Nieuws
Wetenschappers uiten samen hun onvrede: ‘We moeten terug naar de kern, de rest is luxe’
Boze medewerkers van de faculteit Geesteswetenschappen kwamen samen om te klagen over hun grootste frustraties: hoge werkdruk, groeiende bureaucratie en gebrek aan inspraak. ‘Er is een “vermanagering” gaande.’
Sebastiaan van Loosbroek
donderdag 25 april 2024

Te hoge werkdruk en bureaucratisering, gebrek aan autonomie en inspraak, te weinig transparante bestuurders en een disbalans tussen ‘must have’ en ‘nice to have’. Dat zijn in een notendop de problemen waar de medewerkers van de faculteit Geesteswetenschappen – zowel wetenschappelijk als ondersteunend personeel – tegenaanlopen, bleek vorige week donderdag tijdens een zogenoemde town hall meeting.

In een goed gevulde collegezaal in het Lipsius uitten wetenschappers, docenten, faculteits- en universiteitsraadsleden, studieadviseurs en PR-medewerkers hun zorgen. Ook aanwezig: decaan Mark Rutgers van het faculteitsbestuur, die wilde komen luisteren.
Nadat hoogleraar economische en sociale geschiedenis en medeorganisator Marlou Schrover de bijeenkomst opende, deed hoogleraar Middeleeuwse geschiedenis Philippe Buc een eerste poging de discussie aan te wakkeren: ‘De universiteit draait in de kern om studenten en docenten, al het andere is slechts dienstverlening.’

Maar zijn betoog kon op weinig reactie rekenen: niemand nam de uitnodiging aan om nog iets te zeggen. ‘Wees niet verlegen’, riep Buc de aanwezigen toe.

‘Bijna alle medewerkers van instituut LIAS zijn ontevreden, maar van het college van bestuur kregen we geen reactie’

Bij gebrek aan input stapte mede-initiatiefnemer en hoogleraar Koreastudies Remco Breuker naar de microfoon. ‘De reden dat ik deze bijeenkomst mede organiseer, is omdat ik veel gebreken zie in onze organisatie. Er is een groeiende afstand tussen de top van de organisatie en de rest, en ik zie democratische achteruitgang. Het recente artikel in Mare is daar een goed voorbeeld van.’

Ook wees hij erop dat er veel wordt geklaagd, maar dat er tijdens de universiteitsraadsverkiezingen weinig wordt gestemd. ‘Aan de ene kant zijn we echte workaholics, we werken veel meer dan we zouden moeten. Maar aan de andere kant zijn we extreem lui, als je kijkt naar hoe weinig mensen stemmen terwijl je maar vier keer met je muis hoeft te klikken. Dat is beschamend.’

Transparantie

Nadat een andere spreker zich afvroeg of het wel ‘sociaal veilig’ is om ‘concrete klachten naar voren te brengen’, kwam de discussie meer los.

Hoogleraar contemporaine Indonesië Studies David Henley beklaagde zich over het gebrek aan transparantie door de managementlagen en noemde als voorbeeld de totstandkoming van de Humanities Campus. Volgens hem is het ‘bij de managers die het voor het zeggen hebben’ niet duidelijk hoe groot de onvrede hierover is. ‘Bijna alle medewerkers van instituut LIAS zijn ontevreden over onze verhuizing naar het Herta Mohr-gebouw. Maar van het college van bestuur kregen we geen enkele reactie op onze klachten. We zijn compleet genegeerd en er is niets gebeurd met de input vanuit de staf.’

Universitair hoofddocent filosofie en voorzitter van de faculteitsraad Jan Sleutels: ‘Het is vooral de afdeling vastgoed die op centraal niveau de beslissingen neemt. De faculteit en de instituten kunnen alleen hun zegje doen in de laatste fase, zoals welk instituut in welke kantoorruimte komt te zitten.’

‘Als hoogleraar is het veel makkelijker om je uit te spreken, maar iedereen hier moet zich daar vrij toe voelen’

Henley: ‘Er is meer transparantie nodig en het wetenschappelijk personeel moet de leiding kunnen evalueren.’ Een docente beaamde dat door te benadrukken dat docenten ‘de hele tijd’ worden geëvalueerd. Bovendien hebben veel personeelsleden een tijdelijk contract en durven ze dus minder snel kritiek te leveren. ‘Er heerst een cultuur van angst. Als hoogleraar is het veel makkelijker om je uit te spreken, maar iedereen hier moet zich daar vrij toe voelen.’

Ook zijn veel medewerkers het erover eens dat er te veel geld gaat naar andere zaken dan wetenschap en onderwijs. Buc: ‘Het Lipsius gaat tegen de grond, omdat we zogenaamd beter kunnen krijgen. Ja, het is een ingewikkeld gebouw waar het moeilijk navigeren is, maar het werkt. Hebben we dit echt nodig?’ Tegelijkertijd werkt de IT niet goed. ‘Systemen crashen om de haverklap. En de software blijft maar veranderen, waar je dan weer workshops voor moet volgen om de nieuwe trucs te leren. Dat kost heel veel tijd.’

Universitair docent Middeleeuwse geschiedenis Louis Sicking vatte in een vurig pleidooi de bijeenkomst treffend samen: ‘De democratie op universiteiten is de das omgedaan door de Wet Modernisering Universitaire Bestuursstructuur. Sindsdien zien we een enorme “vermanagering” van de universiteit, zijn studenten consumenten geworden en spenderen we geld aan 88 PR-medewerkers. We moeten terug naar de kernactiviteiten van de universiteit: onderwijs en onderzoek. De rest is luxe.’

Er zullen meer town hall meetings volgen, zei Schrover aan het eind van de ochtend, mogelijk inclusief studenten. ‘Het is belangrijk dat onze klachten worden gehoord.’

Reactie decaan: ‘Zorgen zijn niet nieuw, wel begrijpelijk’

‘Er zijn tijdens de bijeenkomst belangrijke vragen gesteld en zorgen geuit’, reageert decaan Mark Rutgers na de bijeenkomst. ‘Frustratie en zorgen over niet goed werkende systemen, veranderingen, te veel bureaucratie en het gevoel te weinig inspraak te hebben. Deze zorgen zijn voor het faculteitsbestuur grotendeels niet nieuw en ik begrijp ze ook. Het zijn serieuze zaken waar veel energie, tijd en geld in gaat zitten om ze op te lossen.’

Het faculteitsbestuur heeft als ‘uitgangspunt dat we in goed overleg samenwerken aan oplossingen met de faculteitsraad, onze instituten, opleidingen, het faculteitsbureau en het college van bestuur’. Ook nodigt Rutgers medewerkers ‘van harte uit zich rechtstreeks tot het bestuur te wenden’ bij vragen of klachten.