Een Minervaan ontbijt in het slecht verlichte keukentje van zijn studentenhuis aan het Rapenburg. Zijn kleine ogen verraden een korte nacht – het is zondagmiddag, half drie. Over een half uur begint de Europese campagne van het Nederlands voetbalelftal. ‘We worden geen kampioen’, stelt hij van boven zijn havermout. ‘Ik heb het helemaal uitgezocht: we komen tot de kwartfinale. Dan verliezen we van Portugal.’ Een huisgenoot vult aan: ‘Tegen die Silva’s kunnen we niet op.’
Een paar meter verder, op een met zeil overdekte binnenplaats, verkeren drie huisgenoten evenmin in een florissante staat-van-zijn, maar over het voetbal zijn ze optimistisch. Terwijl ze beamer aanslingeren voorspelt een van hen: ‘Het wordt 2-0 zometeen. Polen mist Lewandowski. En natuurlijk worden we kampioen, daar moét je in geloven.’ Toch is er nog weinig oranje in dit huis (‘het gaat bij latere wedstrijden pas los’).
Wedstrijd, bier, volkslied
Verderop, bij Café Barrera, wapperen wel oranje vlaggetjes. Soms breekt de zon door de wolken, minuten later dreigt een wolkbreuk. Het deert de toeschouwers (meer studenten dan Leidenaren) weinig. Andere dingen zijn van belang, zoals de wedstrijd, bier en het volkslied. Een mevrouw is enthousiast: ‘Dat is toch een prachtig ritueeltje, samen dat Wilhelmus zingen: zulk saamhorigheidsgevoel kunnen we goed gebruiken. Vandaag is dat chauvinisme een keertje wél goed.’ Verderop klaagt een student dat Donyell Malen en Matthijs de Ligt hadden moeten starten, niet Simons en De Vrij. Zijn vriend beklaagt het gebrek aan bier in zijn hand: ‘Alwéér leeg! Die kannen hier lijken wel lek, joh.’
Dit publiek is volledig warmgedraaid voor het EK. Binnen staat het bomvol in oranje gestoken studenten, vooral Van Dijks shirt is populair. Op de stoep sluiten steeds meer mensen aan en een enkeling draagt trots een oranje zweetband à la Memphis. Zoals vanouds wordt elke halve kans, vanaf Gakpo in minuut twee, met een luidruchtige ‘OEHHH’ beantwoord. Na de Poolse 1-0 wordt de schuldige verdediger gezocht en klinkt het Poolse scheldwoord ‘Kurwa!’ De Malen-fan blijft herhalen: ‘Deze had Donyell gemaakt.’
In de 29e minuut gaat het los: Gakpo schiet de gelijkmaker binnen. Studenten omhelzen elkaar, schreeuwen intens in elkaars gezicht en hossen alsof het kampioenschap al binnen is.
Vlak voor rust valt de regen plotseling met bakken uit de hemel. Gelukkig is er in Café l‘Espérance wél zitplaats, het is er gemoedelijk. Bedrijfsleider Tom, student rechten, vertelt dat ook hij het volste vertrouwen in het kampioenschap heeft. ‘Maar ik heb het niet echt gevolgd allemaal. Ik ben vooral bezig geweest met de voorbereidingen. Elke wedstrijd doen we iets speciaals: vandaag was er een Poolse lunch en vrijdag, als we tegen Frankrijk spelen, serveren we bœuf bourguignon. Maar in “l’Espe” gaat het later pas los. Je moet nu in de “Omapo” zijn (In de Oude Marenpoort, red.), daar zit het geheid ramvol. Of de “Duke” (of Oz, red.), daar zijn de hardcore sportliefhebbers.’
In de Duke of Oz staan voornamelijk Leidenaren, een paar studentes bespreken tennistactieken en welk schoeisel voor die sport werkt. Er wordt gehoopt op beterschap nu Malen en Wijnaldum zijn gebracht. Maar in de zestigste minuut is het spel stug, en van gepassioneerd meeleven is geen sprake. In de Oude Marenpoort is het nog rustiger. Aan een tafel lijkt een student te zitten: ‘Sorry, I don’t speak Dutch.’
Onderweg terug naar Café Barrera is Wout Weghorst in de ploeg gekomen. Met zijn eerste balcontact scoort hij het winnende doelpunt. In de Haarlemmerstraat klinkt gejuich vanuit een studentenhuis boven een pinautomaat, seconden later schalt het over de Nieuwe Rijn. In De Waag is de goal alleen nog niet te zien. De internetverbinding hapert terwijl het twintigtal toeschouwers allang op de hoogte is. Pas na drie minuten wachten kan de rest extatisch meejubelen met Weghorst.
Nabeschouwing
Na de wedstrijd wordt in Barrera ‘Viva Hollandia’ gebruld, bier gemorst en vallen studenten elkaar in de armen. Jasper, student, verzorgt de nabeschouwing: ‘Het was een goede eerste helft, maar de tweede helft was te statisch. Ik zou een andere opstelling gebruiken: 3-5-2. We hebben de twee beste wingbacks van de wereld; Drumfries en Maatsen moét je opstellen. Dat middenveld is verder prima met Xavi op 10, maar voorin zou ik Memphis en Malen zetten, of Zirkzee misschien.’
Achttien miljoen bondscoaches? Hij lacht terwijl de zon weer gaat schijnen. ‘Nee dit is echt beter, zo moet je het doen. Ik stuur Koeman straks wel een mailtje.’