Achtergrond
...Helaas, zonder gaat het echt niet
Diermodellen zijn niet perfect, maar dat betekent niet dat we zonder kunnen, vindt Adam Cohen. ‘Als morgen een kind wordt aan­gereden, schaffen we de auto ook niet af.’
donderdag 4 februari 2016
© Folkert van Meurs

Gemeenteraadslid Dick de Vos (PvdD) wil proefdieren de wereld uit in 2025 en die beweging gaat in Leiden beginnen. Zo dus. Hij kondigt meteen al aan dat voorstanders van dierproeven ervan in de kramp zullen schieten. Daarnaast houd ik niet van ingezonden stukken, en helemaal niet van ingezonden stukken over ingezonden stukken. Maar omdat ik geen dierproefonderzoeker ben, reageer ik toch maar, in ieder geval zonder kramp.

Mijn geplande promotieonderzoek in 1981 had als doel om te onderzoeken of babyratten die een tijdje bij hun liefhebbende moeder weggehaald werden, daarna als behoorlijke ratten zouden opgroeien. Uiteindelijk ben ik iets heel anders gaan doen. Ik kreeg namelijk nachtmerries van die babyratten, en van het feit dat ik de man in de witte jas was die ze mishandelde, om uiteindelijk hun hersenen eruit te halen.

Dierproeven mogen van mij afgeschaft worden als we de informatie op een andere manier kunnen krijgen. Als de ambitie van De Vos uitkomt, zou overigens niemand daar rouwig om zijn. Ik heb namelijk geen aanwijzingen dat er mensen zijn die proeven doen met dieren omdat ze dat leuk vinden.

Ik heb mijn carrière gevuld met het uitvoeren van en verantwoordelijk zijn voor de uitvoering van proeven met mensen. Nu is er recent iets misgegaan bij een proef met mensen en dat is tragisch. Als we de feiten zouden weten zou ik er iets over kunnen zeggen, maar dat gaat nu nog niet, want die feiten zijn niet openbaar. Dick de Vos en de Partij voor de Dieren kunnen dat vreemd genoeg wel. Omdat er iets misgegaan is bij een experiment met mensen, toont dat onomstotelijk aan dat dierproeven onnodig zijn.

Goed denkwerk! Als er morgen een kind wordt aangereden door een dronken automobilist toont dat onomstotelijk aan dat auto’s en alcohol moeten worden afgeschaft.

Inderdaad zijn dieren geen mensen en er is heel wat dat we bij dieren niet kunnen aantonen maar bij mensen wel. Het is essentieel dat we de juiste wetenschappelijke vraag beantwoorden met de juiste experimentele techniek. Daarbij is het van primair belang dat we menselijke proefpersonen beschermen. En daarvoor is het soms nodig om een deel van de vragen te beantwoorden door proeven te doen in menselijke cellen en in diermodellen van die menselijke biologie. Is dat systeem perfect? Absoluut niet, net zo min als de modellen. Het middel lamotrigine, dat ik in 1985 voor het eerst aan een mens mocht geven en nu een waardevolle behandeling is voor miljoenen epilepsiepatiënten, maakte ratten blind en doodde honden. Mensen kunnen er goed tegen. Terugkijkend waren die dieren nodeloos gestorven, maar de effecten konden best bij mensen voorkomen. Dankzij de dierproeven hebben we daar eerst goed op gelet. Het daaruit voortkomende vertrouwen heeft ertoe geleid dat het middel uiteindelijk op de markt is gekomen.

Ieder jaar maken we meerdere malen mee dat een proef met een nieuw geneesmiddel niet doorgaat. Er treden dan dermate schadelijke effecten bij de dieren op, dat we toediening aan de mens niet aandurven. Van zo’n middel hoor je nooit meer iets. Wij zijn er in zulke gevallen van overtuigd dat de dierproeven mensen hebben beschermd.

Dierproeven zijn zeker niet universeel bruikbaar als een vervanging van de mens; dat is een misvatting. En inderdaad, ze kunnen weinig zeggen over de verschillen tussen mensen. Ze dienen in de wetenschap om bepaalde deelgebieden te begrijpen. Mijn zielige babyratten zijn uiteindelijk wel onderzocht, onder meer door de Leidse hoogleraar Ron de Kloet, die daarmee baanbrekende inzichten heeft verkregen over de effecten van stress op de ontwikkeling. Dat gaat echt niet met cellen of mensenbaby’s.

Als het niet hoeft, moet je geen proeven op dieren doen en ook niet op mensen. Iedereen is het daarmee eens. De Vos impliceert vervolgens dat dit wordt tegengehouden door een complot van bedrijven, die aan winstmaximalisatie doen. Als ik aan winstmaximalisatie deed zou ik de dierproeven onmiddellijk afschaffen: die kosten namelijk geld.

Het gebruiken van een tragisch incident voor het bereiken van een politiek doel is niet zo sterk. Zeker niet als dat incident vooralsnog kan zijn veroorzaakt door een menselijke fout, een productiefout, of door een eigenschap van het middel die ook bij dieren voorkomt, maar niet is opgemerkt.

Een tijdje terug protesteerde de PvdD in het BioScience Park tegen dierproeven. Folkert van Meurs, grafisch ontwerper bij het Centre for Human Drug Research, maakte toen bovenstaande cartoon.  Ondanks een korte wervingsactie voor menselijke proefpersonen bij de anti-dierproefdemonstranten heeft niemand zich aangemeld als vrijwilliger. Dieren en mensen worden niet beter van heel hard ongefundeerde meningen roepen. Ik stel voor dat we extremen Verminderen, de discussie Verfijnen en meningen Vervangen door feiten.

Prof. Dr. Adam Cohen is hoogleraar klinische farmacologie aan de Universiteit Leiden, verbonden aan de afdeling nefrologie van het LUMC, en directeur van het Centre for Human Drug Research.