Achtergrond
Praktisch idealist leefde voor student
Vorige week donderdag overleed oud-hoogleraar Internationaal Recht Hein Schermers (77). De man die de universiteit een half miljoen doneerde, zal herinnerd worden om zijn grote wetenschappelijke merites en onvermoeibare inzet voor studenten.
donderdag 7 september 2006
‘Talent’ en ‘selectie’ zijn sinds kort geen vieze woorden meer in politiek Den Haag. Voor de vorige week overleden emeritus hoogleraar Hein Schermers waren die begrippen al twintig jaar de gewoonste zaak van de wereld. In 1988 begon hij bij de faculteit Rechten het Mordenate College (lees: More than Eight). Elke eerstejaars die zijn propedeuse met tenminste een acht had afgerond kon rekenen op een handgeschreven uitnodiging van Schermers. De betreffende excellente student(e) werd door de hoogleraar en zijn vrouw uitgenodigd voor een diner aan hun monumentale pand aan de Herengracht. Daarnaast organiseerde hij elk jaar diverse activiteiten voor hen.
Maar Schermers stond niet alleen voor toptalenten klaar: zo hielp hij nog afgelopen jaar eerstejaars studenten met hun tentamens. Van talloze rechtendisputen was hij erelid. ‘Ik ken weinigen die op bijna 78-jarige leeftijd nog zo betrokken zijn bij beginnende studenten’, zegt Niels Blokker die sinds 2003 de speciale Schermers-leerstoel voor Internationaal Institutioneel Recht bekleedt. ‘Hij had een totale commitment naar de student. Dat hield niet op, daar zijn wel duizend voorbeelden van.’ Als docent was hij altijd enthousiasmerend. ‘Als Schermers naar een paper of scriptie moest kijken, benadrukte hij altijd het goede. Kritiek werd zeker geleverd, maar op een constructieve manier.’
De bovengenoemde Schermers-leerstoel werd in 2003 in het leven geroepen door een gift van de hoogleraar zelf. Hij verkocht zijn kapitale herenhuis en schonk de opbrengst van een half miljoen aan de universiteit. Zelf betrok hij met z’n vrouw een appartement op de tiende verdieping van serviceflat Schouwenhove. Zijn opmerkelijke actie haalde het landelijke nieuws. ‘Ik wilde dat ik zoveel geld als Rockefeller had dan kon ik zoveel meer doen’, vertelde hij destijds aan Mare. Hij hoopte dat meer hoogleraren zijn voorbeeld zouden volgen. ‘Eigenlijk wilde ik nieuw leven inblazen in een oude traditie: halverwege de vorige eeuw spraken een aantal illustere voorgangers van mij, de hoogleraren Van Vollenhove, Telders en Van Eijsinga, namelijk af hun huizen te schenken aan de universiteit. Ze wilden ervoor zorgen dat het gehele Rapenburg universitair bezit werd.’
Bij al zijn inzet voor de faculteit en studenten mag niet worden vergeten dat hij wetenschappelijk gezien internationale erkenning genoot. Schermers geldt als een van de pioniers op het gebied van het Europese recht en het recht van internationale organisaties. Samen met Leidse oud-hoogleraren Pieter Kooijmans en John Dugard was hij lid van het Institut de droit internationale, het prestigieuze gezelschap waar alleen de meest gezaghebbende personen op dat terrein voor worden gevraagd. Verder was Schermers, die zich in bijzijn van buitenlandse contacten niet Hein maar Henry noemde, lid van de commissie van de mensenrechten te Straatsburg en bezat hij twee eredoctoraten. Blokker roemt diens praktische inslag. ‘Schermers was geen man van vage theorieën, maar had de bijzondere combinatie van een zeker idealisme en een praktische inslag. Voor elk probleem was de plicht er ook een oplossing voor te vinden.’
Schermers was van 1978 tot 2002 aan de Leidse Rechtenfaculteit verbonden, maar bleef daarna nog bijzonder actief. Bij zijn afscheid als hoogleraar Internationaal Recht in 1993 baarde hij opzien door op dezelfde dag te beginnen als bijzonder hoogleraar en zijn oratie te houden voor de Van Asbeck-leerstoel. Hij vond het maar niets wanneer hoogleraren hun academische maidenspeech ver na hun aantreden hielden. ‘Een oratie is bedoeld om je te presenteren aan de faculteit en de universiteit’, zei hij daarover in dit blad. ‘Daarom vind ik dat je die moet houden voor of direct bij het aantreden en niet een of twee jaar daarna. Dat heb ik ook altijd gedaan.’
Hoewel de emeritus hoogleraar de laatste jaren aan kanker leed, bleef hij actief en opgewekt. Het afgelopen jaar ontwikkelde hij zelfs nog het vak ‘Europa in de praktijk’ dat dit voorjaar van start ging. Zijn wens om er nog een tijdje bovenop te komen om met zijn kleinkinderen de herfstvakantie door te brengen of deze kerst nog te kunnen skiën ging niet in vervulling. Afgelopen vrijdag is hij in besloten kring gecremeerd.