Achtergrond
STRIJD der lijsttrekkers
Tot 16 mei vechten de vier studentenpartijen om stemmen voor de verkiezingen van de Universiteitsraad. Mare zette de lijsttrekkers om de tafel. ‘Maak geen beloftes die je niet kunt nakomen.’
donderdag 10 mei 2007
De verkiezingstijd is een periode van bluffen, winnen en verliezen voor (van links naar rechts) Arno Geleijnse van CSL, BeP’er Judith Disberg, SGL’er Lisette Valk en nieuwkomer Vishal Ramkisoensing (LVS)
Foto: Taco van der Eb
‘Slapen jullie ook zo weinig?’ vraagt Vishal Ramkisoensing aan de andere lijsttrekkers. Ze knikken en mompelen instemmend. Ramkisoensing is als oprichter en lijsttrekker van de Lijst Vooruitstrevende Studenten (LVS) de nieuwkomer in de verkiezingen voor de Universiteitsraad. Tot zestien mei zal een goede nachtrust niet vanzelfsprekend zijn voor dit viertal. Het is immers campagnetijd.
Dat betekent dat ook voor Judith Disberg (Bewust en Progressief – BeP), Lisette Valk (Studenten Groepering Leiden – SGL) en Arno Geleijnse (Christelijke Studentenfractie Leiden – CSL) de dagen gevuld zijn met partijgadgets uitdelen, vergaderen en, natuurlijk, geïnterviewd worden.
Wat is er van vorige beloftes terechtgekomen? CSL ging voor ethiek, SGL voor verbreding van onderwijs en studentenleven en BeP wou meer verdieping.
CSL: ‘We hebben dit jaar ethiek inderdaad op de bestuurlijke agenda kunnen zetten. Mede op ons aandringen komt er een vertrouwenspersoon in de graduate school. En alle medewerkers aan de universiteit is een brief gestuurd waarin gedragscodes en ethiek aan de orde is geweest. Wat wij graag hadden gewild, het ethiekplatform, is er - nog - niet. Daar blijven we ons voor inzetten.’
SGL: ‘We zijn blij met de invoering van de minor in september. En we zijn erg voor een universiteitsbrede minor van 30 ects. Daarbij wil ik benadrukken dat we niet wilden dat die minor ten koste ging van onderwijs of studentenleven. Het mag geen veredeld vakkenpakket worden. Daarom moeten we verhinderen dat er te veel minoren van vijftien punten komen waarbij het hele idee van een universiteitsbrede minor in het gedrang komt.’
BeP: ‘Mijn partij is blij dat er ook een minor binnen de eigen opleiding gevolgd kan worden waardoor studenten zich kunnen verdiepen in hun eigen gebied. Een belangrijk strijdpunt voor ons worden de sluitingstijden.’
LVS doet voor het eerst mee. Wat misten jullie bij de andere partijen?
LVS: ‘Wij willen het hele jaar feedback aan studenten vragen en niet alleen in verkiezingstijd. Voor iedere vergadering gaan we op studenten af om te vragen wat er op de agenda moet. Hoewel ze dan vaak koffie- en kantineprijzen noemen, proberen we ze ook verder te laten denken. Verder mis ik aandacht voor interactie tussen Nederlandse en buitenlandse studenten.’
De vorige rector wou meer buitenlandse studenten laten kennismaken met het verenigingsleven. Goed idee?
SGL: ‘Een heel mooi streven, maar is het ook haalbaar? Het is heel lastig om je als internationale masterstudent in een Augustinus- of Minerva-cultuur in te passen.’
CSL: ‘Wat je ziet, is dat internationale studenten zelf dingen organiseren, zoals in het International Student Network (ISN). Er moet blijvende aandacht zijn voor die integratie maar de vraag is of dat allemaal via de gezelligheidsverenigingen moet.’
BeP: ‘We zijn natuurlijk voor internationalisering maar dan moet er eerst goede huisvesting zijn voor die buitenlandse studenten. En wil die groep wel zo nodig integreren met Nederlanders? Via ISN ken ik aardig wat mensen en dat is een heel hechte club. Een buitenlandse student trekt sneller op met een andere buitenlandse student.’
LVS: ‘Maar misschien is het juist een hechte groep omdat ze niet kunnen integreren. Uit onderzoek blijkt dat die wens er wel is. Als ik naar het buitenland ga, wil ik echt niet alleen Nederlanders ontmoeten. We hebben ervoor geijverd dat er in de commissie van de graduate school voor het eerst een internationale student zit.’
Hoe willen jullie taalkwaliteit van de Engelstalige masters waarborgen? Moeten docent en student een taaltoets afleggen?
SGL: ‘Wij hebben ons ingezet voor de basiskwalificatie voor docenten. Studenten moeten zelf hun verantwoordelijkheid nemen. Wel zijn we voor het aanbieden van een bachelorvak academisch Engels zodat ze kennis kunnen maken met die vaardigheid.’
CSL: ‘Onderwijs is de interactie tussen docent en student. Daarom moet er een taaltoets komen voor beide groepen.’
LVS: ‘In de bachelor kun je drie jaar lang alles in het Nederlands doen. Dan mag je niet verwachten dat studenten in de master plotseling kunnen aanhaken bij het academisch niveau. Dat betekent dat er ook in de bachelor al aandacht voor het Engels moet zijn. We zijn eigenlijk ook voor een toets voor studenten. Maar dat mag niet als gevolg hebben dat de student daardoor studievertraging oploopt.’
BeP: ‘In principe is de BeP voor een toets voor beiden. Alleen mogen de studenten wel verder als ze een onvoldoende halen. Dan moeten ze een cursus volgen.’
En betere koffie en goedkopere broodjes?
CSL: ‘Laten we er alsjeblieft mee stoppen om het altijd over de koffie te hebben. Iedereen klaagt er altijd over maar giet het toch drie keer per dag naar binnen. We moeten er aandacht voor vragen, maar niet teveel. En geen beloftes maken die je toch niet kunt nakomen.’
BeP: ‘We blijven ons inzetten voor een betere kwaliteit. Er wordt op dit moment gekeken naar het Universitair Facilitair Bedrijf (UFB). Ik snap dat zij hun personeel moeten betalen, maar misschien moet dat hele UFB aangepakt worden.’
SGL: ‘Het UFB is een paar keer aan de orde geweest afgelopen jaar. En dan merk je dat het college van bestuur ook lang niet altijd positief over ze is. Dat hebben we aangepakt als middel om hier op verder te gaan.’
LVS: ‘Als het een ergernis blijft, moet je er op blijven ingaan. We weten dat het UFB zestig procent luxegoederen verkoopt en veertig procent basis. Ze willen dat naar een tachtig en twintig procent brengen. Kijk, dat vinden wij geen goed idee. Dat zeggen we dan ook.’
Jullie vertegenwoordigen allemaal de student. Waarom moet die student op jouw partij stemmen en niet op die andere?
BeP: ‘Wij gaan voor iedere student. En niet zoals de SGL alleen voor mensen die niet in het verenigingsleven zitten. En we blijven dat het hele jaar door doen, op facultair en universitair niveau. Wij zijn actief, ook voor de niet-actieve student.’
SGL: ‘We zijn er inderdaad voor de actieve student. Bij ons op de lijst staan mensen die de in’s en out’s van het verenigingsleven kennen. Maar de actieve student is ook iemand die honours classes of een tweede studie wil volgen. Voor deze mensen willen we wat doen. En dan niet op basis van activisme of religiositeit maar vanuit een pragmatische houding.’
LVS: ‘We zijn er natuurlijk ook voor iedereen. Wij willen die kloof tussen bestuur, universiteitsraad en studenten verkleinen. Bijvoorbeeld, zorgen dat studenten weten wat voor faciliteiten er zijn. En we hopen natuurlijk op een hoger opkomst zodat ook de bestuurders weten dat we er zijn.’
CSL: ‘Vanouds zijn we een partij die erg voor medezeggenschap is en constructieve samenwerking. Maar moet je op ons stemmen omdat wij gaan voor ethiek en diepgang in het onderwijs. Omdat wij meedenken maar tegelijk uitgesproken zijn. En nee, we zijn er niet alleen voor christenen, maar voor de hele studentengemeenschap.’
Stemmen kan op www.stemmen.leidenuniv.nl tot woensdag 16 mei, 12 uur