Nieuws
SP komt met initiatiefwet tegen leenstelsel
SP-Tweedekamerlid Frank Futselaar wil met een initiatiefwet een einde maken aan het leenstelsel en de basisbeurs herinvoeren. ‘Er moet compensatie komen voor studenten die onder het stelsel vallen.’
Else van der Steeg
donderdag 12 september 2019
Protest tegen het leenstelsel in 2014 op het Malieveld. Foto Taco van der Eb

Wat voor termijn zit er aan zo’n initiatiefwet?
‘Een initiatiefwet is een wet die wordt ingediend door de Kamer en niet door de regering. Het duurt minimaal een half jaar tot een jaar om de wet klaar voor de Kamer te krijgen. Wetten over studiefinanciering zijn zeer gecompliceerd, er moet bijvoorbeeld ook belastingwetgeving voor worden aangepast. Het is niet gemakkelijk, maar daarom is het juist belangrijk om nu te beginnen. Als de coalitie over een jaar of twee inderdaad de basisbeurs wil invoeren, is het erg handig dat de wetgeving er al ligt en dat we dan niet nog een jaar moeten wachten.’

Waarom kiest u ervoor om geen bedragen mee te nemen in dit wetsvoorstel?
‘Als er wel bedragen in de wet staan, heeft iedereen een andere reden om tegen te stemmen. De PvdA zal dan zeggen “wij zien meer in de aanvullende beurs” en misschien zal iemand zeggen “we vinden dat jullie de basisbeurs te hoog maken” de ander weer “te laag”.’

Verwacht u dat partijen hiermee in gaan stemmen?
‘Omdat de coalitie zelf bedragen in kan vullen, wordt het raamwerk hopelijk relatief makkelijk aangenomen. Natuurlijk zullen er altijd meningsverschillen zijn, maar ik verwacht dat het op deze manier makkelijker is om tot een compromis te komen en vaart te maken. Hoe langer we wachten met het herinvoeren van een basisbeurs, hoe meer generaties studenten je moet compenseren die er geen hebben gekregen.’

'Ik ben erg voor een basisbeurs, dat zal met nieuw geld moeten.'

Heeft u ook al een plan over hoe dat compenseren moet gebeuren?
‘Nee. Ik heb, zoals meer mensen denk ik, op een bierviltje berekend wat voor bedragen dat ongeveer zouden moeten zijn, als je ervanuit gaat dat iedereen alsnog een basisbeurs uitgekeerd krijgt. Dat gaat om miljarden euro’s. Ik weet nog niet in hoeverre dat mogelijk is. Hoe dan ook: hoe langer je wacht, hoe meer van die studenten er zijn, en hoe duurder het wordt. Dat er compensatie moet komen, is duidelijk. Hoeveel? Daar zullen we met elkaar over in gesprek moeten.’

Blijft de financiering van het hoger onderwijs nog wel gewaarborgd? Het geld van de geschrapte basisbeurs was immers daarvoor bedoeld.
‘Het geld dat in onderwijs is gestoken gaan we niet terughalen. Volgens mij is niemand daar voorstander van. Universiteiten zitten al krap genoeg. Ik ben erg voor een basisbeurs, maar het zal met nieuw geld moeten. We kunnen het niet gaan bekostigen vanuit de universitaire budgetten.’

Waar gaat het geld dan wel vandaan komen?
‘Van buitenaf, wat mij betreft. Het gaat op dit moment erg goed: we houden miljarden over als Nederland. Dat lijkt mij hét moment om te gaan kijken of we dat geld niet kunnen inzetten voor een investering in jonge mensen, in studenten en in de toekomst. Bovendien, er is bijvoorbeeld ook net een rapport van de Sociaal-Economische Raad verschenen waaruit blijkt dat de positie van jonge mensen op dit moment – door studieschuld, de woningmarkt, flexcontracten – behoorlijk slecht is. Dat is een van de grootste problemen van onze tijd. Die kunnen we mede aanpakken met een basisbeurs.’