Nieuws
Er komt toch geen brede talenbachelor
De plannen voor een nieuwe brede bachelor moderne Europese talen zijn afgeblazen. Uit een verkenning blijkt dat er geen animo voor is onder scholieren. Ook zou er op de arbeidsmarkt geen behoefte bestaan aan een dergelijke studie.
Sebastiaan van Loosbroek
maandag 17 januari 2022

Anderhalf jaar geleden begon de faculteit Geesteswetenschappen een verkenning naar een brede talenbachelor, die naast de bestaande talenstudies zou moeten worden aangeboden. Het voornaamste doel: een nieuwe groep studenten aanboren om de teruglopende inschrijvingen bij de opleidingen Duits, Frans en Italiaans op te vangen.

Aanvankelijk was het plan om een mondiale talenbachelor te ontwikkelen, maar afgelopen najaar liep dat proces vast omdat het moeilijk uitvoerbaar bleek. ‘Als je Europa, Azië en Latijns-Amerika in één opleiding stopt, krijgt die een onduidelijke signatuur’, zei bestuurslid Jeroen Touwen in de faculteitsraadvergadering van november.

Maar het bestuur had nog een ander idee: een brede bachelor moderne Europese talen. De studenten zouden dan niet één, maar twee talen bestuderen en kunnen kiezen uit Frans, Duits, Engels, Italiaans, Spaans, Portugees, Nederlands en Russisch.

Geen belangstelling

Uit de verkenning is nu gebleken dat ook deze vorm niet haalbaar is. ‘Op basis daarvan heeft het faculteitsbestuur besloten om de ontwikkeling van deze bachelor niet door te zetten’, zei Touwen vorige week. ‘Het probleem is dat er überhaupt niet veel animo is om talen te studeren. Op basis van de verkenning kan niet worden aangetoond dat studiekiezers wel een overtuigende belangstelling hebben voor een studie waarin twee talen worden bestudeerd.’

‘Medewerkers zijn bang dat studenten van de bestaande opleidingen zouden worden weggetrokken’

Daarnaast bleek het heel moeilijk om aan te tonen dat de arbeidsmarkt behoefte heeft aan afgestudeerden met een brede talenbachelor op zak. ‘Dat betekent dat je de macrodoelmatigheidstoets voor een nieuwe opleiding heel moeilijk kunt afleggen’, aldus Touwen.

Verder bleek er ook onder de wetenschappelijke staf weinig animo te bestaan voor een brede talenbachelor. ‘Medewerkers zijn bang dat studiekiezers dan van de al bestaande opleidingen worden weggetrokken naar de nieuwe opleiding.’

In theorie had het faculteitsbestuur er nog voor kunnen kiezen om de bestaande talenopleidingen samen te voegen tot een nieuwe brede bachelor, maar het faculteitsbestuur zei vanaf het begin al dat ze de bestaande talenopleidingen in stand wilde houden. Aan die belofte houdt het bestuur zich ook.

Terugloop tegengaan

Wel moet er een andere oplossing worden gevonden om de teruglopende studentenaantallen op te vangen, zei Touwen. ‘We gaan daarvoor een project optuigen met de opdracht aan de bestaande talenopleidingen om te gaan vernieuwen en hun positie te verstevigen, want dat is hard nodig in deze tijd. De verkenning heeft een aantal inzichten opgeleverd die we daarvoor kunnen gebruiken.’

‘Ik moet dit even op me laten inwerken, want ik ging er vanuit dat de brede bachelor er gewoon zou komen’

Waar het bestuur precies aan denkt, zet ze nog op een rijtje en wordt binnenkort met de raad gedeeld.

Michael Reintjens van studentenpartij ONS had alvast een suggestie. ‘Misschien is het een goed idee om uitwisselingsprogramma’s met andere universiteiten in Engeland, Frankrijk en Duitsland op te zetten.’

Promotie

Het liefst ziet hij dat een uitwisseling een verplicht onderdeel van de studie wordt. ‘Dat kan je ook goed als promotie onder scholieren gebruiken.’

‘Ik ben daar een groot voorstander van’, reageerde Touwen. ‘Bij de Aziatische talen hebben we al bij de meeste opleidingen een verplicht buitenlandverblijf. Dat is nog niet bij alle Europese talen zo, terwijl het een heel logische stap is om dat een vast onderdeel te maken. Dit zal zeker een rol spelen bij de vernieuwingsplannen.’

Raadslid Jan Frans van Dijkhuizen reageerde verrast op het afblazen van de brede talenbachelor. ‘Ik moet dit even op me laten inwerken, want ik was er vanuit gegaan dat die er gewoon zou komen. Ik wil me hierbij in ieder geval melden om mee te denken over de toekomst van de moderne Europese talenstudies in Leiden. Elk initiatief om iets te kunnen doen wil ik graag aangrijpen.’