Nieuws
Rembrandt studeerde hier ook nog in 1622
Rembrandt van Rijn blijkt niet, zoals altijd werd gedacht, alleen maar in 1620 te zijn ingeschreven aan de Universiteit Leiden. Uit archiefmateriaal blijkt dat hij zich ook twee jaar later opnieuw inschreef.
Sebastiaan van Loosbroek
donderdag 6 juni 2019

‘Niemand heeft zich er ooit vragen bij gesteld dat hij langer stond ingeschreven’, zegt conservator prenten en tekeningen Jef Schaeps van de Universiteit Leiden. ‘Men ging ervanuit dat er geen vervolg was op dat ene jaar.’ Totdat collega Mart van Duijn, conservator Westerse handschriften en archieven, zich ging verdiepen in Leidse archiefstukken. Aanleiding voor dat onderzoek was de voorbereiding op de tentoonstelling over Rembrandt wegens het huidige Rembrandtjaar. Het is dus niet helemaal toevallig dat de vondst precies in het Rembrandtjaar is gedaan: ‘Door de tentoonstelling zijn we het op het spoor gekomen. Maar we hebben het nieuws dus niet twee jaar onder de knop gehouden, we weten dit pas ongeveer twee maanden.’

Dat Rembrandt zich in 1622 wederom inschreef, blijkt uit onderzoek in de zogenoemde recensieboeken: herinschrijvingsboeken waarin werd opgeschreven wie zich voor dat collegejaar had aangemeld. Maar als Rembrandt zich in 1620 en 1622 had ingeschreven, hoe staat het dan met 1621? ‘Veel van die boeken zijn niet bewaard gebleven’, vertelt Schaeps. ‘Of hij zich ook in 1621 en de jaren na 1622 heeft ingeschreven, is niet naar boven gekomen. Maar we gaan ervanuit dat hij ook in 1621 stond ingeschreven, dat moet haast wel.’

Of Rembrandt ook een serieuze student was, kan op basis van het materiaal niet worden gezegd. ‘Hoe ijverig hij was en of hij bij alle colleges zat, weten we dus niet. Maar het leverde wel belastingvoordeel op als je was ingeschreven. Zo verviel de taks op drank, dus je kon goedkoper bier drinken. Maar Rembrandt was de zoon van een rijke molenaar, dus het is niet aannemelijk dat dat de reden was dat hij stond ingeschreven.’

Schaeps en Van Duijn zijn ‘heel blij en verrast’, maar ook verbaasd dat de ontdekking nooit eerder is gedaan. ‘Met alle boeken die over Rembrandt zijn verschenen, kun je kasten vullen. Je zou verwachten dat die recensieboeken dus al tien keer bekeken zijn.’ Dat dit niet is gebeurd, wijt Schaeps aan het feit dat de recensieboeken bij velen onbekend zijn.

Gaat er ook iets gebeuren met deze nieuwe kennis? Zeker, zegt Schaeps. ‘Onno Blom, die bezig is met een biografie over de jonge Rembrandt, heeft al gezegd dat hij het opneemt. En we zijn ook al benaderd door andere mensen die erover willen schrijven of het willen laten zien in tentoonstellingen. Deze informatie zou absoluut moeten worden toegevoegd aan nieuwe drukken. De biografieën moeten worden aangepast.’

Donderdag 20 juni zijn het nieuw gevonden document en de al eerder ontdekte documenten van Rembrandts inschrijving voor iedereen te bekijken vanaf 19:30 uur in de UB.