Studentenleven
Tijdens de lockdown was Anne eenzamer dan ooit. Hoe gaat het nu met haar?
Midden in de lockdown vroeg Mare aan geschiedenisstudent Anne Kamsteeg een dagboek bij te houden. ‘Het voelt als weggegooide tijd’, schreef ze toen. Hoe gaat het nu met haar? Stukken beter, zo blijkt. ‘Alles is beter dan binnen wegkwijnen.’
vrijdag 19 november 2021
Illustratie Joonas Ennala

Het potje met melatoninepillen staat al een tijdje ongeroerd ergens achterin mijn nachtkastje. Ik mag weer naar de universiteit en de dagen dat ik college heb gehad, kan je me opvegen. Goddank.

Ik bivakkeer zoveel mogelijk op mijn favoriete universiteitsplek, waar ik ook voor 13 maart 2020 hele dagen kon doorbrengen. Ik hoef niet meer tegen mezelf te praten of de hele dag op mijn telefoon te zitten voor wat sociaal contact, al moet dat laatste er nog een beetje uit roesten.

In juli en augustus heb ik mijn vaccinaties gehaald. Zo gauw ik kon, ben ik op vakantie gegaan, twee keer zelfs, vanuit mijn luxepositie dat ik tijdens de pandemie nog aan het werk kon blijven. Ik heb een feestje gegeven met een handvol vrienden, je begint toch voorzichtig, maar al gauw raakten mijn vakantieweken tot op de rand vol.

Volgestouwde agenda

Heb ik last van een uit de klauwen gelopen compensatiedrang? Absoluut.

Mijn agenda staat nu nog steeds vol met uitjes, van weekenden weg tot met vrienden eten, concerten en kroeghangen tot we als Assepoesters klokslag twaalf de bierkastelen moeten verlaten (nu om acht uur). De deadlines hijgen in mijn nek terwijl ik mijn agenda volstouw met alles wat ik het afgelopen jaar niet heb kunnen doen, en ik weet niet of het de beste tactiek is, maar tot nu toe wel de leukste.

Eerder: ‘Mijn leven voelt als een wachtkamer’

‘Het leven voelt als een wachtkamer, al een jaar’, schreef geschiedenisstudent Anne Kamsteeg toen ze in maart voor Mare een dagboek bijhield. ‘Het voelt allemaal als weggegooide tijd, alles gaat moeizaam en we zijn allemaal moe. Ik heb vrienden die zich totaal isoleren, die alleen naar buiten gaan als het moet voor boodschappen of werk en verder niemand zien of spreken, vrienden met geldzorgen omdat ze weinig tot niet meer kunnen werken, en vrienden die het hele plezier in hun studie totaal kwijt zijn.’ (Lees het hele stuk hier).

Het onlangs verschenen rapport over mentale gezondheid bij studenten bevestigde dit beeld (zie kader onderaan). Hoe gaat het nu met Anne? Stukken beter, zo blijkt uit haar update:  ‘Heb ik last van een uit de klauwen gelopen compensatiedrang? Absoluut.’

Ik ben niet de enige die het zichzelf misschien wat te druk maakt. Mijn vrienden vullen hun agenda op dezelfde manier. Op ieder uitje dat ik voorstel, krijg ik een volmondig ‘JA’ of: ‘Ik heb dan al wat staan, maar ik kan wel dan of dan.’ Ondertussen ben ik al vier keer gevraagd om wat te doen op 27 november, dus als er drie mensen afzeggen, ben ik alsnog van entertainment voorzien.

Angst voor wéér een lockdown

Mijn vrienden en ik zijn gemotiveerder dan ooit om weer te studeren. Medestudenten beginnen met allerlei nevenactiviteiten, schrijven boeken, gaan last minute nog bij een vereniging. Sommige vrienden zijn afgelopen zomer met een fulltimebaan begonnen nadat ze online afstudeerden en storten zich daar volledig in, nemen zich ontelbare extra taken en cursussen op de hals.

‘Het is pakken wat je pakken kan. Het licht aan het einde van de tunnel blijkt soms alleen maar een kleine oase tussendoor’

Het weegt allemaal ongekend minder zwaar dan binnen zitten wegkwijnen.

Waar mijn dagelijkse wandeling het afgelopen anderhalf jaar heilig was, schiet die er steeds vaker bij in. Ik loop nu in zeven sloten tegelijk als workout, maar mijn uithoudingsvermogen lijkt onuitputbaar.

Het is enerzijds compensatiedrang, maar anderzijds ook angst dat we weer een échte lockdown in moeten, in plaats van wat er afgelopen vrijdag is aangekondigd aan kleinere maatregelen. Het is pakken wat je pakken kan, want het licht aan het einde van de tunnel blijkt soms alleen maar een kleine oase tussendoor.

Maar voor nu kan ik me er toch iets minder druk om maken, gelukkig, want ik moet sinterklaascadeautjes gaan bedenken.


Anne Kamsteeg is student geschiedenis

Anne Kamsteeg: ‘Mijn compensatiedrang is uit de klauwen gelopen.’
Rapport: studenten zijn mentaal uitgeput en levensmoe

Meer dan de helft van de studenten worstelt met psychische klachten, blijkt uit onderzoek. En een kwart is levensmoe.

‘Zeer zorgwekkend’, noemen demissionair minister Ingrid van Engelshoven (Onderwijs, Cultuur en Wetenschap) en staatssecretaris Paul Blokhuis (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) de uitkomsten van het onderzoek naar mentale gezondheid en middelengebruik dat is uitgevoerd door het RIVM, Trimbos-instituut en GGD GHOR Nederland.

Een groot aandeel (68 procent) van de ondervraagde studenten heeft te maken met emotionele uitputtingsklachten, ondergemiddelde levenstevredenheid (6 op een schaal van 0 tot 10) en een kwart van de studenten geeft aan in de laatste vier weken ‘af en toe tot vaker de wens te hebben gehad dood te willen zijn, of te willen gaan slapen en nooit meer wakker te worden (levensmoeheid).’

Bijna 30.000 studenten vulden de enquête in die werd verspreid door vijftien hoger onderwijsinstellingen. De periode waarin de vragenlijsten werden uitgedeeld, te midden van de derde coronagolf, blijkt bepalend te zijn geweest voor de verslechterde cijfers van psychische gesteldheid onder studenten.

De effecten van de coronacrisis op de jongere generatie, die al meermaals werden aangehaald in de Tweede Kamer, zijn nu met harde cijfers bevestigd. Zo blijkt uit het onderzoek dat vier op de vijf ondervraagden zich eenzaam heeft gevoeld door de coronacrisis.

Ook stress, die praktisch de gehele groep (97 procent) studenten in meer of mindere mate heeft ervaren, blijkt voor een groot deel te wijten aan de langdurige lockdown die eind 2020 begon. De avondklok, de horecasluiting en het volgen van online onderwijs komen naar voren als voorname redenen voor psychisch letsel in de extra coronagerelateerde vragen in de monitor.

Psychische klachten blijken vaker voor te komen bij studenten met ‘een migratieachtergrond, bij internationale studenten, bij voltijdsstudenten, bij studenten die zich identificeren als LHBTQ+ en bij studenten met een belemmerend concentratie-, leer of rekenprobleem’.

Hoewel de directe samenhang tussen mentale gezondheid en middelengebruik minder sterk was dan ze vooraf dachten, uiten de onderzoekers grote zorgen over alcohol- en drugsinname onder studenten, en de invloed daarvan op studieschuld en -vertraging, die weer van invloed zijn op de geestesgesteldheid. Het probleem is dat het gebruik ervan als iets normaals en gangbaars wordt gezien, waardoor studenten er vrijwel nooit professionele hulp voor zoeken.

Het is de eerste keer dat er een landelijk onderzoek naar mentale gezondheid en middelengebruik onder studenten op deze schaal werd uitgevoerd. Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) hield in 2020 wel peilingen onder alle jongvolwassenen (18-15 jaar). Daaruit bleek dat ‘maar’ 12 procent van de ondervraagden te maken had met psychische klachten.

Hoewel het CBS bij deze groep ook een forse stijging van psychische klachten merkte in het eerste kwartaal van 2021 (nu 25 procent), blijven de cijfers verhoudingsgewijs laag ten opzichte van die in het RIVM-rapport. Verklaringen hiervoor zouden de ‘kwetsbare levens- en ontwikkelingsfase’ kunnen zijn waarin studenten zich bevinden, en de extra uitdagingen waar studerende jongeren mee te maken hebben, zoals ‘studiedruk en financiële druk’.

In hun brief aan de Tweede Kamer spreken Van Engelshoven en Blokhuis over vervolgstappen, zoals ‘extra begeleiding’ via het Nationaal Programma Onderwijs, onderzoek naar ‘onderliggende oorzaken’ of ‘spoedig in gesprek gaan met instellingen’. Maar in hun slotzin schuiven de bewindslieden het probleem door naar de formatietafel: ‘Een volgend kabinet moet met de uitkomsten van de gesprekken en de verkenning keuzes maken voor een verdere uitwerking.’

Door Pim Bakx