Nieuws
Worm overleeft meteorietinslag in de hortus
De Werkgroep Meteoren liet woensdag op verschillende plekken in Leiden kunstmeteoren op de aarde neerstorten.
Oscar van Putten
donderdag 31 maart 2022
Foto's Marc de Haan

Vanuit het P.J. Vethgebouw kijken studenten verbaasd naar de meterslange metalen buis die vlak buiten de hortus staat. Ook voorbijgangers vragen zich af: ‘Wat is dat voor opstelling?’
Nou, dit is een meteorietinslag. Of beter: een nagebootste. Woensdag liet de Werkgroep Meteoren op verschillende plekken in Leiden kunstmeteoren ter grootte van een vuist op de aarde neerstorten.

‘We schieten hem de grond in met 180 kilometer per uur’, zegt bestuurslid Felix Bettonvil, verbonden aan de Leidse Sterrewacht, terwijl hij aan de opstelling sleutelt. ‘Met die snelheid komen ze normaal gesproken ook op aarde aan.’

Voor de experts is niet het schieten het interessante, maar juist wat daarna gebeurt. ‘Wij onderzoeken hoe lang de krater herkenbaar blijft’, vertelt Leo Kriegsman, geoloog bij Naturalis. ‘Na verloop van tijd zal die veranderen door blootstelling aan weer en wind, of hij kan begroeid raken. Ook de soort grond maakt uit: in een zachte bodem zinkt hij dieper weg.’ Bezoekers aan de hortus worden opgeroepen dat proces in kaart te brengen door de krater te fotograferen.

De werkgroep gaat geregeld op zoek naar meteorieten in Nederland. ‘Als we ongeveer de locatie van inslag weten, gaan we met een grote groep vrijwilligers het veld in. Sinds kort gebruiken we ook drones om de kraters op te sporen.’

Het is zoeken naar een speld in een hooiberg. Kriegsman schat in dat er elke drie jaar een meteoriet ter grootte van een vuist in Nederland landt, maar in tweehonderd jaar zijn er maar zes meteorieten teruggevonden. Zelf hebben ze nog niets gevonden. ‘Maar we houden goede hoop, want in het buitenland is men wél succesvol geweest.’

Sebastiaan de Vet, secretaris van de werkgroep, heeft zijn zoontje van een jaar oud meegenomen. ‘Je moet wel vroeg die interesse in de wetenschap opwekken. Van meteoren weet hij nog weinig, maar hij kan al de maan aanwijzen.’

Bij het moment van de waarheid verzamelen een paar studenten zich bij de opstelling, hun telefooncamera’s gericht op de grote buis. Met een luide knal schieten een paar stukken aarde weg. De steen blijft een paar centimeter de grond in steken, uit de verse krater komt een rokerige walm.

‘Je hebt een worm gedood!’ roept een toeschouwer. ‘Oh, laat maar, hij beweegt nog!’ De meteoriet heeft het daarentegen niet overleefd: die is in de grond aan stukken geslagen.