Nieuws
Sportkaarten fors duurder
Mensen van buiten de Universiteit Leiden gaan per direct fors meer betalen voor hun sportkaarten. De sportclubs maken zich zorgen over de gevolgen: ‘Verenigingen gaan zo te gronde.’
woensdag 7 maart 2012

Wie universitair wil sporten, moet een sportkaart hebben. Die kaart is goedkoop voor studenten en medewerkers van de universiteit; zij betalen respectievelijk 130 en 200 euro per jaar. Voor hogescholieren kostte een sportkaart tot vorige week 200 euro. Wie lid was een studentensportvereniging, maar geen student, kon een zogeheten verenigingskaart kopen à 140 euro. Die verenigingskaarthouders zijn meestal oud-studenten die bleven plakken. Vorige week donderdag maakte het sportcentrum bekend dat die laatste twee doelgroepen vanaf nu 350 euro moeten betalen voor hun abonnement. De universiteit heeft het financieel zwaar en stopt daarom met het subsidiëren van externe sporters. Volgens universitair voorlichter Caroline van Overbeeke is de prijsverhoging een principekwestie. ‘Als we subsidie geven, dan doen we dat aan onze eigen medewerkers en studenten, en niet aan groepen van buiten.’ Volgens haar cijfers sporten er 156 hbo’ers op het sportcentrum, en 67 houders van een verenigingskaart, op 3200 sportkaarten in totaal. Die kleine aantallen staan in sterk contrast met de zorgen die prijsverhoging oproept bij de verenigingen. Njord-praeses Christian Godlieb: ‘Het is rampzalig; echt verschrikkelijk’. Jorien van Hoorn van basketbalclub LUSV: ‘Ik begrijp wel dat ze de kosten willen verhalen, maar de consequentie is verenigingen te gronde gaan.’ Zwem- en waterpoloclub Aquamania vreest zelfs een afscheiding van het Sportcentrum. Godlieb schetst het probleem: ‘Je moet je voorstellen dat er acht mensen in een boot zitten, en twee daarvan zijn hbo’ers. Als die 350 euro moeten neertikken om te mogen sporten, werpt dat weer een drempel voor ze op, naast de verkorte studietijden. Ik begrijp dat het geld kost, maar dit raakt op een verschrikkelijke wijze de verenigingen.’De afgestudeerde leden zijn juist de ervaren sporters, die het niveau omhoog krikken, het scheidsrechtersfluitje oppakken, coachen of ander kaderwerk verrichten. ‘Het duurt jaren voor je duikinstructeur bent, en de meesten zijn tegen die tijd afgestudeerd’, legt LSD-voorzitter Jonathan den Boer uit. Van Hoorn: ‘Als de afgestudeerde leden weggaan naar een burgervereniging, dan is de rest van het team ook weg, omdat ze niet meer op hetzelfde niveau kunnen basketballen. Je verliest dus niet alleen externen, maar ook de mensen zoals ik. Het gaat verder dan ze voor ogen hadden.’ De sportraad, het adviesorgaan van het USC, betreurt het besluit van de universiteit. ‘Er gaan klappen vallen, dat is zeker’, aldus voorzitter Patrick van der Velde. ‘Het is sportief slecht, maar het is ook economisch onverstandig. De aanname van de universiteit is dat als de helft blijft, dat winst oplevert. Dat is een onrealistische schatting, want mensen kunnen gewoon naar een burgervereniging gaan.’ De getroffen verenigingen zijn in overleg getreden in de hoop oplossingen te vinden. Hoe die eruit moeten zien, is nog onduidelijk. Voorlichter Van Overbeeke: ‘Wellicht dat we kunnen kijken naar een langere overbruggingsperiode. Maar de hogere tarieven staan vast.’BB