een protestantse dominee noemde me een “lasteraar van Israël” omdat ik kritiek heb op beleid van de regering.’

Kritiekloos hulpje

Pro-Palestijnse studenten en activisten negeren Penslar meestal. ‘Ze volgen mijn colleges niet. Hun idee is: hij is Joods, houdt zich bezig met Israël en is niet betrokken bij antizionistische acties. Hij moet wel een kritiekloos hulpje van dat land zijn. Ik veroordeel echter extremisme aan beide kanten.’

Penslar publiceert in juni het boek Zionism, An Emotional State. Maandag geeft hij een lezing over dat onderwerp in het Lipsius.

Wat is zionisme volgens hem? ‘De Israëlische schrijver Amos Oz noemde zionisme “een achternaam met vele voornamen”. Sommigen zien het als het streven naar een autonome Joodse staat die het hele historische Palestina bestrijkt. Voor anderen is een kleiner territorium ook afdoende. Het is een vorm van zelfbeschikking en zelfbestuur van het Joodse volk in Israël.’

De staat Israël werd op 14 mei 1948 uitgeroepen, maar het zionisme is niet verdwenen. Het verbindt de Joodse diaspora aan Israël en is de stuwende kracht achter het nationalisme in het land. ‘Zoals bij alle politieke bewegingen spelen gevoelens als angst, verlangen, trots, en uiteraard liefde en haat daarbij een grote rol. Alle nationalistische bewegingen zorgen voor golven van emoties en bij zionisme kun je wel spreken van tsunami’s. Israël is een van de meest gehate landen ter wereld, blijkt uit verschillende onderzoeken.

Die haat is niet alleen te herleiden tot het onderdrukken van de Palestijnen. Moslims en christenen vinden het uiterst belangrijk wat er in dit deel van de wereld gebeurt. Het gaat dan niet om haat maar ook om liefde. Er zijn bijvoorbeeld miljoenen evangelische christenen die meer van Israël houden dan van het land waar ze zelf wonen.’

‘Stel dat Israël door Koreanen of Duitse protestanten was gesticht. Ik denk dat dat wereldwijd tot minder haat had geleid’

Het feit dat het een Joodse staat is, roept nog meer gevoelens op. ‘Stel dat Israël door Koreanen of Duitse protestanten was gesticht en dat zij de grond van Palestijnen hadden afgepakt. Ik denk dat dat wereldwijd tot minder woede en haat had geleid. Antisemitisme speelt een rol in de kwestie, hoe reëel het conflict ook is.’

Uiteraard kan kritiek leveren op Israël losstaan van antisemitisme. ‘In Nederland kun je dat goed zien. Lang was er veel steun voor Israël, dat leidde zelfs tot een olieboycot door Arabische staten in 1973. De laatste decennia neemt de kritiek op Israël echter toe. Er is teleurstelling en frustratie over het Israëlische beleid, maar dat heeft geen oorsprong in antisemitisme.’

In de Arabische wereld is dat anders. ‘Vanaf het begin was de haat tegen Israël daar groot, en dat heeft ook duidelijk een antisemitische component. Daar zie je de cartoons van de stereotiepe Jood met keppel en haakneus die het bloed van Arabische kinderen drinkt.’

Wereldwijd is er een toename in antisemitisme, aldus Peslar. ‘In Amerika is het nu nodig om bij synagogen barricaden te plaatsen voor de deuren omdat het geweld tegen Joden toeneemt. Dat is betrekkelijk nieuw. Antisemitisch geweld was altijd een Europees probleem.’

Burgeroorlog in het klein

Om de zaak nog ingewikkelder te maken zijn er ook antisemieten die bewondering hebben voor Israël en het als baken zien van westers verzet tegen de moslimwereld. Zo werd Penslar in Boedapest na een lezing aangesproken door aanhangers van Jobbik, een uiterst rechtse Hongaarse partij met antisemitische sentimenten. ‘Zij vertelden mij dat ze Israël bewonderden omdat het zo’n sterk leger heeft. Het patriottisme en nationalisme werd door hen gewaardeerd.’

75 jaar Israël wordt gevierd terwijl er een grote worsteling tussen Joodse groepen is over de toekomst van het land. Premier Netanyahu wil met een wet de macht van het hooggerechtshof inperken waardoor het parlement uitspraken van het hof naast zich neer kan leggen. ‘Dagelijks gaan mensen de straat op om tegen de voorstellen te demonstreren. Je kunt de situatie omschrijven als een burgeroorlog in het klein.’

Ondanks de felle protesten schuift Israël steeds meer op richting rechts en lijkt een oplossing van het conflict met de Palestijnen ver weg. ‘De afgelopen decennia zijn er steeds meer rechtse stemmers bijgekomen. De geboortecijfers van rechtse en orthodoxe Joodse gezinnen zijn namelijk relatief hoog.’

Verraden door Palestijnen

Dat is echter slechts een deel van het verhaal. ‘In de jaren negentig was er de hoop dat de Oslo-akkoorden tussen Arafat en Rabin tot vrede zouden leiden. De tweede Intifada (Palestijnse opstand, red.) die in 2000 begon maakte een einde aan dat optimisme. De opstand was een enorme klap voor de veiligheid. Ik woonde toen in Israël en er waren bijna dagelijks zelfmoordaanslagen op bussen. Er was een gevoel verraden te zijn door de Palestijnen. Die zien dat zelf uiteraard helemaal anders en stelden dat Israël het vredesproces expres vertraagde en nederzettingen bouwde op bezet gebied. Een opstand was volgens hen onvermijdelijk.’

Het gevolg van de tweede Intifada was dat dat Israëli’s die links stemden opschoven naar het midden. ‘En stemmers in het midden kozen voor zeer rechtse partijen. In deze situatie zit het land nog steeds.’

Toch kan de weg naar vrede wel degelijk terug worden gevonden, denkt Penslar. ‘Maar dan zal Israël zich moeten ontworstelen uit de politieke puinhoop waar het nu in zit. De komst van een sterke centristische leider is noodzakelijk. Dat geldt ook voor de Palestijnen. Zij moeten op zoek naar een charismatische leider die president Abbas vervangt.’

Ook dit ziet Penslar niet snel gebeuren. ‘De Palestijnen zijn voortdurend in strijd met elkaar. Dus een oplossing is, eerlijk gezegd, nog heel ver weg.’

Te simpel beeld van gecompliceerd conflict

Universiteiten worstelen ook met het Israël-Palestina-conflict. De editorial board van The Harvard Crimson, het studentenblad van de universiteit waar Penslar werkt, besloot vorig jaar april haar steun uit te spreken voor de Boycott, Divestment and Sanctions-beweging (BDS). Een organisatie die oproept tot acties tegen Israël om zo het land te dwingen zich te houden aan het internationaal recht.
‘Natuurlijk mag er kritiek geleverd worden op Israël’, reageert Penslar. ‘Ik vind de keuze van de krant echter een voorbeeld van het emotionele exceptionalisme dat je vaak ziet als het gaat om Israël. Er zijn veel landen die zich schuldig maken aan mensenrechtenschendingen, maar waartegen geen boycotcampagne wordt gevoerd.

‘Er is een groep activisten aan Harvard die heel politiek geëngageerd is en heeft gelobbyd bij de redactieraad voor steun voor BDS. Het is een symbolische daad van mensen die een heel simpel beeld hebben van een gecompliceerd conflict: een racistische bezetter die een inheems volk onderdrukt. Terwijl er veel meer manieren zijn om naar deze kwestie te kijken.

‘Het vervelendste is dat een boycot ook Israëlische academici treft. Mensen die vaak juist heel progressief zijn en problemen proberen aan te pakken. Ook wetenschappers die onderzoek gaan doen in Israël, krijgen te maken met woedende reacties. Dat is belachelijk en gaat in tegen alles waarvoor ik als wetenschapper sta.’

In Leiden was er vorig jaar maart een incident rond een paneldiscussie over Palestina. De universiteit verbood de bijeenkomst omdat gespreksleider en Palestijnse antropoloog Dina Zbeidy ‘niet neutraal’ zou zijn. ‘Het is lastig’, zegt Penslar. ‘Hoe pak je de discussie aan?

Laat je emoties de gang van zaken bepalen? Dat lijkt me geen goed plan. Ik heb aan Oxford University gewerkt en daar was de houding tegen Israël bepaald koeltjes te noemen. Maar er is een traditie van civility; fatsoen en beleefdheid, aan Oxford. Toen ik er het Israel Studies-programma opzette hadden we elke week een seminar. Tijdens die bijeenkomsten werden stevige politieke debatten gevoerd, waar allerlei visies over Israël aan bod kwamen. Aan deze discussies deden ook Palestijnse en Joodse studenten en wetenschappers mee. Natuurlijk was er emotie, maar door steeds civil te blijven, was er ruimte om echt tot een gesprek te komen. Ik hoop dat Toronto, Leiden, Harvard en andere universiteiten dit model overnemen.’

Derek Peslar, Zionism: An Emotional State. Lezing.
Lipsius (0.05), maandag 15 mei, 15.15u.