Een jaar lang woonde Leids jurist en antropoloog Annelien Bouland voor veldwerk in de Senegalese stad Tivaouane. Ze volgde onder meer 53 rechtszaken over echtscheiding, 28 zaken die buiten de rechtbank bleven en interviewde tientallen moslima’s die van hun man willen scheiden of inmiddels gescheiden zijn. Ook sprak ze met mannen, imams en vrouwen in het algemeen over het onderwerp.
In Senegal komt scheiding ongeveer net zo vaak voor als in Westerse landen. Desondanks zit er een taboe op het onderwerp, zegt Bouland. ‘Scheiden wordt gezien als falen, zowel van de vrouw als van de man.’
Niet alle vrouwen wilden daarom meewerken. ‘Het was soms moeilijk om hun vertrouwen te winnen’, zegt Bouland. ‘Maar er waren er ook die het juist heel fijn vonden om erover te praten. Het is een intiem onderwerp.’ Volgende week woensdag verdedigt ze haar proefschrift Please give me my divorce, an Ethnography of Muslim Women and the Law in Senegal.
Bouland koos voor West-Afrika omdat daar op het gebied van familierecht nog relatief weinig onderzoek is gedaan naar de relatie tussen staat en religie. ‘Senegal is een seculiere staat, maar ook een land waar 96 procent van de bevolking moslim is. Het klassieke islamitische recht bestaat naast het statelijk recht. Ook de stad Tivaouane heeft een sterk gewortelde aanwezigheid van zowel staat als religie. Vooral binnen het familierecht betekent dat dat verschillende normen naast elkaar bestaan.’
De vrouwen die waren gescheiden of dat wilden, waren voornamelijk twintigers en dertigers. ‘Ze zijn allemaal moslim, maar voor de een speelt religie een belangrijkere rol dan voor de ander.’ Ook zijn de meesten financieel afhankelijk van hun man. ‘Maar niet altijd volledig: veel hebben een eigen handeltje, bijvoorbeeld door sap te verkopen of parfums aan hun vriendinnen. Dat is vaak alleen niet genoeg om van te leven.’ In veel gevallen moet de vrouw dan terugkeren naar het huis waar ze is opgegroeid en waar nog familie woont. ‘Dan helpt het als ze ook zelf wat kunnen bijdragen.’
De meeste geïnterviewden waren vrijwillig getrouwd. Toch voelden veel vrouwen zich op den duur ongelukkig in hun huwelijk. ‘Een belangrijke rechtvaardiging om te scheiden is dat hun man niet voldoet aan zijn verplichting - zowel vanuit de wet als vanuit de islam - om het gezin tijdens het huwelijk financieel te onderhouden. Maar ook huiselijk geweld is een veelvoorkomende reden.’
Bouland wilde achterhalen welke normen - vanuit de staat, religie en familie - vrouwen in huwelijksconflicten en scheidingen gebruiken om hun wens te rechtvaardigen. Ze onderscheidt er vier: diine (religie), echtelijke ethiek, sociale harmonie en het statelijk recht.
‘Diine is het klassieke islamitische recht: wat mannen en vrouwen beschouwen als hun rechten en plichten in een huwelijk en hoe je omgaat met huwelijkse conflicten. Echtelijke ethiek gaat over hoe je je zou moeten gedragen: aardig en eerlijk zijn, geduld hebben, en discreet zijn door je problemen niet met anderen te delen. Die waarden zijn ook geworteld in de islam en in lokale culturele normen. Ten derde sociale harmonie: het belang van het vinden van vreedzame oplossingen en het onderhouden van relaties. En dan is er nog het statelijk recht. Zo is in 1972 de uniforme familiewet ingesteld, die het vrouwen makkelijker maakt om een scheiding te krijgen als een man daar niet mee akkoord gaat.’
Al die normen spelen een rol. ‘Binnen families spelen vooral de eerste drie een heel belangrijke rol, bij de rechtbank speelt het recht vanzelfsprekend een belangrijke rol, maar gelden ook de andere drie normen.’
Wanneer de vrouw aan haar man kenbaar maakt te willen scheiden, is het meestal onvermijdelijk dat er snel familie bij betrokken raakt. ‘Ik ben niemand tegengekomen bij wie de man direct instemde zonder dat er familie aan te pas kwam. Familie speelt echt een sleutelrol in het echtscheidingsproces.’
Meestal wordt op beide families een beroep gedaan, van ooms tot broers en van moeders tot vaders. Maar om medewerking te krijgen moeten de vrouwen soms moeite doen. ‘Ik noem dat kin work, een soort familiewerk’, zegt Bouland. ‘Ze laten bijvoorbeeld zien dat ze hun best hebben gedaan in het huwelijk om zo hun wens te rechtvaardigen. Een van de geïnterviewden overtuigde haar vader bijvoorbeeld door hem eraan te herinneren dat ze al veel langer wilde scheiden omdat haar man duidelijk niet om haar geeft en niet voor haar zorgt.’
Een andere manier om medewerking te krijgen is door familieleden cadeaus of geld te geven en degenen met wie ze de beste band hebben om hulp te vragen.
Als het zover is, komt de familie meestal samen in het huis van het echtpaar en worden er gesprekken met de man en vrouw gevoerd. ‘Er wordt grote waarde gehecht aan het vinden van een vreedzame oplossing en het huwelijk te herstellen. Ook tegen de vrouw wordt gezegd dat volhouden belangrijk is. Soms wordt de man streng toegesproken, als hij iets heeft gedaan wat niet kan. Daarmee hopen ze het gedrag van de man te veranderen voor een gelukkiger huwelijk. Het is net mediation.’
Maar het gebeurt ook dat de ouders van de vrouw haar partner nooit hebben zien zitten omdat hij haar slaat of geen geld geeft om eten te kopen. ‘Als de familie het eens is met een scheiding, wordt er druk op de man uitgeoefend om de scheiding uit te spreken, of er wordt gedreigd dat er anders een gang naar de rechter volgt. Dat kan helpen, omdat dat ook voor de man schaamtevol is.’
Wanneer het inderdaad niet lukt er met de familie uit te komen, is de rechtbank de volgende stap. Dat gold ook voor Ami (gefingeerde naam), die Bouland veelvuldig sprak. ‘Haar man onderhield haar niet meer en ze verdacht hem ervan een affaire te hebben. “Het huwelijk heeft niets te bieden”, zei ze.’
Maar haar man wilde niet scheiden, waarna Ami probeerde steun te vinden bij haar familie en de imam. Tevergeefs. ‘Zij vonden dat ze het nog moest proberen. Maar de problemen werden niet opgelost: haar man bleef haar te weinig geven. Dat gebrek aan steun speelde haar parten.’ Wat volgde was een informatief gesprek met de rechter. ‘Daar heeft ze het bij gelaten, ze is met die man getrouwd gebleven.’
Veel andere vrouwen die Bouland sprak lieten het wél tot een rechtszaak komen. Toch wordt dat gezien als last resort. ‘Als je dat doet, drijf je het op de spits, is de gedachte. Blijkbaar kon het niet vriendschappelijk worden opgelost. Ook wordt het belangrijk gevonden om niet de vuile was buiten te hangen. Relatieproblemen moeten eigenlijk niet publiek worden gemaakt. Tot slot past de rechtbank in de ogen van de vrouwen normen toe die niet in lijn met de islam zouden zijn. Sommige vrouwen zijn dan ook niet bereid om de gang naar de rechter te maken.’
Daar komt nog bij dat ook de rechtbank altijd eerst probeert te bekijken of er nog wat in het huwelijk zit. ‘De rechter probeert het huwelijk in eerste instantie te herstellen. Daarbij wordt niet verwezen naar het statelijk recht, maar naar diine, echtelijke ethiek en sociale harmonie.’ Het echtpaar wordt dan na de eerste zitting naar huis gestuurd om het samen nog eens te proberen. ‘Soms gaan daar meerdere zittingen overheen.’
De tijd daartussen is meestal niet heel lang. ‘De rechter weet dat het stel al veel heeft geprobeerd, dus er zitten meestal twee weken tot een maand tussen. Wanneer de rechter er ook van overtuigd is dat het huwelijk niet meer kan worden hersteld, komt hij of zij tot het oordeel dat scheiden de enige mogelijkheid is.’
De meeste Senegalese vrouwen die Bouland sprak vinden het goed dat een vrouw een scheiding kan aanvragen als dat nodig is. ‘De mogelijkheid tot scheiden wordt gewaardeerd, maar de gang naar de rechtbank wordt doorgaans afgekeurd, dat vermijden ze liever.’
Een belangrijke conclusie van Boulands onderzoek luidt dat het idee van de rechter als laatste redmiddel door álle sociale klassen wordt gedeeld. ‘Het idee bestond dat hoger opgeleiden vaker naar de rechtbank gaan, maar ik laat zien dat er door alle klassen heen de voorkeur is om het binnen de familie op te lossen.’
Annelien Bouland verdedigt haar proefschrift Please give me my divorce, an Ethnography of Muslim Women and the Law in Senegal op woensdag 18 mei.