Dat zegt Minervavoorzitter Cato Colenbrander. ‘Op basis van het aantal oplopende besmettingen hebben we besloten onze verantwoordelijkheid te nemen en een signaal aan onze leden af te geven dat we een stapje terug moeten doen.’

Minerva heeft zelf het initiatief hiertoe genomen. ‘Dat besluit hebben we meteen gecommuniceerd naar de universiteit, de gemeente en de GGD. Zij vonden het een verstandige stap. We zijn een grote vereniging in Leiden, dus we willen graag het goede voorbeeld geven.’

Het aantal besmettingen loopt snel op in de verenigingshuizen. Mare heeft een lijst toegestuurd gekregen met meer dan twintig huizen waar leden wonen met het coronavirus. Colenbrander kan niet bevestigen of het klopt dat in al die huizen besmette personen wonen. ‘Ik heb de lijst ook gezien, maar weet niet door wie dat overzicht is gemaakt. Leden hoeven aan ons niet te communiceren dat er besmettingen of ziektegevallen zijn, of dat huizen in quarantaine zitten.’

Bij de toegestuurde lijst stond ook dat het voltallige bestuur in quarantaine zou zitten. ‘Enkelen van onze bestuursgang zijn inderdaad besmet’, zegt Colenbrander, ‘dus die zitten al ruim een week in quarantaine. Maar we zitten zeker niet met de hele groep in quarantaine.’

Zouden de kennismakingsactiviteiten zelf niet de bron kunnen zijn van de oplopende besmettingen? ‘De besmettingen worden niet op de sociëteit opgelopen, maar in privésfeer. Dat verklaart de hoeveelheid huizen die in quarantaine zitten’, reageert Colenbrander. ‘Hier op de sociëteit kunnen we juist heel goed de veiligheid waarborgen, alles gebeurt met anderhalve meter afstand. Maandag zijn we nog met de burgemeester, rector en GGD in gesprek geweest waaruit bleek dat we dat hier op een veilige manier kunnen faciliteren.’

Daarnaast geeft ze aan dat een heel groot deel van de eerstejaars nog niet in de huizen woont, terwijl juist daar de besmettingen zijn. Als de bron bij de kennismakingsactiviteiten zou liggen, zouden voornamelijk eerstejaars besmet moeten zijn. ‘De besmettingen zijn zeker niet hier op de sociëteit opgelopen’, garandeert Colenbrander. ‘Zoals je ook in andere studentensteden ziet, ontstaat het voornamelijk in de huizen.’

Wanneer de kennismakingstijd wordt hervat, is nog onduidelijk. ‘We hopen zo snel mogelijk. We zijn er nog steeds van overtuigd dat we het hier heel goed en veilig kunnen faciliteren.’